▼ EHRM, 9 februari 2010, interim measure vanwege mogelijke schending art. 3, 13 EVRM door taalanalyse
▼ EHRM, 19 januari 2010, over schending art. 3 en 5 lid 1 EVRM bij detentie minderjarige kinderen
▼ ABRvS, 26 januari 2010: ook in januari 2009 mogelijk uitzonderlijke situatie in Mogadishu
▼ Rb Almelo (MK), 11 februari 2010, over Dublin/Griekenland en concrete aanwijzingen
▼ Rb Zwolle (MK), 11 januari 2010, UNHCR Guidelines geven reden voor aanname verslechterde situatie Irak na F.H.
▼ Rb Utrecht, 8 januari 2010, geboorteakte geen IDmaar wel relevant voor afkomst
▼ Rb Arnhem, 25 september 2009, over art. 1F, art. 3 EVRM en duurzaam verzet
▼ Mogelijke prejudiciële vragen over bekeerlingen/ réfugiés sur place
▼ Wijziging Rva ter uitvoering motie-Spekman
▼ Signaleringen Landeninformatie
▼ Upgrade software VluchtWeb
▼ Nieuw op VluchtWeb
▼ Naar het UPdate-archief
Gratis UPdate per e-mail?
Stuur een mail naar: update@vluchtelingenwerk.nl
U ontvangt de UPdate vervolgens elke woensdagmiddag.
Redactie: mr. Steven Ammeraal (SA), drs. Hiske van den Bergh (HB), mr. Yves
Bonroy (YB), Paddy Deinum (PD), mr. drs. Arno Pinxter (AP), drs. Laurence
Verkooyen (LV), drs. Frank van der Meer (FM, eindredactie).
Vragen of suggesties: (020) 346 72 50 of helpdesk@vluchtelingenwerk.nl.
Informatie over het Nederlandse vreemdelingenrecht en nationaliteitsrecht, inburgering, diversiteit, expats, vluchtelingen en gezinshereniging enz. Maar ook vacatures voor juristen die bezig willen houden in een internationale setting of zich in het vreemdelingenrecht willen verdiepen.
- immigration law blog on Dutch visa, residence permits, citizenship, nationality etc. -
Redactie mevr. mr M.W.W. Raspe (berichten uit de media zijn niet altijd ook haar mening)
26 februari 2010
Inhoudopgave Update van Vluchtelingenwerk nummer 8, 24 februari 2010
Geen zicht op uitzetting naar China maar Chinezen mogen wel in bewaring gesteld als er bv een Dublinclaim kan worden gelegd en dit voor het inbewaringstellen als mogelijkheid naar voren kwam (uitspraak)
LJN: BL4375,President Rechtbank 's-Gravenhage , zittingsplaats Amsterdam , AWB 10/2265
Datum uitspraak: 05-02-2010
Datum publicatie: 23-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Vreemdelingenbewaring / China / zicht op uitzetting ontstaan ná inbewaringstelling
Tussen partijen is niet in geschil dat eiser de Chinese nationaliteit heeft. Ingevolge vaste jurisprudentie bestaat er in het algemeen geen reëel zicht op uitzetting naar China. Naar het oordeel van de rechtbank betekent dit evenwel niet dat een Chinese vreemdeling niet in bewaring zou kunnen worden gesteld. Indien zich in het dossier aanwijzingen bevinden dat een betrokkene naar een derde land kan worden uitgezet of dat hij beschikt over een geldig paspoort of een anderszins voor directe uitzetting naar China geschikt document, bestaat er immers wel zicht op uitzetting. Van dergelijke aanwijzingen dient reeds bij de oplegging van de bewaring sprake te zijn nu bewaring enkel kan worden opgelegd indien zicht op uitzetting aanwezig is (zie in dit verband ook onder meer AbRS 13 februari 2007, JV 2007/142). Met verweerder is de rechtbank van oordeel dat uit het dossier volgt dat er een aanwijzing bestond voor een mogelijke Dublinclaim op Frankrijk. Deze aanwijzing is evenwel eerst na het opleggen van de bewaring gebleken, te weten tijdens het identiteitsgehoor van 18 januari jl. om 21:40 uur. Beroep gegrond.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 05-02-2010
Datum publicatie: 23-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Vreemdelingenbewaring / China / zicht op uitzetting ontstaan ná inbewaringstelling
Tussen partijen is niet in geschil dat eiser de Chinese nationaliteit heeft. Ingevolge vaste jurisprudentie bestaat er in het algemeen geen reëel zicht op uitzetting naar China. Naar het oordeel van de rechtbank betekent dit evenwel niet dat een Chinese vreemdeling niet in bewaring zou kunnen worden gesteld. Indien zich in het dossier aanwijzingen bevinden dat een betrokkene naar een derde land kan worden uitgezet of dat hij beschikt over een geldig paspoort of een anderszins voor directe uitzetting naar China geschikt document, bestaat er immers wel zicht op uitzetting. Van dergelijke aanwijzingen dient reeds bij de oplegging van de bewaring sprake te zijn nu bewaring enkel kan worden opgelegd indien zicht op uitzetting aanwezig is (zie in dit verband ook onder meer AbRS 13 februari 2007, JV 2007/142). Met verweerder is de rechtbank van oordeel dat uit het dossier volgt dat er een aanwijzing bestond voor een mogelijke Dublinclaim op Frankrijk. Deze aanwijzing is evenwel eerst na het opleggen van de bewaring gebleken, te weten tijdens het identiteitsgehoor van 18 januari jl. om 21:40 uur. Beroep gegrond.
Bron: rechtspraak.nl
Als er al een beroep loopt tegen niet tijdig beschikken hoef je niet separaat in gebreke te stellen (uitspraak)
LJN: BL4260, Rechtbank 's-Gravenhage , zittingsplaats Utrecht , AWB 08/37276
Datum uitspraak: 11-02-2010
Datum publicatie: 23-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Beroep tegen niet tijdig beslissen / ingebrekestelling redelijkerwijs niet vereist / bijzonder geval als bedoeld in artikel 8:55d derde lid, van de Awb
Eiser heeft verzocht zijn beroep aan te merken als te zijn gericht tegen het niet tijdig beslissen op zijn bezwaar, nadat verweerder het besluit op bezwaar had ingetrokken. Gelet hierop kon van eiser redelijkerwijs niet worden gevergd dat hij voorafgaand aan het beroep tegen het niet tijdig beslissen, verweerder in gebreke zou stellen. De beslistermijn is ruimschoots overschreden, het beroep is gegrond. Hoewel de vorige beslissing op bezwaar al in oktober 2009 is ingetrokken, zijn door verweerder pas nu vragen aan eiser gesteld, aldus verweerder ter zitting, omdat de zaak aanvankelijk "op de verkeerde stapel terecht was gekomen". Dat neemt niet weg dat de omstandigheid zich voordoet dat die vragen zijn gesteld, met een termijn die nog duurt tot 18 februari 2010. Het dwangsommiddel van artikel 8:55d van de Awb is bedoeld om een bestuursorgaan bij overschrijding van de beslistermijn te stimuleren spoedig te beslissen, niet om het te "bestraffen" voor nalatig gedrag. Dat er nog een termijn loopt waarbinnen eiser vragen kan beantwoorden, is daarom een bijzonder geval als bedoeld in artikel 8:55d, derde lid, van de Awb. Als eenmaal de vragen zijn beantwoord of die termijn om de vragen te beantwoorden ongebruikt is verstreken, bestaat verder geen aanleiding om verweerder meer tijd te gunnen dan de in artikel 8:55d, eerste lid, van de Awb bepaalde standaardtermijn van twee weken.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 11-02-2010
Datum publicatie: 23-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Beroep tegen niet tijdig beslissen / ingebrekestelling redelijkerwijs niet vereist / bijzonder geval als bedoeld in artikel 8:55d derde lid, van de Awb
Eiser heeft verzocht zijn beroep aan te merken als te zijn gericht tegen het niet tijdig beslissen op zijn bezwaar, nadat verweerder het besluit op bezwaar had ingetrokken. Gelet hierop kon van eiser redelijkerwijs niet worden gevergd dat hij voorafgaand aan het beroep tegen het niet tijdig beslissen, verweerder in gebreke zou stellen. De beslistermijn is ruimschoots overschreden, het beroep is gegrond. Hoewel de vorige beslissing op bezwaar al in oktober 2009 is ingetrokken, zijn door verweerder pas nu vragen aan eiser gesteld, aldus verweerder ter zitting, omdat de zaak aanvankelijk "op de verkeerde stapel terecht was gekomen". Dat neemt niet weg dat de omstandigheid zich voordoet dat die vragen zijn gesteld, met een termijn die nog duurt tot 18 februari 2010. Het dwangsommiddel van artikel 8:55d van de Awb is bedoeld om een bestuursorgaan bij overschrijding van de beslistermijn te stimuleren spoedig te beslissen, niet om het te "bestraffen" voor nalatig gedrag. Dat er nog een termijn loopt waarbinnen eiser vragen kan beantwoorden, is daarom een bijzonder geval als bedoeld in artikel 8:55d, derde lid, van de Awb. Als eenmaal de vragen zijn beantwoord of die termijn om de vragen te beantwoorden ongebruikt is verstreken, bestaat verder geen aanleiding om verweerder meer tijd te gunnen dan de in artikel 8:55d, eerste lid, van de Awb bepaalde standaardtermijn van twee weken.
Bron: rechtspraak.nl
Uitspraak over Turkse getrouwd met Turkse Nederlander die vergat haar verblijfvsergunning te verlengen en zich nu met succes op 1/80 van het Associatieverdrag beroept waardoor er geen verblijfsgat meer is en ze een vergunning voor onbepaalde tijd kan krijgen (uitspraak)
LJN: BL5445, Rechtbank Middelburg , Awb 09/25119
Datum uitspraak: 18-02-2010
Datum publicatie: 24-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: verblijfsvergunning regulier onbepaalde tijd, verblijfsgat, besluit 1/80, zelf voorzien
De rechtbank overweegt het volgende.
4. Niet in geschil is dat eiseres niet tijdig verlenging van haar verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd heeft aangevraagd en dat dit haar is toe te rekenen. In geschil is of eiseres in de periode tussen de afloop van de geldigheidsduur van haar verblijfsvergunning en de datum van indiening van haar verlengingsaanvraag, het tijdvak van 8 november 2008 tot 21 november 2008, rechtmatig verblijf had op grond van artikel 7 van Besluit 1/80, met als gevolg dat zij in aanmerking kon komen voor een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd.
5. Ter zitting heeft eiseres betoogd dat het door haar gestelde verblijfsrecht ingevolge artikel 7 van Besluit 1/80 er tevens toe moet leiden dat de ingangsdatum van de door verweerder per 21 november 2008 verlengde verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, moet worden gesteld op 8 november 2008. De rechtbank volgt eiseres niet in dat standpunt. Voor zover eiseres een verblijfsrecht kan ontlenen aan Besluit 1/80 en daardoor moet worden vastgesteld dat er geen ‘tijdgat’ was in het genoemde tijdvak, heeft dat geen gevolgen voor de ingangsdatum van de verblijfsvergunning voor bepaalde tijd. Zo er sprake is van rechtmatig verblijf, als hiervoor bedoeld, in dit tijdvak, betekent dit nog niet dat daardoor, in afwijking van het in artikel 26 van de Vw 2000 neergelegde stelsel, de ingangsdatum van de verlengde verblijfsvergunning moet worden vervroegd tot een datum vóór die van de aanvraag. Dat een aan het Besluit 1/80 ontleend verblijfsrecht declaratoir van aard is, zoals door eiseres is betoogd, doet daar niets aan af.
6. Uit het vorenstaande vloeit voort dat thans nog ter beoordeling staat of verweerder terecht heeft bepaald dat eiseres niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd, omdat zij niet gedurende vijf jaren ononderbroken en direct voorafgaand aan de aanvraag rechtmatig verblijf heeft gehad.
7. Niet in geschil is dat eiseres van 23 oktober 1997 tot 8 november 2008 onafgebroken in het bezit is geweest van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘verblijf bij echtgenoot [naam]. Evenmin is in geschil dat de echtgenoot van eiseres behalve de Turkse ook de Nederlandse nationaliteit bezit en dat daarvan reeds sprake was voorafgaande aan de komst van eiseres, in 1997, naar Nederland. Tot slot is niet in geschil dat de echtgenoot van eiseres reeds voor de komst van eiseres naar Nederland arbeid in loondienst verrichtte en blijkt uit de stukken dat hij vanaf 1 mei 1998 een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft.
8. Beoordeeld moet worden of de echtgenoot van eiseres door de verkrijging van het Nederlanderschap, naast zijn Turkse nationaliteit, de hoedanigheid van Turkse werknemer in de zin van artikel 7 van Besluit 1/80 heeft verloren.
9. De rechtbank overweegt, onder verwijzing naar de uitspraken van het Hof in de zaken Cetinkaya (11 november 2004, C-467/02, JV 2005/1), Torun (16 februari 2006, C-502/04, JV 2006/92) en Derin (18 juli 2007, C-325/05, JV 2007/438), dat de door artikel 7 van Besluit 1/80 verkregen rechten slechts in twee gevallen worden beperkt, namelijk:
- wanneer de aanwezigheid van de Turkse migrerende werknemer op het grondgebied van de lidstaat van ontvangst wegens zijn persoonlijke gedrag een ernstige bedreiging vormt voor de openbare orde, de openbare veiligheid of de volksgezondheid, in de zin van artikel 14, eerste lid van Besluit 1/80;
- wanneer de betrokkene het grondgebied van de lidstaat van ontvangst gedurende langere tijd zonder gegronde redenen heeft verlaten.
10. Met dit limitatief stelsel is niet verenigbaar dat de echtgenoot van eiseres de door zijn arbeid verkregen hoedanigheid van tot de legale arbeidsmarkt behorende Turkse werknemer, als bedoeld in artikel 7 van Besluit 1/80, door naturalisatie zou hebben verloren.
11. Het standpunt van verweerder dat het doel van Besluit 1/80, te weten het versterken van de banden tussen de EG en Turkije door middel van het stimuleren van het vrije verkeer van werknemers, niet wordt gediend indien de verblijfgever tevens Nederlander is, wordt door de rechtbank niet gevolgd. Besluit 1/80 strekt tot bevordering van de geleidelijke integratie in de ontvangende lidstaat, van de Turkse werknemers die aan de in een bepaling van dit Besluit gestelde voorwaarden voldoen en daardoor rechten aan dat Besluit ontlenen. Met het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit wordt deze doelstelling in verregaande mate bevorderd. Naar het oordeel van de rechtbank kan dat er echter niet toe leiden dat de gezinsleden van deze werknemers in een minder gunstige positie geraken omdat zij vanaf dat moment geen rechten meer aan artikel 7 van Besluit 1/80 kunnen ontlenen. Daarmee zou het nuttig effect aan Besluit 1/80 worden ontnomen.
12. De rechtbank overweegt voorts dat Besluit 1/80 geen bepalingen bevat die ertoe strekken dat Turkse werknemers of hun gezinsleden zich niet langer kunnen beroepen op de bij Besluit 1/80 toegekende rechten wanneer zij, met behoud van de Turkse nationaliteit, de nationaliteit van de ontvangende lidstaat verkrijgen.
13. Het vorenstaande leidt tot het oordeel dat eiseres ten onrechte niet is aangemerkt als gezinslid van een tot de legale arbeidsmarkt van een lidstaat behorende Turkse werknemer, als bedoeld in artikel 7, eerste alinea, van Besluit 1/80. Dit brengt mee dat eiseres in het tijdvak van 8 november 2008 tot 21 november 2008 rechtmatig verblijf in Nederland had, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, aanhef en onder l, van de Vw 2000, alsmede dat verweerder bij de beoordeling van de vraag of eiseres voor een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd in aanmerking komt, ten onrechte heeft tegengeworpen dat genoemde periode is aan te merken als tijdgat.
14. Het beroep is gegrond en het bestreden besluit moet worden vernietigd, wegens strijd met artikel 7, eerste alinea, van Besluit 1/80 en artikel 21, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw 2000.
15. Omdat niet in geschil is dat eiseres recht heeft op de bij het bestreden besluit verleende verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, zal de rechtbank bepalen dat de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in zoverre in stand blijven.
16. De rechtbank acht termen aanwezig om met betrekking tot het recht op een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd zelf in de zaak te voorzien en overweegt daartoe als volgt. Het oordeel dat er geen sprake is van een verblijfsgat in het tijdvak tussen 8 november 2008 en 21 november 2008, heeft tot gevolg dat eiseres gedurende vijf jaren ononderbroken en direct voorafgaande aan de aanvraag rechtmatig verblijf heeft gehad, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw 2000. Verweerder had daarom moeten bepalen dat eiseres in aanmerking komt voor verlening van een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd met ingang van de datum van haar aanvraag, 21 november 2008 en deze vergunning moeten verlenen. Naar het oordeel van de rechtbank is rechtens geen andere beslissing mogelijk. De rechtbank zal in zoverre zelf in de zaak voorzien.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 18-02-2010
Datum publicatie: 24-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: verblijfsvergunning regulier onbepaalde tijd, verblijfsgat, besluit 1/80, zelf voorzien
De rechtbank overweegt het volgende.
4. Niet in geschil is dat eiseres niet tijdig verlenging van haar verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd heeft aangevraagd en dat dit haar is toe te rekenen. In geschil is of eiseres in de periode tussen de afloop van de geldigheidsduur van haar verblijfsvergunning en de datum van indiening van haar verlengingsaanvraag, het tijdvak van 8 november 2008 tot 21 november 2008, rechtmatig verblijf had op grond van artikel 7 van Besluit 1/80, met als gevolg dat zij in aanmerking kon komen voor een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd.
5. Ter zitting heeft eiseres betoogd dat het door haar gestelde verblijfsrecht ingevolge artikel 7 van Besluit 1/80 er tevens toe moet leiden dat de ingangsdatum van de door verweerder per 21 november 2008 verlengde verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, moet worden gesteld op 8 november 2008. De rechtbank volgt eiseres niet in dat standpunt. Voor zover eiseres een verblijfsrecht kan ontlenen aan Besluit 1/80 en daardoor moet worden vastgesteld dat er geen ‘tijdgat’ was in het genoemde tijdvak, heeft dat geen gevolgen voor de ingangsdatum van de verblijfsvergunning voor bepaalde tijd. Zo er sprake is van rechtmatig verblijf, als hiervoor bedoeld, in dit tijdvak, betekent dit nog niet dat daardoor, in afwijking van het in artikel 26 van de Vw 2000 neergelegde stelsel, de ingangsdatum van de verlengde verblijfsvergunning moet worden vervroegd tot een datum vóór die van de aanvraag. Dat een aan het Besluit 1/80 ontleend verblijfsrecht declaratoir van aard is, zoals door eiseres is betoogd, doet daar niets aan af.
6. Uit het vorenstaande vloeit voort dat thans nog ter beoordeling staat of verweerder terecht heeft bepaald dat eiseres niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd, omdat zij niet gedurende vijf jaren ononderbroken en direct voorafgaand aan de aanvraag rechtmatig verblijf heeft gehad.
7. Niet in geschil is dat eiseres van 23 oktober 1997 tot 8 november 2008 onafgebroken in het bezit is geweest van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘verblijf bij echtgenoot [naam]. Evenmin is in geschil dat de echtgenoot van eiseres behalve de Turkse ook de Nederlandse nationaliteit bezit en dat daarvan reeds sprake was voorafgaande aan de komst van eiseres, in 1997, naar Nederland. Tot slot is niet in geschil dat de echtgenoot van eiseres reeds voor de komst van eiseres naar Nederland arbeid in loondienst verrichtte en blijkt uit de stukken dat hij vanaf 1 mei 1998 een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft.
8. Beoordeeld moet worden of de echtgenoot van eiseres door de verkrijging van het Nederlanderschap, naast zijn Turkse nationaliteit, de hoedanigheid van Turkse werknemer in de zin van artikel 7 van Besluit 1/80 heeft verloren.
9. De rechtbank overweegt, onder verwijzing naar de uitspraken van het Hof in de zaken Cetinkaya (11 november 2004, C-467/02, JV 2005/1), Torun (16 februari 2006, C-502/04, JV 2006/92) en Derin (18 juli 2007, C-325/05, JV 2007/438), dat de door artikel 7 van Besluit 1/80 verkregen rechten slechts in twee gevallen worden beperkt, namelijk:
- wanneer de aanwezigheid van de Turkse migrerende werknemer op het grondgebied van de lidstaat van ontvangst wegens zijn persoonlijke gedrag een ernstige bedreiging vormt voor de openbare orde, de openbare veiligheid of de volksgezondheid, in de zin van artikel 14, eerste lid van Besluit 1/80;
- wanneer de betrokkene het grondgebied van de lidstaat van ontvangst gedurende langere tijd zonder gegronde redenen heeft verlaten.
10. Met dit limitatief stelsel is niet verenigbaar dat de echtgenoot van eiseres de door zijn arbeid verkregen hoedanigheid van tot de legale arbeidsmarkt behorende Turkse werknemer, als bedoeld in artikel 7 van Besluit 1/80, door naturalisatie zou hebben verloren.
11. Het standpunt van verweerder dat het doel van Besluit 1/80, te weten het versterken van de banden tussen de EG en Turkije door middel van het stimuleren van het vrije verkeer van werknemers, niet wordt gediend indien de verblijfgever tevens Nederlander is, wordt door de rechtbank niet gevolgd. Besluit 1/80 strekt tot bevordering van de geleidelijke integratie in de ontvangende lidstaat, van de Turkse werknemers die aan de in een bepaling van dit Besluit gestelde voorwaarden voldoen en daardoor rechten aan dat Besluit ontlenen. Met het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit wordt deze doelstelling in verregaande mate bevorderd. Naar het oordeel van de rechtbank kan dat er echter niet toe leiden dat de gezinsleden van deze werknemers in een minder gunstige positie geraken omdat zij vanaf dat moment geen rechten meer aan artikel 7 van Besluit 1/80 kunnen ontlenen. Daarmee zou het nuttig effect aan Besluit 1/80 worden ontnomen.
12. De rechtbank overweegt voorts dat Besluit 1/80 geen bepalingen bevat die ertoe strekken dat Turkse werknemers of hun gezinsleden zich niet langer kunnen beroepen op de bij Besluit 1/80 toegekende rechten wanneer zij, met behoud van de Turkse nationaliteit, de nationaliteit van de ontvangende lidstaat verkrijgen.
13. Het vorenstaande leidt tot het oordeel dat eiseres ten onrechte niet is aangemerkt als gezinslid van een tot de legale arbeidsmarkt van een lidstaat behorende Turkse werknemer, als bedoeld in artikel 7, eerste alinea, van Besluit 1/80. Dit brengt mee dat eiseres in het tijdvak van 8 november 2008 tot 21 november 2008 rechtmatig verblijf in Nederland had, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, aanhef en onder l, van de Vw 2000, alsmede dat verweerder bij de beoordeling van de vraag of eiseres voor een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd in aanmerking komt, ten onrechte heeft tegengeworpen dat genoemde periode is aan te merken als tijdgat.
14. Het beroep is gegrond en het bestreden besluit moet worden vernietigd, wegens strijd met artikel 7, eerste alinea, van Besluit 1/80 en artikel 21, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw 2000.
15. Omdat niet in geschil is dat eiseres recht heeft op de bij het bestreden besluit verleende verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, zal de rechtbank bepalen dat de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in zoverre in stand blijven.
16. De rechtbank acht termen aanwezig om met betrekking tot het recht op een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd zelf in de zaak te voorzien en overweegt daartoe als volgt. Het oordeel dat er geen sprake is van een verblijfsgat in het tijdvak tussen 8 november 2008 en 21 november 2008, heeft tot gevolg dat eiseres gedurende vijf jaren ononderbroken en direct voorafgaande aan de aanvraag rechtmatig verblijf heeft gehad, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw 2000. Verweerder had daarom moeten bepalen dat eiseres in aanmerking komt voor verlening van een verblijfsvergunning regulier voor onbepaalde tijd met ingang van de datum van haar aanvraag, 21 november 2008 en deze vergunning moeten verlenen. Naar het oordeel van de rechtbank is rechtens geen andere beslissing mogelijk. De rechtbank zal in zoverre zelf in de zaak voorzien.
Bron: rechtspraak.nl
'KRO's Heb ik genoeg?': Karin de Groot bij de vreemdelingenpolitie
Waarom wil iemand bij de vreemdelingenpolitie werken? En zou ik dat willen doen? Met deze vragen in haar achterhoofd draait presentator Karin de Groot twee dagen mee met Utrechtse Vreemdelingenpolitie. De Groot's ervaringen zijn te zien in de tweede aflevering van `KRO's Heb Ik Genoeg?' op zondag 21 februari, om 23.15 uur op Nederland 2.
"Mensen die voor een oorlog vluchten of politiek vervolgd worden, hebben recht op asiel in Nederland. Maar er zijn ook gelukzoekers die voor minder nijpende redenen hierheen komen. En in de ogen van velen verpesten die het voor de anderen. Ik vind dat moeilijk: ik ben toch geneigd de kant van de vluchteling kiezen, maar juist daarom heeft de redactie bedacht dat ik die andere kant moet onderzoeken", zegt de Groot.
Als agent van de Vreemdelingenpolitie draait de Groot een aantal dagen intensieve diensten. Ze is getuige van diverse controles, bij bedrijven en bij mensen thuis. Systeem-plafonds worden minutieus doorzocht en kinderen gewekt als de Vreemdelingenpolitie 's avonds onverwacht voor de deur staat. Om het lesje valse identiteitspapieren kan de Groot nog wel lachen, maar bij mensen binnenvallen die rustig tv zitten te kijken, wringt het. De adrenaline die het politiewerk met zich meebrengt zorgt bovendien voor verwarring: "Het ene moment denk ik: ik hoop dat we niemand vinden, en het volgende moment denk ik, bij de slaapkamer van de kinderen daar moet je zoeken!"
De verscheurdheid van de Groot loopt als een rode draad door de uitzending en de uitleg van haar politie-maatje Piet van Hulten stelt haar maar ten dele gerust: "Mensen nemen het risico om gecontroleerd te worden. Ze worden uitgebuit en het gaat ten koste van normale arbeidsplaatsen. Wij doen ons werk naar eer en geweten."
Ervan uitgaande dat geld niet gelukkig maakt, gaat presentator Karin de Groot op zoek naar de immateriële rijkdom in het leven van zichzelf en van anderen in een nieuwe serie van 'KRO's Heb ik genoeg?'. De Groot begeeft zich twee dagen met heel haar ziel en zaligheid in een voor haar vreemde wereld.
KRO's Heb ik genoeg, zondag 14 februari om 23.15 uur bij de KRO op Nederland 2.
Tja weer iemand die het verschil niet begrijpt tussen een vluchteling of zelfs een asielzoeker en een gewone illegaal. In het bewaringsteam van de IND heb ik toch vooral veel dieven, tasjesrovers, stekers en dat soort mensen langs zien komen of hoertjes die in erbarmelijke situaties zo veel mogelijk geld proberen binnen te halen. En zo nu en dan een geval waar je je stond te schamen zoals mensen die hierheen waren gehaald onder valse voorwaarden en dan de hulp van de politie inriepen en gelijk in bewaring werden gesteld of dat nette stelletje studenten uit de Oekraine waarvan de man zou worden uitgezet naar Afghanistan na zijn studie en die maar naar het Westen waren getrokken omdat ze het ook niet meer wisten. Maar het merendeel waren toch de minder frisse types die daardoor met de politie in aanraking waren gekomen.
Kijk op http://www.uitzendinggemist.nl/index.php/aflevering?aflID=10675843&md5=4a0b81a2da06e58872adf60aa87482d4
"Mensen die voor een oorlog vluchten of politiek vervolgd worden, hebben recht op asiel in Nederland. Maar er zijn ook gelukzoekers die voor minder nijpende redenen hierheen komen. En in de ogen van velen verpesten die het voor de anderen. Ik vind dat moeilijk: ik ben toch geneigd de kant van de vluchteling kiezen, maar juist daarom heeft de redactie bedacht dat ik die andere kant moet onderzoeken", zegt de Groot.
Als agent van de Vreemdelingenpolitie draait de Groot een aantal dagen intensieve diensten. Ze is getuige van diverse controles, bij bedrijven en bij mensen thuis. Systeem-plafonds worden minutieus doorzocht en kinderen gewekt als de Vreemdelingenpolitie 's avonds onverwacht voor de deur staat. Om het lesje valse identiteitspapieren kan de Groot nog wel lachen, maar bij mensen binnenvallen die rustig tv zitten te kijken, wringt het. De adrenaline die het politiewerk met zich meebrengt zorgt bovendien voor verwarring: "Het ene moment denk ik: ik hoop dat we niemand vinden, en het volgende moment denk ik, bij de slaapkamer van de kinderen daar moet je zoeken!"
De verscheurdheid van de Groot loopt als een rode draad door de uitzending en de uitleg van haar politie-maatje Piet van Hulten stelt haar maar ten dele gerust: "Mensen nemen het risico om gecontroleerd te worden. Ze worden uitgebuit en het gaat ten koste van normale arbeidsplaatsen. Wij doen ons werk naar eer en geweten."
Ervan uitgaande dat geld niet gelukkig maakt, gaat presentator Karin de Groot op zoek naar de immateriële rijkdom in het leven van zichzelf en van anderen in een nieuwe serie van 'KRO's Heb ik genoeg?'. De Groot begeeft zich twee dagen met heel haar ziel en zaligheid in een voor haar vreemde wereld.
KRO's Heb ik genoeg, zondag 14 februari om 23.15 uur bij de KRO op Nederland 2.
Tja weer iemand die het verschil niet begrijpt tussen een vluchteling of zelfs een asielzoeker en een gewone illegaal. In het bewaringsteam van de IND heb ik toch vooral veel dieven, tasjesrovers, stekers en dat soort mensen langs zien komen of hoertjes die in erbarmelijke situaties zo veel mogelijk geld proberen binnen te halen. En zo nu en dan een geval waar je je stond te schamen zoals mensen die hierheen waren gehaald onder valse voorwaarden en dan de hulp van de politie inriepen en gelijk in bewaring werden gesteld of dat nette stelletje studenten uit de Oekraine waarvan de man zou worden uitgezet naar Afghanistan na zijn studie en die maar naar het Westen waren getrokken omdat ze het ook niet meer wisten. Maar het merendeel waren toch de minder frisse types die daardoor met de politie in aanraking waren gekomen.
Kijk op http://www.uitzendinggemist.nl/index.php/aflevering?aflID=10675843&md5=4a0b81a2da06e58872adf60aa87482d4
'Eerst de taal spreken, dan uitkering'
(Novum) - Immigranten moeten eerst Nederlands kunnen spreken, voordat zij aanspraak kunnen maken op een bijstandsuitkering. Dat is de kern van een initiatiefwetsvoorstel dat de VVD vrijdag indient.
Tweede Kamerlid Stef Blok kondigde in november al aan dat hij de criteria voor het aanvragen van een bijstandsuitkering wilde aanscherpen. Nu is in de wet weliswaar opgenomen dat alleen personen die een 'duurzame band' met Nederland hebben een uitkering kunnen aanvragen, maar in de praktijk wordt deze regel 'nauwelijks toegepast'. Er zijn 'duizenden mensen' met een bijstandsuitkering die niet de Nederlandse nationaliteit hebben en niet of nauwelijks de taal spreken, stelt Blok.
"Mensen die pas enkele jaren in Nederland zijn kunnen, zelfs als ze nooit belasting betaald hebben, in de praktijk desnoods levenslang een uitkering ontvangen. Dit is onacceptabel wat de VVD betreft", zei hij daarover in november.
Daarom wil Blok in de wet vastleggen dat nieuwkomers Nederlands moeten spreken op het niveau waarop bij inburgeringscursussen wordt getoetst. Deze aanscherping vormt een logische aanvulling op een andere eis voor het krijgen van bijstand, namelijk de plicht om werk te aanvaarden. "De bereidheid om werk te aanvaarden is immers een wassen neus wanneer men de Nederlandse taal niet beheerst", aldus Blok.
Bron: http://binnenland.nieuws.nl/587487/eerst_de_taal_spreken,_dan_uitkering
En hoe had hij dat gedacht bij de asielzoekers? Ze moeten toch ergens van leven en volgens mij moet je die een utkering geven op basis van het Vluchtelingenverdrag
Tweede Kamerlid Stef Blok kondigde in november al aan dat hij de criteria voor het aanvragen van een bijstandsuitkering wilde aanscherpen. Nu is in de wet weliswaar opgenomen dat alleen personen die een 'duurzame band' met Nederland hebben een uitkering kunnen aanvragen, maar in de praktijk wordt deze regel 'nauwelijks toegepast'. Er zijn 'duizenden mensen' met een bijstandsuitkering die niet de Nederlandse nationaliteit hebben en niet of nauwelijks de taal spreken, stelt Blok.
"Mensen die pas enkele jaren in Nederland zijn kunnen, zelfs als ze nooit belasting betaald hebben, in de praktijk desnoods levenslang een uitkering ontvangen. Dit is onacceptabel wat de VVD betreft", zei hij daarover in november.
Daarom wil Blok in de wet vastleggen dat nieuwkomers Nederlands moeten spreken op het niveau waarop bij inburgeringscursussen wordt getoetst. Deze aanscherping vormt een logische aanvulling op een andere eis voor het krijgen van bijstand, namelijk de plicht om werk te aanvaarden. "De bereidheid om werk te aanvaarden is immers een wassen neus wanneer men de Nederlandse taal niet beheerst", aldus Blok.
Bron: http://binnenland.nieuws.nl/587487/eerst_de_taal_spreken,_dan_uitkering
En hoe had hij dat gedacht bij de asielzoekers? Ze moeten toch ergens van leven en volgens mij moet je die een utkering geven op basis van het Vluchtelingenverdrag
Lezingenreeks over burgerschap, migratie en nationalisme
Van eind 2008 tot de zomer van 2009 organiseerden de Integratiedienst en Intercultureel Centrum de Centrale voor de eerste keer een reeks lezingen onder de titel ‘Ongehoord. Quo vadis Europa? Over Europa, Verlichting en globalisering’. Nu is er de nieuwe reeks ‘Ongehoord. Over burgerschap, migratie en nationalisme’. Het is een thema dat nauw aansluit bij vragen die ook al in die eerste editie kwamen bovendrijven.
Sinds een paar eeuwen is Europa de bakermat van het concept natiestaat, de staat georganiseerd op basis van een homogene etnisch culturele natie. De laatste halve eeuw is West-Europa echter een belangrijk immigratiegebied geworden. Hoe moet het verder met de natiestaat nu zich op zijn grondgebied grote groepen migranten uit andere etnisch-culturele gemeenschappen vestigen?
In vijf lezingen en gesprekken verkennen de Integratiedienst en De Centrale vanuit een telkens iets andere invalshoek dit vraagstuk, dat meer dan ooit in vele vormen en gedaanten (integratie, inburgering, islamdebat, enz.) de publiek opinie beroert.
VRT-journalist Werner Trio (Klara) leidt alle gesprekken in goede banen.
Lezingen
De eerste lezing ‘Identiteit in tijden van globalisering’ heeft plaats op maandag 8 maart 2010 om 20.30 uur. Centrale gastspreker is Maykel Verkuyten van de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht. Hij verricht onderzoek naar de etnische, nationale en religieuze identiteit van jonge mensen.
Hij zoomt in op identiteit en hoe die wordt geconstrueerd. Wat is identiteit? Waarom willen mensen zich absoluut tot een groep bekennen? Wat bepaalt waarom en wanneer iemand zich identificeert met een natie, een etnie of een religie? Waarom haalt nu eens de ene identiteit de bovenhand en dan weer de andere?
En hoe verhouden die identiteiten zich tot elkaar? Zijn ze wel altijd verenigbaar? Kunnen ze complementair zijn? Of leiden ze onherroepelijk tot een ‘botsing van culturen’?
Na de lezing gaat professor Verkuyten in gesprek met Ludo Abicht (filosoof en publicist) en Meryem Kanmaz (doctor politieke en sociale wetenschappen, Expertisecentrum voor Islamitische Culturen in Vlaanderen).
De tweede lezing ‘Voor God of vaderland?’ vindt plaats op maandag 29 maart 2010 om 20.30 uur
Centrale gastspreker is Martijn de Koning (docent Islam en Arabisch, Radboud Universiteit Nijmegen). Hij verrichtte onderzoek naar de manier waarop Marokkaans-Nederlandse moslimjongens en -meisjes met hun religieuze identiteit omgaan.
Gespreksgasten: Bahattin Koçak (voorzitter vzw Via Dialoog, Centrum voor Cultuur en Diversiteit), Patrick Loobuyck (doctor in de moraalfilosofie, Universiteiten Antwerpen & Gent) en Rik Pinxten (professor culturele antropologie Universiteit Gent, voorzitter Humanistische Vrijzinnige Vereniging).
De derde lezing ‘Taal en onderwijs: herauten van de natie?’ vindt plaats op maandag 26 april 2010 om 20.30 uur.
Centrale gastspreker is Christiane Timmerman (Centrum voor Migratie en Interculturele Studies, Universiteit Antwerpen). Zij verricht onderzoek naar integratieprocessen bij verschillende groepen in het onderwijs.
Gespreksgasten: Piet Van Avermaet (directeur Steunpunt Diversiteit en Leren, Universiteit Gent) en Metin Özbel (directeur Lucernacollege Gent).
In het najaar wordt de reeks afgerond met ‘De migrant tussen wens en werkelijkheid’ (oktober) en ‘Voorbij de natiestaat?’ (november).
Praktisch
De lezingenreeks ‘Ongehoord. Over burgerschap, migratie en nationalisme.’vindt plaats in De Centrale – Turbinezaal, Kraankinderstraat 2, 9000 Gent.
De toegang is gratis. Voor het programma kan men terecht op de website www.decentrale.be.
1. Identiteit in tijden van globalisering
maandag 8 maart 2010 om 20.30 uur
2. Voor God of vaderland?
maandag 29 maart om 20.30 uur
3. Taal en onderwijs: herauten van de natie?
maandag 26 april om 20.30 uur
Informatie:
Integratiedienst
Kaprijkestraat 12
9000 Gent
Tel.: 09 265 76 76
Tel.: 09 265 76 70
Fax: 09 265 76 70
E-mail: integratiedienst@gent.be
Openingsuren:
maandag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
dinsdag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
woensdag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
donderdag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
vrijdag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
Mevrouw Anja Van Den Durpel, directeur
Bron: www.gent.be
Sinds een paar eeuwen is Europa de bakermat van het concept natiestaat, de staat georganiseerd op basis van een homogene etnisch culturele natie. De laatste halve eeuw is West-Europa echter een belangrijk immigratiegebied geworden. Hoe moet het verder met de natiestaat nu zich op zijn grondgebied grote groepen migranten uit andere etnisch-culturele gemeenschappen vestigen?
In vijf lezingen en gesprekken verkennen de Integratiedienst en De Centrale vanuit een telkens iets andere invalshoek dit vraagstuk, dat meer dan ooit in vele vormen en gedaanten (integratie, inburgering, islamdebat, enz.) de publiek opinie beroert.
VRT-journalist Werner Trio (Klara) leidt alle gesprekken in goede banen.
Lezingen
De eerste lezing ‘Identiteit in tijden van globalisering’ heeft plaats op maandag 8 maart 2010 om 20.30 uur. Centrale gastspreker is Maykel Verkuyten van de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht. Hij verricht onderzoek naar de etnische, nationale en religieuze identiteit van jonge mensen.
Hij zoomt in op identiteit en hoe die wordt geconstrueerd. Wat is identiteit? Waarom willen mensen zich absoluut tot een groep bekennen? Wat bepaalt waarom en wanneer iemand zich identificeert met een natie, een etnie of een religie? Waarom haalt nu eens de ene identiteit de bovenhand en dan weer de andere?
En hoe verhouden die identiteiten zich tot elkaar? Zijn ze wel altijd verenigbaar? Kunnen ze complementair zijn? Of leiden ze onherroepelijk tot een ‘botsing van culturen’?
Na de lezing gaat professor Verkuyten in gesprek met Ludo Abicht (filosoof en publicist) en Meryem Kanmaz (doctor politieke en sociale wetenschappen, Expertisecentrum voor Islamitische Culturen in Vlaanderen).
De tweede lezing ‘Voor God of vaderland?’ vindt plaats op maandag 29 maart 2010 om 20.30 uur
Centrale gastspreker is Martijn de Koning (docent Islam en Arabisch, Radboud Universiteit Nijmegen). Hij verrichtte onderzoek naar de manier waarop Marokkaans-Nederlandse moslimjongens en -meisjes met hun religieuze identiteit omgaan.
Gespreksgasten: Bahattin Koçak (voorzitter vzw Via Dialoog, Centrum voor Cultuur en Diversiteit), Patrick Loobuyck (doctor in de moraalfilosofie, Universiteiten Antwerpen & Gent) en Rik Pinxten (professor culturele antropologie Universiteit Gent, voorzitter Humanistische Vrijzinnige Vereniging).
De derde lezing ‘Taal en onderwijs: herauten van de natie?’ vindt plaats op maandag 26 april 2010 om 20.30 uur.
Centrale gastspreker is Christiane Timmerman (Centrum voor Migratie en Interculturele Studies, Universiteit Antwerpen). Zij verricht onderzoek naar integratieprocessen bij verschillende groepen in het onderwijs.
Gespreksgasten: Piet Van Avermaet (directeur Steunpunt Diversiteit en Leren, Universiteit Gent) en Metin Özbel (directeur Lucernacollege Gent).
In het najaar wordt de reeks afgerond met ‘De migrant tussen wens en werkelijkheid’ (oktober) en ‘Voorbij de natiestaat?’ (november).
Praktisch
De lezingenreeks ‘Ongehoord. Over burgerschap, migratie en nationalisme.’vindt plaats in De Centrale – Turbinezaal, Kraankinderstraat 2, 9000 Gent.
De toegang is gratis. Voor het programma kan men terecht op de website www.decentrale.be.
1. Identiteit in tijden van globalisering
maandag 8 maart 2010 om 20.30 uur
2. Voor God of vaderland?
maandag 29 maart om 20.30 uur
3. Taal en onderwijs: herauten van de natie?
maandag 26 april om 20.30 uur
Informatie:
Integratiedienst
Kaprijkestraat 12
9000 Gent
Tel.: 09 265 76 76
Tel.: 09 265 76 70
Fax: 09 265 76 70
E-mail: integratiedienst@gent.be
Openingsuren:
maandag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
dinsdag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
woensdag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
donderdag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
vrijdag van 8:00 tot 13:00 uur en van 14:00 tot 16:30 uur
Mevrouw Anja Van Den Durpel, directeur
Bron: www.gent.be
'Leefomstandigheden van vreemdelingen verbeteren'
HAARLEMMERMEER - De gemeenteraad heeft een brief gestuurd naar de voorzitter van de Tweede Kamer en de staatssecretaris van Justitie. In deze brief vraagt zij aandacht voor de leefomstandigheden in het nieuwe detentiecentrum, dat binnenkort wordt gebouwd aan de Badhoevedorpse Sloterweg, nabij Schiphol.
Tijdens de besloten raadsvergadering van 4 februari, waarbij het bestemmingsplan van de Sloterweg-Koetsierstraat werd vastgesteld, heeft een meerderheid van de raad opmerkingen gemaakt over het Nederlandse beleid inzake het tijdelijk vastzetten (detentie) van vreemdelingen. Deze opmerkingen heeft de gemeente door middel van een brief onder de aandacht gebracht van de landelijke politiek.
Ereschuld
'In de nacht van 26 op 27 oktober 2005 kwamen elf mensen om het leven bij een grote brand in het cellencomplex van het detentiecentrum. De drie overheidsinstanties - Dienst Justitiële Inrichtingen, Rijksgebouwendienst en gemeente Haarlemmermeer - zijn zich er ten volle van bewust dat een dergelijke catastrofe nooit meer mag voorkomen. Toenmalig minister van Justitie Donner heeft in dit verband gesproken over een ereschuld, die tegenover de slachtoffers en de nabestaanden moet worden ingelost. Dat betekent dat de veiligheid van gedetineerden altijd voorop staat en optimaal moet worden georganiseerd. Het is met name deze reden geweest waarom de gemeente Haarlemmermeer het bestemmingsplan Schiphol Sloterweg Koetsierstraat heeft vastgesteld. Met de realisatie van het nieuwe justitiële complex, als vervanging van het tijdelijke complex, zal de veiligheid van de gedetineerden immers verder verbeteren', aldus de gemeenteraad van Haarlemmermeer.
'De raad is zich er terdege van bewust dat dit geen onderwerp is van lokaal beleid. Toch vragen wij te bezien in hoeverre alternatieven voor detentiebeleid toe te passen zijn. Gedacht kan worden aan borgstelling of onderbrenging op andere locaties dan detentiecentra. Wanneer detentie toch nodig blijkt te zijn, moeten de vreemdelingen niet behandeld worden met een regime alsof zij strafrechtelijk veroordeeld zijn. De Europese richtlijnen die er nu zijn, maar ook de komende wijzigingen, moeten worden gerespecteerd. Daarnaast moeten naar onze mening verbeteringen in de detentieomstandigheden worden aangebracht', aldus de gemeenteraad, die op deze manier aandacht vraagt voor de leefomstandigheden van de 'vreemdelingen'.
De gemeenteraad wijst in haar brieven onder andere op de omstandigheden in andere Europese landen als Spanje en Frankrijk, waar bijvoorbeeld een detentielimiet geldt. De gemiddelde detentieduur voor mensen in afwachting van uitzetting in Nederland is 82 dagen. In Spanje geldt een detentielimiet van veertig dagen en in Frankrijk 32 dagen.
Bewegingsvrijheid
Een grotere bewegingsvrijheid in het centrum zelf, waarbij de deuren van de cellen niet het grootste deel van de dag op slot zijn, is volgens de gemeenteraad van Haarlemmermeer een noodzakelijke verbetering, evenals de toegang tot educatieve activiteiten en arbeid. Ook dringt de gemeenteraad aan op het uitbreiden van de huidige bezoekregeling.
De gemeenteraad onderschrijft dat het detentiebeleid gericht moet zijn op beschikbaarheid van de vreemdeling ten behoeve van het terugkeer- of asielproces. Deze beschikbaarheid kan in Nederland in veel gevallen waardiger worden vormgegeven dan nu het geval is.
Bron: http://www.echo.nl/ww-hd/buurt/redactie/991783/leefomstandigheden.van.vreemdelingen.verbeteren/
Tijdens de besloten raadsvergadering van 4 februari, waarbij het bestemmingsplan van de Sloterweg-Koetsierstraat werd vastgesteld, heeft een meerderheid van de raad opmerkingen gemaakt over het Nederlandse beleid inzake het tijdelijk vastzetten (detentie) van vreemdelingen. Deze opmerkingen heeft de gemeente door middel van een brief onder de aandacht gebracht van de landelijke politiek.
Ereschuld
'In de nacht van 26 op 27 oktober 2005 kwamen elf mensen om het leven bij een grote brand in het cellencomplex van het detentiecentrum. De drie overheidsinstanties - Dienst Justitiële Inrichtingen, Rijksgebouwendienst en gemeente Haarlemmermeer - zijn zich er ten volle van bewust dat een dergelijke catastrofe nooit meer mag voorkomen. Toenmalig minister van Justitie Donner heeft in dit verband gesproken over een ereschuld, die tegenover de slachtoffers en de nabestaanden moet worden ingelost. Dat betekent dat de veiligheid van gedetineerden altijd voorop staat en optimaal moet worden georganiseerd. Het is met name deze reden geweest waarom de gemeente Haarlemmermeer het bestemmingsplan Schiphol Sloterweg Koetsierstraat heeft vastgesteld. Met de realisatie van het nieuwe justitiële complex, als vervanging van het tijdelijke complex, zal de veiligheid van de gedetineerden immers verder verbeteren', aldus de gemeenteraad van Haarlemmermeer.
'De raad is zich er terdege van bewust dat dit geen onderwerp is van lokaal beleid. Toch vragen wij te bezien in hoeverre alternatieven voor detentiebeleid toe te passen zijn. Gedacht kan worden aan borgstelling of onderbrenging op andere locaties dan detentiecentra. Wanneer detentie toch nodig blijkt te zijn, moeten de vreemdelingen niet behandeld worden met een regime alsof zij strafrechtelijk veroordeeld zijn. De Europese richtlijnen die er nu zijn, maar ook de komende wijzigingen, moeten worden gerespecteerd. Daarnaast moeten naar onze mening verbeteringen in de detentieomstandigheden worden aangebracht', aldus de gemeenteraad, die op deze manier aandacht vraagt voor de leefomstandigheden van de 'vreemdelingen'.
De gemeenteraad wijst in haar brieven onder andere op de omstandigheden in andere Europese landen als Spanje en Frankrijk, waar bijvoorbeeld een detentielimiet geldt. De gemiddelde detentieduur voor mensen in afwachting van uitzetting in Nederland is 82 dagen. In Spanje geldt een detentielimiet van veertig dagen en in Frankrijk 32 dagen.
Bewegingsvrijheid
Een grotere bewegingsvrijheid in het centrum zelf, waarbij de deuren van de cellen niet het grootste deel van de dag op slot zijn, is volgens de gemeenteraad van Haarlemmermeer een noodzakelijke verbetering, evenals de toegang tot educatieve activiteiten en arbeid. Ook dringt de gemeenteraad aan op het uitbreiden van de huidige bezoekregeling.
De gemeenteraad onderschrijft dat het detentiebeleid gericht moet zijn op beschikbaarheid van de vreemdeling ten behoeve van het terugkeer- of asielproces. Deze beschikbaarheid kan in Nederland in veel gevallen waardiger worden vormgegeven dan nu het geval is.
Bron: http://www.echo.nl/ww-hd/buurt/redactie/991783/leefomstandigheden.van.vreemdelingen.verbeteren/
23 februari 2010
Asielzoeker symbool voor wetswijziging
Patrick Kouma, een uitgeprocedeerde asielzoeker uit Zwolle, staat symbool voor een wetswijzing die de partij Solidara heeft ingediend.
De partij wil dat minderjarige asielzoekers dezelfde rechten krijgen als alle andere minderjarigen in Nederland. Ook moeten ze wanneer ze volwassen zijn zelf kunnen bepalen of ze in Nederland blijven. Die beslissing wordt nu door de Staat gemaakt en dat gebeurt volgens Solidara lang niet altijd op een eerlijke manier. Patrick Kouma kwam als minderjarige vluchteling naar Zwolle en moet nu hij volwassen is terug naar Togo. Solidara wil daarom in het hele land manifesten organiseren waarbij Patrick Kouma symbool staat.
Bron: http://www.rtvoost.nl/nieuws/default.aspx?nid=107781
Compleet van iedere realiteitszin gespeend. Dan krijg je dus horden minderjarigen die naar Nederland worden gestuurd door ouders die zogenaamd dood zijn.
Baanbrekende uitspraak in WAV-zaak: boer kan niet beoordelen of een verblijfsvergunning echt is / en Arbeidsinspectioe moet onderzoek doen naar inkomensschade door de procedure
Rechter spreekt ex-wethouder Bedum vrij voor illegale werknemers
groningen/bedum -
Voormalig wethouder Stoffer Jan Haan (ChristenUnie) van Bedum is vrijgesproken van het in dienst hebben van illegale buitenlandse werknemers op zijn landbouwbedrijf.
De Arbeidsinspectie had ze tot drie keer toe aangetroffen en veroordeelde de maatschap Haan tot drie boetes van 8.000 euro. Volgens de rechtbank kan het Haan en zijn broers Harry en Henk niet worden verweten dat buitenlanders met vervalste documenten illegaal op hun land aan het werk waren.
De rechtbank is het met Haan eens dat het voor een landbouwer ondoenlijk is vervalsingen van identiteitspapieren vast te stellen.
De foto's zijn soms zo bedrieglijk dat zelfs de arbeidsinspectie af en toe vingerafdrukken moet gebruiken om de identiteit van de betrokken asielzoekers vast te stellen.
Stoffer Jan Haan trad bijna vier maanden geleden onder grote politieke druk af als wethouder van Bedum, een baan die hij acht jaar had bekleed.
De rechtbank heft het ministerie van sociale zaken, de werkgever van de Arbeidsinspectie, veroordeeld in alle proceskosten. Bovendien wil de rechter dat er een nader onderzoek komt naar de financiële schade die Haan door deze affaire heeft opgelopen. Haan had uitgerekend dat dit hem tot zijn pensioen 85.000 euro kan gaan kosten.
Bron: http://www.dvhn.nl/nieuws/noorden/groningen/article5839785.ece/Rechter-spreekt-ex-wethouder-Bedum-vrij-voor-illegale-werknemers
groningen/bedum -
Voormalig wethouder Stoffer Jan Haan (ChristenUnie) van Bedum is vrijgesproken van het in dienst hebben van illegale buitenlandse werknemers op zijn landbouwbedrijf.
De Arbeidsinspectie had ze tot drie keer toe aangetroffen en veroordeelde de maatschap Haan tot drie boetes van 8.000 euro. Volgens de rechtbank kan het Haan en zijn broers Harry en Henk niet worden verweten dat buitenlanders met vervalste documenten illegaal op hun land aan het werk waren.
De rechtbank is het met Haan eens dat het voor een landbouwer ondoenlijk is vervalsingen van identiteitspapieren vast te stellen.
De foto's zijn soms zo bedrieglijk dat zelfs de arbeidsinspectie af en toe vingerafdrukken moet gebruiken om de identiteit van de betrokken asielzoekers vast te stellen.
Stoffer Jan Haan trad bijna vier maanden geleden onder grote politieke druk af als wethouder van Bedum, een baan die hij acht jaar had bekleed.
De rechtbank heft het ministerie van sociale zaken, de werkgever van de Arbeidsinspectie, veroordeeld in alle proceskosten. Bovendien wil de rechter dat er een nader onderzoek komt naar de financiële schade die Haan door deze affaire heeft opgelopen. Haan had uitgerekend dat dit hem tot zijn pensioen 85.000 euro kan gaan kosten.
Bron: http://www.dvhn.nl/nieuws/noorden/groningen/article5839785.ece/Rechter-spreekt-ex-wethouder-Bedum-vrij-voor-illegale-werknemers
Leuk geprobeerd maar een kort geding waarin een pardonvergunning wordt afgedwongen is niet-ontvankelijk (uitspraak)
LJN: BL5241,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-Gravenhage , 353571/ KG ZA 09-1638
Datum uitspraak: 18-01-2010
Datum publicatie: 23-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Voorlopige voorziening
Inhoudsindicatie: Kort geding, vordering tot afgifte verblijfsvergunning na aanbod o.g.v. de zogenoemde pardonregeling. Eiser niet ontvankelijk, aangezien weigering afgifte een relevante feitelijke handeling betreft waartegen o.g.v. art. 72 lid 3 Vreemdelingenwet 2000 voor eiser bestuursrechtelijke rechtsmiddelen openstaan.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 18-01-2010
Datum publicatie: 23-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Voorlopige voorziening
Inhoudsindicatie: Kort geding, vordering tot afgifte verblijfsvergunning na aanbod o.g.v. de zogenoemde pardonregeling. Eiser niet ontvankelijk, aangezien weigering afgifte een relevante feitelijke handeling betreft waartegen o.g.v. art. 72 lid 3 Vreemdelingenwet 2000 voor eiser bestuursrechtelijke rechtsmiddelen openstaan.
Bron: rechtspraak.nl
Haarlemmermeer stelt eisen aan detentiecentrum
HAARLEMMERMEER - Er moet nadrukkelijk gekeken worden naar alternatieven voor het opsluiten van asielzoekers. Opsluiten in het nieuwe detentiecentrum aan de Sloterweg moet de laatste mogelijkheid zijn. Ook moet er een maximum aan het aantal dagen opsluiting gesteld worden. Dit schrijft de gemeenteraad in een brief aan de Tweede Kamer en de minister van justitie.
Een nieuw detentiecentrum bij Schiphol, prima. Zo besloot de gemeenteraad begin februari. Maar er worden wel voorwaarden gesteld. Vanuit het raadhuis is een brief verstuurd met aanvullende eisen van de gemeente, hoewel de gemeente er formeel niets over te zeggen heeft.
Bron: http://www.webregio.nl/zuid-kennemerland/regionaal-nieuws/artikel/577380/haarlemmermeer-stelt-eisen-aan-detentiecentrum.aspx
Een nieuw detentiecentrum bij Schiphol, prima. Zo besloot de gemeenteraad begin februari. Maar er worden wel voorwaarden gesteld. Vanuit het raadhuis is een brief verstuurd met aanvullende eisen van de gemeente, hoewel de gemeente er formeel niets over te zeggen heeft.
Bron: http://www.webregio.nl/zuid-kennemerland/regionaal-nieuws/artikel/577380/haarlemmermeer-stelt-eisen-aan-detentiecentrum.aspx
Vergoeding kosten van het laten doen van een contra-expertise (uitspraak)
LJN: BL3747, Rechtbank 's-Gravenhage , zittingsplaats Utrecht , AWB 09/17943 COA
Datum uitspraak: 21-01-2010
Datum publicatie: 17-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: 17, eerste lid van de Rva / noodzakelijke kosten contra-expertise documentenonderzoek
Eiser verzoekt om vergoeding van de kosten voor het laten verrichten van een contra-expertise naar de authenticiteit van de door hem in zijn asielprocedure overgelegde arrestatiebevelen. Anders dan in de uitspraak van de rechtbank 's Gravenhage van 25 november 2009 is in het geval van eiser de conclusie van de KMar dat de door eiser overgelegde arrestatiebevelen niet zijn opgemaakt en afgegeven door de daartoe bevoegde autoriteiten niet gebaseerd op de vaststelling dat de arrestatiebevelen zelf vals zijn, maar op de stelling dat eiser de documenten niet in zijn bezit kan hebben. De conclusie van de KMar is niet gebaseerd op een vaststelling van feiten, zoals dat er met de documenten is geknoeid. Het betoog van verweerder dat er geen sprake kan zijn van noodzakelijke kosten omdat de rechter, zonder dat een contra-exptertise is ingediend, kan toetsen of uit vastgestelde feiten de juiste conclusie is getrokken gaat dan ook in eisers geval niet op. Juist nu het gaat om een beoordeling van deze documenten -waarvan niet is vastgesteld dat ermee is geknoeid- heeft eiser belang bij een contra-expertise. De rechtbank beoordeelt of het deskundigenbericht op onpartijdige, objectieve en inzichtelijke wijze informatie verschaft, onder aanduiding - voor zover mogelijk en verantwoord- van de bronnen, waaraan deze is ontleend. Indien aan deze eisen is voldaan, mag verweerder bij de besluitvorming op asielaanvragen van de juistheid van die informatie uitgaan, tenzij concrete aanknopingspunten bestaan voor twijfel aan de juistheid of volledigheid ervan. Dit laat onverlet dat niet uitgesloten is dat een andere deskundige op basis van zijn expertise tot een andere conclusie komt, welke conclusie evenzeer kan voldoen aan de te stellen eisen van een deskundigenbericht. De rechtbank kan die beoordeling niet errichten. Verweerder heeft zich met de gegeven motivering ten tijde van het bestreden besluit niet in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de door eiser verzochte vergoeding voor het laten verrichten van een contra-expertise naar de authenticiteit van de door hem overgelegde arrestatiebevelen geen noodzakelijke kosten zijn in de zin van artikel 17 van de Rva 2005. Beroep gegrond
Bron: rehctspraak.nl
Datum uitspraak: 21-01-2010
Datum publicatie: 17-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: 17, eerste lid van de Rva / noodzakelijke kosten contra-expertise documentenonderzoek
Eiser verzoekt om vergoeding van de kosten voor het laten verrichten van een contra-expertise naar de authenticiteit van de door hem in zijn asielprocedure overgelegde arrestatiebevelen. Anders dan in de uitspraak van de rechtbank 's Gravenhage van 25 november 2009 is in het geval van eiser de conclusie van de KMar dat de door eiser overgelegde arrestatiebevelen niet zijn opgemaakt en afgegeven door de daartoe bevoegde autoriteiten niet gebaseerd op de vaststelling dat de arrestatiebevelen zelf vals zijn, maar op de stelling dat eiser de documenten niet in zijn bezit kan hebben. De conclusie van de KMar is niet gebaseerd op een vaststelling van feiten, zoals dat er met de documenten is geknoeid. Het betoog van verweerder dat er geen sprake kan zijn van noodzakelijke kosten omdat de rechter, zonder dat een contra-exptertise is ingediend, kan toetsen of uit vastgestelde feiten de juiste conclusie is getrokken gaat dan ook in eisers geval niet op. Juist nu het gaat om een beoordeling van deze documenten -waarvan niet is vastgesteld dat ermee is geknoeid- heeft eiser belang bij een contra-expertise. De rechtbank beoordeelt of het deskundigenbericht op onpartijdige, objectieve en inzichtelijke wijze informatie verschaft, onder aanduiding - voor zover mogelijk en verantwoord- van de bronnen, waaraan deze is ontleend. Indien aan deze eisen is voldaan, mag verweerder bij de besluitvorming op asielaanvragen van de juistheid van die informatie uitgaan, tenzij concrete aanknopingspunten bestaan voor twijfel aan de juistheid of volledigheid ervan. Dit laat onverlet dat niet uitgesloten is dat een andere deskundige op basis van zijn expertise tot een andere conclusie komt, welke conclusie evenzeer kan voldoen aan de te stellen eisen van een deskundigenbericht. De rechtbank kan die beoordeling niet errichten. Verweerder heeft zich met de gegeven motivering ten tijde van het bestreden besluit niet in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de door eiser verzochte vergoeding voor het laten verrichten van een contra-expertise naar de authenticiteit van de door hem overgelegde arrestatiebevelen geen noodzakelijke kosten zijn in de zin van artikel 17 van de Rva 2005. Beroep gegrond
Bron: rehctspraak.nl
CDA wil allochtone crimineel harder aanpakken
DEN HAAG - Hogere eisen aan huwelijksmigratie, het aanpassen van de inburgeringscursussen en criminele jongeren aanpakken via een zogenoemde strafdienstplicht.
Dat zijn enkele maatregelen die het CDA voorstelt over het thema integratie, immigratie en asiel. Tweede Kamerlid Sybrand van Haersma Buma maakte de punten maandag bekend in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen.
Bij de strafdienstplicht krijgen jongeren een straf opgelegd die ze na schooltijd moeten uitvoeren. In speciale opvoedinstituten moet hun in een strakke structuur worden bijgebracht hoe ze zich dienen te gedragen.
Het CDA wil ervan af dat de straf voor jongeren zich nu vaak beperkt tot een taakstraf, zoals papierprikken. De partij vindt dat er ook sprake moet zijn van detentie.
Bewaring
Ook pleit het CDA ervoor dat iemand die over de schreef is gegaan, direct een paar dagen in bewaring komt en dus niet kort na een delict alweer op straat loopt. Verder moet de school worden betrokken bij een plan van aanpak.
De beoogde regels gelden voor alle jongeren waar problemen mee zijn. Wel constateert het CDA dat crimineel gedrag relatief vaker voorkomt bij allochtone jongeren.
Inburgering
In bredere zin wil het CDA dat er meer eisen komen rond de inburgering van nieuwkomers. Een belangrijk onderdeel daarvan is de taal. Verder wil de partij strenger zijn bij het toelaten van nieuwkomers.
Iemand die nuttig kan zijn voor de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld een ict-specialist, is welkom. Maar huwelijksmigratie, waarbij vrouwen uit Marokko naar Nederland komen, moet beperkt worden.
Opvang
Het CDA wil de toestroom van nieuwkomers in algemene zin beperken door meer te kijken naar opvang van asielzoekers in hun eigen regio.
Volgens Van Haersma Buma is het momenteel nog zo dat nieuwkomers zich teveel richten op het eigen land.
''Je ziet dat bijvoorbeeld aan de grote aantallen schotelantennes. Op termijn kun je daar geen samenleving op bouwen'', aldus het Kamerlid.
Samenleving
Het CDA ziet liever dat de allochtonen zich meer richten op de Nederlandse samenleving. Ook propageert de partij ook dat vaker symbolen moeten worden gebruikt. Zo herhaalde hij dat op elk overheidsgebouw de Nederlandse en de Europese vlag zou moeten wapperen.
Omdat integratieproblemen vaak spelen in grote steden, overhandigde Van Haersma Buma de zienswijze aan de CDA-fractievoorzitters van Den Haag, Rotterdam en Utrecht.
Het Kamerlid zei verder dat de opkomende populariteit van Geert Wilders en diens visie op integratie geen rol heeft gespeeld bij de bepaling van de eigen standpunten.
Bron: http://www.nu.nl/politiek/2190351/cda-wil-allochtone-crimineel-harder-aanpakken.html
Dat zijn enkele maatregelen die het CDA voorstelt over het thema integratie, immigratie en asiel. Tweede Kamerlid Sybrand van Haersma Buma maakte de punten maandag bekend in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen.
Bij de strafdienstplicht krijgen jongeren een straf opgelegd die ze na schooltijd moeten uitvoeren. In speciale opvoedinstituten moet hun in een strakke structuur worden bijgebracht hoe ze zich dienen te gedragen.
Het CDA wil ervan af dat de straf voor jongeren zich nu vaak beperkt tot een taakstraf, zoals papierprikken. De partij vindt dat er ook sprake moet zijn van detentie.
Bewaring
Ook pleit het CDA ervoor dat iemand die over de schreef is gegaan, direct een paar dagen in bewaring komt en dus niet kort na een delict alweer op straat loopt. Verder moet de school worden betrokken bij een plan van aanpak.
De beoogde regels gelden voor alle jongeren waar problemen mee zijn. Wel constateert het CDA dat crimineel gedrag relatief vaker voorkomt bij allochtone jongeren.
Inburgering
In bredere zin wil het CDA dat er meer eisen komen rond de inburgering van nieuwkomers. Een belangrijk onderdeel daarvan is de taal. Verder wil de partij strenger zijn bij het toelaten van nieuwkomers.
Iemand die nuttig kan zijn voor de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld een ict-specialist, is welkom. Maar huwelijksmigratie, waarbij vrouwen uit Marokko naar Nederland komen, moet beperkt worden.
Opvang
Het CDA wil de toestroom van nieuwkomers in algemene zin beperken door meer te kijken naar opvang van asielzoekers in hun eigen regio.
Volgens Van Haersma Buma is het momenteel nog zo dat nieuwkomers zich teveel richten op het eigen land.
''Je ziet dat bijvoorbeeld aan de grote aantallen schotelantennes. Op termijn kun je daar geen samenleving op bouwen'', aldus het Kamerlid.
Samenleving
Het CDA ziet liever dat de allochtonen zich meer richten op de Nederlandse samenleving. Ook propageert de partij ook dat vaker symbolen moeten worden gebruikt. Zo herhaalde hij dat op elk overheidsgebouw de Nederlandse en de Europese vlag zou moeten wapperen.
Omdat integratieproblemen vaak spelen in grote steden, overhandigde Van Haersma Buma de zienswijze aan de CDA-fractievoorzitters van Den Haag, Rotterdam en Utrecht.
Het Kamerlid zei verder dat de opkomende populariteit van Geert Wilders en diens visie op integratie geen rol heeft gespeeld bij de bepaling van de eigen standpunten.
Bron: http://www.nu.nl/politiek/2190351/cda-wil-allochtone-crimineel-harder-aanpakken.html
'Werkgevers discrimineren vooral op leeftijd en etniciteit'
AMSTERDAM - Volgens de Nederlandse beroepsbevolking discrimineren werkgevers bij het aantrekken van personeel het meest op leeftijd en etniciteit. Meer dan de helft van de beroepsbevolking is deze mening toegedaan.
Dat kwam naar voren uit het Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek (AGO) van de Intelligence Group.
Intelligence Group vroeg de beroepsbevolking waar volgens hen door werkgevers het meest op gediscrimineerd wordt bij het aantrekken van personeel. Volgens de Nederlandse beroepsbevolking discrimineren werkgevers het meest op leeftijd en etniciteit. 58 procent respectievelijk 55 procent geeft aan dat op deze aspecten het meest gediscrimineerd wordt.
Beide soorten discriminatie komen veel vaker voor dan discriminatie op werkervaring en geslacht.
Werkervaring
De meningen en ervaringen variëren tussen groepen. Waar vijftigplussers vooral discriminatie op leeftijd ervaren, ondervinden starters voornamelijk discriminatie op werkervaring. 72 procent van de vijftigplussers geeft aan dat leeftijdsdiscriminatie in de top 3 staat, tegen 39 procent van de personen in de leeftijdscategorie 15-19 jaar.
Starters op de arbeidsmarkt (50 procent) ervaren vaker discriminatie op werkervaring dan ervaren professionals (25 procent). Ook vrouwen (39 procent) zijn deze mening eerder dan mannen (28 procent) toegedaan. Bovendien komt discriminatie op geslacht volgens vrouwen vaker voor dan volgens mannen, 30 versus 21 procent.
Allochtonen
Zowel autochtonen als allochtonen ervaren het vaakst discriminatie op leeftijd. Onder autochtonen bedraagt dit percentage 56 procent en onder allochtonen zelfs 70 procent. Met betrekking tot discriminatie op etniciteit komen de meningen van autochtonen en allochtonen overeen.
Marokkanen maken de grootste kans om gediscrimineerd te worden als het gaat om discriminatie op afkomst (84 procent). Zij worden op afstand gevolgd door Turken (52 procent) en Antillianen (50 procent).
Bron: http://www.nu.nl/werk-en-prive/2191102/werkgevers-discrimineren-vooral-leeftijd-en-etniciteit.html
Beetje vreemde uitspraak van de Raad van State in een bewaringszaak (uitspraak)
LJN: BL4570, Raad van State , 201000135/1/V3
Datum uitspraak: 15-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Vreemdelingenbewaring / staandehouding / juistheid proces-verbaal
In beginsel dient van de juistheid en volledigheid van het op ambtseed dan wel op ambtsbelofte opgemaakt en ondertekend proces-verbaal te worden uitgegaan. Nu de vreemdeling geen tegenbewijs heeft geleverd, had de rechtbank niet op grond van de enkele betwisting dat hij uit eigen beweging heeft verteld dat hij niet rechtmatig hier te lande verblijft aan de juistheid van het proces-verbaal behoren te twijfelen. Dat, naar de vreemdeling stelt, bepaalde feiten niet in het proces-verbaal zijn opgenomen, betekent niet dat reeds daarom niet van de juistheid van hetgeen wel in het proces-verbaal is vermeld mag worden uitgegaan. De grief slaagt.
Bron: reechtspraak.nl
Nou kan iemand wel van alles roepen maar hoe had de ABRRvS dan zich voorgesteld dat de vreemdeling hier bewijs over kon leveren?
Datum uitspraak: 15-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Vreemdelingenbewaring / staandehouding / juistheid proces-verbaal
In beginsel dient van de juistheid en volledigheid van het op ambtseed dan wel op ambtsbelofte opgemaakt en ondertekend proces-verbaal te worden uitgegaan. Nu de vreemdeling geen tegenbewijs heeft geleverd, had de rechtbank niet op grond van de enkele betwisting dat hij uit eigen beweging heeft verteld dat hij niet rechtmatig hier te lande verblijft aan de juistheid van het proces-verbaal behoren te twijfelen. Dat, naar de vreemdeling stelt, bepaalde feiten niet in het proces-verbaal zijn opgenomen, betekent niet dat reeds daarom niet van de juistheid van hetgeen wel in het proces-verbaal is vermeld mag worden uitgegaan. De grief slaagt.
Bron: reechtspraak.nl
Nou kan iemand wel van alles roepen maar hoe had de ABRRvS dan zich voorgesteld dat de vreemdeling hier bewijs over kon leveren?
Kan het Iraakse vluchtelingen worden tegengeworpen dat ze de hulp van de Iraakse authoriteiten niet hebben ingeroepen? (Uitspraak Raad van State)
LJN: BL4567, Raad van State , 200909235/1/V2
Datum uitspraak: 12-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Irak / bescherming autoriteiten / bedreiging door Mujahedin / motivering
In het licht van de in voormeld ambtsbericht vervatte informatie, dat sprake is van grootschalige infiltratie in de veiligheidsorganisaties in Centraal-Irak door militieleden, heeft de staatssecretaris zich niet zonder nader onderzoek op het standpunt mogen stellen dat de vreemdeling, die afkomstig is uit Bagdad, gelegen in Centraal-Irak, en - zoals uit het vorenoverwogene volgt - van de zijde van de Mujahedin is bedreigd, niet aannemelijk heeft gemaakt dat het voor hem gevaarlijk was om bescherming bij de Iraakse autoriteiten te vragen. Gelet hierop is het beroep gegrond en dient het besluit van 19 januari 2009 te worden vernietigd wegens strijd met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 12-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Irak / bescherming autoriteiten / bedreiging door Mujahedin / motivering
In het licht van de in voormeld ambtsbericht vervatte informatie, dat sprake is van grootschalige infiltratie in de veiligheidsorganisaties in Centraal-Irak door militieleden, heeft de staatssecretaris zich niet zonder nader onderzoek op het standpunt mogen stellen dat de vreemdeling, die afkomstig is uit Bagdad, gelegen in Centraal-Irak, en - zoals uit het vorenoverwogene volgt - van de zijde van de Mujahedin is bedreigd, niet aannemelijk heeft gemaakt dat het voor hem gevaarlijk was om bescherming bij de Iraakse autoriteiten te vragen. Gelet hierop is het beroep gegrond en dient het besluit van 19 januari 2009 te worden vernietigd wegens strijd met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht.
Bron: rechtspraak.nl
Voormalig vluchteling exposeert in Gent
Gent is mini-Smak rijker
Voormalig 'anatomisch theater' op Bijlokesite verwelkomt hedendaagse kunstenaars
Wim Waelput (links) en Mekhitar Garabedian: 'Kunst over maatschappelijk relevante onderwerpen.'gia
GENT - Gent is een prachtige nieuwe tentoonstellingsruimte rijker. Waar vroeger op de Bijlokesite anatomielessen werden gegeven, prijkt nu hedendaagse kunst. 'Kiosk' oogt als een helder mini-Smak en is gehuisvest in de gebouwen van het Kask. Karel Van Keymeulen
Kiosk had al enkele jaren een bescheiden werking in een klein glazen paviljoen, maar kan nu zijn vleugels uitslaan in een prachtig gerestaureerd gebouw, waar het licht langs grote ramen en een koepel gul binnenstroomt. Kiosk is een initiatief van de vzw Kunstensite, in samenwerking met Hogeschool Gent Kask (Koninklijke Academie voor Schone Kunsten).
Artistiek verantwoordelijke is Wim Waelput. 'Dit voormalige hospitaalcomplex is van architect Louis Cloquet, die ook het Sint-Pietersstation en het voormalige postgebouw aan de Korenmarkt creëerde. Kiosk is destijds vanuit het Kask gelanceerd, maar wij hebben een eigen werking. We zitten hier perfect op onze plaats, in het Kask en op de cultuurcampus die de Bijlokesite is geworden. De vzw Kunstensite is vorig jaar als enige nieuwkomer voor beeldende kunsten erkend in het kunstendecreet. Wij ontvangen voor drie jaar structurele subsidies. Onze vzw zet ook de matinees op waarbij kunstgaleries in Gent open zijn op zondag. Wij zijn geen kunstgalerie en geen museum. Vergelijk het met een kunstverein zoals in Duitsland bestaat', zegt Waelput.
Opzet van Kiosk is jaarlijks vier tentoonstellingen met jonge hedendaagse kunstenaars te presenteren. 'Wij leggen de klemtoon op creatie. Dat past ook goed bij een kunsthogeschool waar scheppen centraal staat. We zoeken kunstenaars uit België en het buitenland. Zij moeten met de ruimte om kunnen, maar ook onderzoek doen en maatschappelijk relevante onderwerpen.'
Armeense Gentenaar
Mekhitar Garabedian, een Gentenaar van Armeense afkomst, is een van de kunstenaars tijdens de opening. Zijn voorouders vluchtten voor de Armeense genocide in 1915 naar het Syrische Aleppo. Zijn ouders gingen daar in 1981 weg voor de Libanese burgeroorlog. Hij was toen vier jaar oud. Hij studeerde bij de jezuïeten en aan het Kask. Zijn werk heet Young Man Blues. Het is een zoektocht naar zijn identiteit als immigrant.
'Wat gebeurt er met je traditie, je taal en je cultuur als je verhuist. Hoe gaat de migrant om met zijn eigen moedertaal. Die vragen stel ik. Ik spreek Armeens, maar schrijven is moeilijker. Ik deed verwoede oefeningen en daaruit groeide een werk met veel herhalingen. Ik heb het op een muur gezet', zegt Garabedian.
In een ruimte lezen we in neonletters: A young man ain't nothin in this world today. 'Dat komt uit de song Young Man Blues van jazzzanger Mose Allison. The Who coverde die song nog in 1969. Ik zing die song a capella. Een migrant wordt geacht te breken met zijn verleden, maar binnen de Armeense diaspora wordt de band met het vaderland en de traditie gekoesterd', vertelt hij.
In Garabedians werk zitten ook knipogen. 'Mijn thema's zijn al zwaar genoeg, ik wilde ook een lichte toon aanhouden', zegt hij met een licht Gents accent.
Kiosk, Louis Pasteurlaan 2 in Gent, tel. 09-267.01.68. http://www.kioskgallery.be/
Bron: http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=0G2MGTUO
Voormalig 'anatomisch theater' op Bijlokesite verwelkomt hedendaagse kunstenaars
Wim Waelput (links) en Mekhitar Garabedian: 'Kunst over maatschappelijk relevante onderwerpen.'gia
GENT - Gent is een prachtige nieuwe tentoonstellingsruimte rijker. Waar vroeger op de Bijlokesite anatomielessen werden gegeven, prijkt nu hedendaagse kunst. 'Kiosk' oogt als een helder mini-Smak en is gehuisvest in de gebouwen van het Kask. Karel Van Keymeulen
Kiosk had al enkele jaren een bescheiden werking in een klein glazen paviljoen, maar kan nu zijn vleugels uitslaan in een prachtig gerestaureerd gebouw, waar het licht langs grote ramen en een koepel gul binnenstroomt. Kiosk is een initiatief van de vzw Kunstensite, in samenwerking met Hogeschool Gent Kask (Koninklijke Academie voor Schone Kunsten).
Artistiek verantwoordelijke is Wim Waelput. 'Dit voormalige hospitaalcomplex is van architect Louis Cloquet, die ook het Sint-Pietersstation en het voormalige postgebouw aan de Korenmarkt creëerde. Kiosk is destijds vanuit het Kask gelanceerd, maar wij hebben een eigen werking. We zitten hier perfect op onze plaats, in het Kask en op de cultuurcampus die de Bijlokesite is geworden. De vzw Kunstensite is vorig jaar als enige nieuwkomer voor beeldende kunsten erkend in het kunstendecreet. Wij ontvangen voor drie jaar structurele subsidies. Onze vzw zet ook de matinees op waarbij kunstgaleries in Gent open zijn op zondag. Wij zijn geen kunstgalerie en geen museum. Vergelijk het met een kunstverein zoals in Duitsland bestaat', zegt Waelput.
Opzet van Kiosk is jaarlijks vier tentoonstellingen met jonge hedendaagse kunstenaars te presenteren. 'Wij leggen de klemtoon op creatie. Dat past ook goed bij een kunsthogeschool waar scheppen centraal staat. We zoeken kunstenaars uit België en het buitenland. Zij moeten met de ruimte om kunnen, maar ook onderzoek doen en maatschappelijk relevante onderwerpen.'
Armeense Gentenaar
Mekhitar Garabedian, een Gentenaar van Armeense afkomst, is een van de kunstenaars tijdens de opening. Zijn voorouders vluchtten voor de Armeense genocide in 1915 naar het Syrische Aleppo. Zijn ouders gingen daar in 1981 weg voor de Libanese burgeroorlog. Hij was toen vier jaar oud. Hij studeerde bij de jezuïeten en aan het Kask. Zijn werk heet Young Man Blues. Het is een zoektocht naar zijn identiteit als immigrant.
'Wat gebeurt er met je traditie, je taal en je cultuur als je verhuist. Hoe gaat de migrant om met zijn eigen moedertaal. Die vragen stel ik. Ik spreek Armeens, maar schrijven is moeilijker. Ik deed verwoede oefeningen en daaruit groeide een werk met veel herhalingen. Ik heb het op een muur gezet', zegt Garabedian.
In een ruimte lezen we in neonletters: A young man ain't nothin in this world today. 'Dat komt uit de song Young Man Blues van jazzzanger Mose Allison. The Who coverde die song nog in 1969. Ik zing die song a capella. Een migrant wordt geacht te breken met zijn verleden, maar binnen de Armeense diaspora wordt de band met het vaderland en de traditie gekoesterd', vertelt hij.
In Garabedians werk zitten ook knipogen. 'Mijn thema's zijn al zwaar genoeg, ik wilde ook een lichte toon aanhouden', zegt hij met een licht Gents accent.
Kiosk, Louis Pasteurlaan 2 in Gent, tel. 09-267.01.68. http://www.kioskgallery.be/
Bron: http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=0G2MGTUO
Verblijfsvergunning kwijt na 3 veroordelingen
Een Kamermeerderheid wil dat vreemdelingen die zich in de eerste drie jaren van hun verblijf schuldig maken aan ernstige misdrijven (waarvoor gevangenisstraffen van tenminste twee weken worden opgelegd) na drie veroordelingen worden uitgezet.
Een voorstel daartoe van de twee grootste regeringspartijen, CDA en PvdA, kreeg donderdagnacht (19/2/2010) een ruime Kamermeerderheid achter zich. Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie had woensdag (17/2/2010) tijdens een overleg in de Tweede Kamer deze motie nog ontraden omdat die zou leiden tot een te grote werkbelasting voor de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).
Glijdende schaal
Het kabinet had zelf al voorgesteld om de zogenaamde ‘glijdende schaal’ (het verband dat wordt gelegd tussen de ernst van een misdaad en de verblijfsvergunning) aan te scherpen. Als in de eerste drie verblijfsjaren vijf keer een misdrijf zou worden begaan in de sfeer van huiselijk geweld, mensenhandel of drugs- en wapenhandel dan wordt de verblijfsvergunning ingetrokken. Bij ernstige delicten zoals zedenzaken en moord- en doodslag wordt de strafmaat zelfs met een factor twee vermenigvuldigd zodat eerder tot uitzetting kan worden overgegaan.
Voorstellen van de PVV om direct bij een eerste veroordeling tot uitzetting over te gaan en van de VVD om dat na twee straffen te doen konden niet op een Kamermeerderheid rekenen. Volgens minister Hirsch Ballin zou het voorstel van de PVV ook indruisen tegen diverse internationale verdragen waaraan Nederland zich heeft verbonden.
Eerwraakmoordenaar
Bij het aanscherpen van de glijdende schaal speelt mee een kwestie rond een eerwraakmoordenaar uit Irak. Op basis van de vroegere regelgeving moest Nederland tandenknarsend toestaan dat de man in Nederland mocht blijven want naast de ernst van het misdrijf spreekt in het voordeel van een veroordeelde als hij lang in Nederland verblijft. De aangescherpte regelgeving maakt het niet mogelijk de eerwraakmoordenaar alsnog uit te zetten maar voorkomt wel dat zo’n zaak zich in de toekomst nog eens kan voordoen.
Minister Hirsch Ballin zal in de loop van april de Kamer een overzicht geven welke straffen leiden tot welke verblijfsrechtelijke gevolgen
Bron: http://www.wereldjournalisten.nl/artikel/2010/02/22/verblijfsvergunning_kwijt_na_3_veroordelingen/
Een voorstel daartoe van de twee grootste regeringspartijen, CDA en PvdA, kreeg donderdagnacht (19/2/2010) een ruime Kamermeerderheid achter zich. Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie had woensdag (17/2/2010) tijdens een overleg in de Tweede Kamer deze motie nog ontraden omdat die zou leiden tot een te grote werkbelasting voor de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).
Glijdende schaal
Het kabinet had zelf al voorgesteld om de zogenaamde ‘glijdende schaal’ (het verband dat wordt gelegd tussen de ernst van een misdaad en de verblijfsvergunning) aan te scherpen. Als in de eerste drie verblijfsjaren vijf keer een misdrijf zou worden begaan in de sfeer van huiselijk geweld, mensenhandel of drugs- en wapenhandel dan wordt de verblijfsvergunning ingetrokken. Bij ernstige delicten zoals zedenzaken en moord- en doodslag wordt de strafmaat zelfs met een factor twee vermenigvuldigd zodat eerder tot uitzetting kan worden overgegaan.
Voorstellen van de PVV om direct bij een eerste veroordeling tot uitzetting over te gaan en van de VVD om dat na twee straffen te doen konden niet op een Kamermeerderheid rekenen. Volgens minister Hirsch Ballin zou het voorstel van de PVV ook indruisen tegen diverse internationale verdragen waaraan Nederland zich heeft verbonden.
Eerwraakmoordenaar
Bij het aanscherpen van de glijdende schaal speelt mee een kwestie rond een eerwraakmoordenaar uit Irak. Op basis van de vroegere regelgeving moest Nederland tandenknarsend toestaan dat de man in Nederland mocht blijven want naast de ernst van het misdrijf spreekt in het voordeel van een veroordeelde als hij lang in Nederland verblijft. De aangescherpte regelgeving maakt het niet mogelijk de eerwraakmoordenaar alsnog uit te zetten maar voorkomt wel dat zo’n zaak zich in de toekomst nog eens kan voordoen.
Minister Hirsch Ballin zal in de loop van april de Kamer een overzicht geven welke straffen leiden tot welke verblijfsrechtelijke gevolgen
Bron: http://www.wereldjournalisten.nl/artikel/2010/02/22/verblijfsvergunning_kwijt_na_3_veroordelingen/
Horen in bezwaar in een pardonzaak (uitspraak Raad van State)
LJN: BL4563, Raad van State , 200907090/1/V2
Datum uitspraak: 12-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Horen / bezwaar eerder ten onrecht niet-ontvankelijk verklaard / Ranov / minuut biedt inzicht in gronden
Uit de tekst van artikel 7:3 van de Awb, noch uit de geschiedenis van de totstandkoming ervan kan worden afgeleid dat, indien een bestuursorgaan een bezwaar alsnog inhoudelijk dient te behandelen nadat het dat bezwaar eerder ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard, het reeds om die reden niet meer van het horen van belanghebbenden kan afzien. Dat, zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (uitspraak van 26 juni 2008 in zaak nr. 20000038/1; www.raadvanstate.nl), de minuut een intern stuk is dat een rol speelt in het besluitvormingsproces maar geen deel uitmaakt van het uiteindelijke besluit, en de rechtbank in zoverre terecht heeft overwogen dat geen inhoudelijk primair besluit voorlag, betekent evenmin dat de staatssecretaris reeds om die reden ten onrechte van het horen heeft afgezien. Daartoe is van belang dat de voorwaarden van de Regeling kenbaar neergelegd zijn in het Wijzigingsbesluit Vreemdelingencirculaire 2000, nr. 2007/11 en in de op de vreemdelingen betrekking hebbende minuten, hoewel – zoals uit voormelde uitspraak van 26 juni 2008 voortvloeit – daaraan geen doorslaggevende betekenis toekomt ter vaststelling van de gronden waarom aan hen niet ambtshalve een aanbod wordt gedaan, niettemin inzicht in die gronden wordt geboden en de vreemdelingen in de brief van 12 december 2007 daarop ook gemotiveerd zijn ingegaan.
Datum uitspraak: 12-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Horen / bezwaar eerder ten onrecht niet-ontvankelijk verklaard / Ranov / minuut biedt inzicht in gronden
Uit de tekst van artikel 7:3 van de Awb, noch uit de geschiedenis van de totstandkoming ervan kan worden afgeleid dat, indien een bestuursorgaan een bezwaar alsnog inhoudelijk dient te behandelen nadat het dat bezwaar eerder ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard, het reeds om die reden niet meer van het horen van belanghebbenden kan afzien. Dat, zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (uitspraak van 26 juni 2008 in zaak nr. 20000038/1; www.raadvanstate.nl), de minuut een intern stuk is dat een rol speelt in het besluitvormingsproces maar geen deel uitmaakt van het uiteindelijke besluit, en de rechtbank in zoverre terecht heeft overwogen dat geen inhoudelijk primair besluit voorlag, betekent evenmin dat de staatssecretaris reeds om die reden ten onrechte van het horen heeft afgezien. Daartoe is van belang dat de voorwaarden van de Regeling kenbaar neergelegd zijn in het Wijzigingsbesluit Vreemdelingencirculaire 2000, nr. 2007/11 en in de op de vreemdelingen betrekking hebbende minuten, hoewel – zoals uit voormelde uitspraak van 26 juni 2008 voortvloeit – daaraan geen doorslaggevende betekenis toekomt ter vaststelling van de gronden waarom aan hen niet ambtshalve een aanbod wordt gedaan, niettemin inzicht in die gronden wordt geboden en de vreemdelingen in de brief van 12 december 2007 daarop ook gemotiveerd zijn ingegaan.
Toetsing geloofwaardig geachte vermoedens / zwaarwegendheid in een asielrelaas (uitspraak Raad van State)
LJN: BL4556, Raad van State , 200906650/1/V2
Datum uitspraak: 17-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie:
Indien en voor zover de staatssecretaris zich op het standpunt stelt dat de door een vreemdeling in zijn asielrelaas gestelde feiten en omstandigheden met inbegrip van diens eventuele vermoedens die deel uitmaken van gebeurtenissen die volgens het asielrelaas hebben plaatsgevonden, geloofwaardig worden geacht en in zoverre als vaststaande feiten en omstandigheden moeten worden aangenomen, is het vervolgens aan hem om te beoordelen of deze feiten en omstandigheden kwalificeren als rechtsgrond voor verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, als bedoeld in artikel 31, eerste lid, van de Vw 2000. Hoewel de staatssecretaris terecht betoogt dat van vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, beoordeeld dient te worden of deze reëel en daarmee plausibel te achten zijn, volgt uit voormelde uitspraak van 21 juli 2009 dat die beoordeling niet langer plaatsvindt in het kader van de beoordeling van de geloofwaardigheid van het asielrelaas, maar in het kader van de beoordeling of de als vaststaand aangenomen feiten en omstandigheden kwalificeren als rechtsgrond voor verlening van voormelde verblijfsvergunning. Van die beoordeling maakt voorts deel uit de beantwoording van de vraag of, indien en voor zover de staatssecretaris zich op het standpunt stelt dat de vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat plausibel worden geacht, deze ook voldoende zwaarwegend zijn voor verlening van de gevraagde verblijfsvergunning.
Uitspraak
200906650/1/V2.
Datum uitspraak: 17 februari 2010
Raad van State
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
de staatssecretaris van Justitie,
appellant,
tegen de uitspraak van voorzieningenrechter van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats Amsterdam, van 21 augustus 2009 in zaak nrs. 08/24223 en 09/24225 in het geding tussen:
[de vreemdeling]
en
de staatssecretaris van Justitie.
1. Procesverloop
Bij besluit van 3 juli 2009 heeft de staatssecretaris van Justitie (hierna: de staatssecretaris) een aanvraag van [de vreemdeling] (hierna: de vreemdeling) om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Dit besluit is aangehecht.
Bij uitspraak van 21 augustus 2009, verzonden op dezelfde dag, heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats Amsterdam (hierna: de voorzieningenrechter), voor zover thans van belang, het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en bepaald dat de staatssecretaris een nieuw besluit op de aanvraag neemt met inachtneming van hetgeen in de uitspraak is overwogen. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft de staatssecretaris bij brief, bij de Raad van State binnengekomen op 28 augustus 2009, hoger beroep ingesteld. Deze brief is aangehecht.
De vreemdeling heeft een verweerschrift ingediend.
Vervolgens is het onderzoek gesloten.
2. Overwegingen
2.1. In de eerste grief klaagt de staatssecretaris dat, samengevat weergegeven en voor zover thans van belang, de voorzieningenrechter ten onrechte heeft overwogen dat het door de Afdeling bedoelde onderscheid in haar uitspraak van 21 juli 2009 in zaak nr. 200805962/1 (www.raadvanstate.nl) niet alleen relevant is voor de intensiteit van de rechterlijke toetsing, maar ook voor het door de staatssecretaris te hanteren beoordelingskader.
Daartoe betoogt de staatssecretaris dat naast de beoordeling van de geloofwaardigheid van de door een vreemdeling naar voren gebrachte feiten en omstandigheden en de beoordeling van het realiteitsgehalte van de vermoedens van die vreemdeling die deel uitmaken van de gebeurtenissen die volgens zijn asielrelaas hebben plaatsgevonden, ook de beoordeling van het realiteitsgehalte van de door de desbetreffende vreemdeling aan de niet ongeloofwaardig geachte feiten en omstandigheden ontleende vermoedens over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, tot zijn primaire verantwoordelijkheid behoort. Volgens de staatssecretaris vloeit uit de uitspraak van de Afdeling van 21 juli 2009 slechts voort dat zijn standpunt omtrent het realiteitsgehalte van bedoelde vermoedens van die vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, niet terughoudend door de rechter moet worden getoetst. Uit voormelde uitspraak van de Afdeling vloeit volgens de staatssecretaris niet voort dat hij, door de gestelde vermoedens niet geloofwaardig te achten, een onjuist beoordelingskader heeft gehanteerd.
2.1.1. Ingevolge artikel 31, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (hierna: Vw 2000) wordt een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd, als bedoeld in artikel 28 van die wet, afgewezen, indien een vreemdeling niet aannemelijk heeft gemaakt dat zijn aanvraag is gegrond op omstandigheden die, hetzij op zichzelf, hetzij in verband met andere feiten, een rechtsgrond voor verlening vormen. Het is derhalve aan de desbetreffende vreemdeling om de door hem aan zijn aanvraag ten grondslag gelegde feiten en omstandigheden tegenover de staatssecretaris aannemelijk te maken.
2.1.2. Bij de beoordeling door de staatssecretaris van het asielrelaas gaat het meestal niet om de vraag of en in hoeverre de verklaringen over de feiten en omstandigheden die een vreemdeling aan zijn aanvraag ten grondslag heeft gelegd als vaststaand moeten worden aangenomen. Een vreemdeling is immers veelal niet in staat en van hem kan ook redelijkerwijs niet worden gevergd zijn asielrelaas overtuigend met bewijsmateriaal te staven. Om een vreemdeling, waar dat probleem zich voordoet, tegemoet te komen en toch een adequate beoordeling van de aanvraag in het licht van de toepasselijke wettelijke voorschriften te kunnen verrichten, geldt ingevolge artikel 3.35, derde lid, van het Voorschrift Vreemdelingen 2000 - in welke bepaling artikel 31, eerste lid, van de Vw 2000 nader is uitgewerkt - dat de verklaringen van een vreemdeling en de daarin gestelde feiten en omstandigheden geloofwaardig worden geacht, indien die vreemdeling aan de in eerstgenoemde bepaling vermelde voorwaarden heeft voldaan. Aan die voorwaarden zal in de regel niet worden voldaan, indien sprake is van een omstandigheid als vermeld in artikel 31, tweede lid, onder a tot en met f, van de Vw 2000. In dat geval zal volgens paragraaf C14/3.4 van de Vreemdelingencirculaire 2000 (hierna: de Vc 2000) van de verklaringen een positieve overtuigingskracht moeten uitgaan om de daarin gestelde feiten en omstandigheden alsnog geloofwaardig te achten.
2.1.3. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (onder meer in de uitspraak van 27 januari 2003 in zaak nr. 200206297/1, AB 2003, 286), komt de staatssecretaris bij de toepassing van voormeld beleid in een concreet geval beoordelingsruimte toe. De staatssecretaris beoordeelt de geloofwaardigheid van het asielrelaas op basis van uitvoerige gehoren en van vergelijking van het asielrelaas met al datgene, wat hij over de situatie in het land van herkomst weet uit ambtsberichten en andere objectieve bronnen en wat hij eerder heeft onderzocht en overwogen naar aanleiding van de gehoren van andere vreemdelingen in een vergelijkbare situatie. Dit overzicht stelt hem in staat die beoordeling vergelijkenderwijs en aldus geobjectiveerd te verrichten. Het op deze wijze beoordelen van de geloofwaardigheid van het asielrelaas door de staatssecretaris brengt met zich dat de rechter die beoordeling terughoudend dient te toetsen.
2.1.4. De Afdeling heeft evenzeer eerder overwogen (onder meer in de uitspraak van 4 mei 2006 in zaak nr. 200509551/1, JV 2006/246) dat het vorenstaande ook geldt voor de beoordeling door de staatssecretaris van het realiteitsgehalte van de niet gestaafde vermoedens. In voormelde uitspraak van 21 juli 2009 heeft de Afdeling echter overwogen dat in dat opzicht van de vermoedens van een vreemdeling die deel uitmaken van de gebeurtenissen die volgens zijn asielrelaas hebben plaatsgevonden, dienen te worden onderscheiden de door die vreemdeling aan die gebeurtenissen ontleende vermoedens over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat. De rechter dient met de terughoudendheid als hiervoor omschreven te toetsen of de staatssecretaris zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de vermoedens van de desbetreffende vreemdeling die deel uitmaken van de gebeurtenissen die volgens zijn asielrelaas hebben plaatsgevonden, niet plausibel te achten zijn en dientengevolge niet als geloofwaardig kunnen worden aangenomen. Bij de toetsing door de rechter van het standpunt van de staatssecretaris omtrent het realiteitsgehalte van de door die vreemdeling aan de niet ongeloofwaardig geachte feiten en omstandigheden ontleende vermoedens over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, is voor evenbedoelde terughoudendheid evenwel geen plaats. Die vermoedens maken immers deel uit van de door de desbetreffende vreemdeling op die feiten en omstandigheden gebaseerde vrees voor vervolging in de zin van artikel 1(A) van het Verdrag betreffende de status van Vluchtelingen van Genève van 28 juli 1951, zoals gewijzigd bij Protocol van New York van 31 januari 1967, of voor schending jegens hem van artikel 3 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Het standpunt van de staatssecretaris over de gegrondheid van die vrees van de vreemdeling dient naar vaste jurisprudentie van de Afdeling (onder meer uitspraak van 15 november 2002 in zaak nr. 200205536/1, JV 2003/13) door de rechter niet met de hiervoor bedoelde terughoudendheid te worden getoetst.
2.1.5. Indien en voor zover de staatssecretaris zich op het standpunt stelt dat de door een vreemdeling in zijn asielrelaas gestelde feiten en omstandigheden met inbegrip van diens eventuele vermoedens die deel uitmaken van gebeurtenissen die volgens het asielrelaas hebben plaatsgevonden, geloofwaardig worden geacht en in zoverre als vaststaande feiten en omstandigheden moeten worden aangenomen, is het vervolgens aan hem om te beoordelen of deze feiten en omstandigheden kwalificeren als rechtsgrond voor verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, als bedoeld in artikel 31, eerste lid, van de Vw 2000. Hoewel de staatssecretaris terecht betoogt dat van vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, beoordeeld dient te worden of deze reëel en daarmee plausibel te achten zijn, volgt uit voormelde uitspraak van 21 juli 2009 dat die beoordeling niet langer plaatsvindt in het kader van de beoordeling van de geloofwaardigheid van het asielrelaas, maar in het kader van de beoordeling of de als vaststaand aangenomen feiten en omstandigheden kwalificeren als rechtsgrond voor verlening van voormelde verblijfsvergunning. Van die beoordeling maakt voorts deel uit de beantwoording van de vraag of, indien en voor zover de staatssecretaris zich op het standpunt stelt dat de vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat plausibel worden geacht, deze ook voldoende zwaarwegend zijn voor verlening van de gevraagde verblijfsvergunning.
2.1.6. In het in het besluit van 3 juli 2009 ingelaste voornemen heeft de staatssecretaris zich op het standpunt gesteld dat hij geen geloof hecht aan de gestelde vrees voor vervolging, omdat de door de vreemdeling aan de geloofwaardig bevonden feiten en omstandigheden ontleende vermoedens over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, positieve overtuigingskracht missen.
Nu de staatssecretaris dit criterium heeft gehanteerd, moet het er – gelet op de hiervoor onder 2.1.2 vermelde paragraaf C14/3.4 van de Vc 2000 – voor worden gehouden dat hij de plausibiliteit van de vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, heeft beoordeeld in het kader van de geloofwaardigheid van het asielrelaas. Aldus heeft hij een onjuist beoordelingskader gehanteerd. De grief faalt derhalve.
2.2. Grief 2 heeft geen zelfstandige betekenis en behoeft geen bespreking.
2.3. Het hoger beroep is kennelijk ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd, zij het met verbetering van de gronden waarop deze rust.
2.4. De staatssecretaris dient op na te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
I. bevestigt de aangevallen uitspraak;
II. veroordeelt de staatssecretaris van Justitie tot vergoeding van bij de vreemdeling in verband met de behandeling van het hoger beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 322,00 (zegge: driehonderdtweeëntwintig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Aldus vastgesteld door mr. H.G. Lubberdink, voorzitter, en mr. M.G.J. Parkins de Vin en mr. C.J. Borman, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Zwemstra, ambtenaar van Staat.
w.g. Lubberdink
voorzitter
w.g. Zwemstra
ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 17 februari 2010
91-594.
Verzonden: 17 februari 2010
Voor eensluidend afschrift,
de secretaris van de Raad van State,
mr. H.H.C. Visser
Bron: www.rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 17-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie:
Indien en voor zover de staatssecretaris zich op het standpunt stelt dat de door een vreemdeling in zijn asielrelaas gestelde feiten en omstandigheden met inbegrip van diens eventuele vermoedens die deel uitmaken van gebeurtenissen die volgens het asielrelaas hebben plaatsgevonden, geloofwaardig worden geacht en in zoverre als vaststaande feiten en omstandigheden moeten worden aangenomen, is het vervolgens aan hem om te beoordelen of deze feiten en omstandigheden kwalificeren als rechtsgrond voor verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, als bedoeld in artikel 31, eerste lid, van de Vw 2000. Hoewel de staatssecretaris terecht betoogt dat van vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, beoordeeld dient te worden of deze reëel en daarmee plausibel te achten zijn, volgt uit voormelde uitspraak van 21 juli 2009 dat die beoordeling niet langer plaatsvindt in het kader van de beoordeling van de geloofwaardigheid van het asielrelaas, maar in het kader van de beoordeling of de als vaststaand aangenomen feiten en omstandigheden kwalificeren als rechtsgrond voor verlening van voormelde verblijfsvergunning. Van die beoordeling maakt voorts deel uit de beantwoording van de vraag of, indien en voor zover de staatssecretaris zich op het standpunt stelt dat de vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat plausibel worden geacht, deze ook voldoende zwaarwegend zijn voor verlening van de gevraagde verblijfsvergunning.
Uitspraak
200906650/1/V2.
Datum uitspraak: 17 februari 2010
Raad van State
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
de staatssecretaris van Justitie,
appellant,
tegen de uitspraak van voorzieningenrechter van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats Amsterdam, van 21 augustus 2009 in zaak nrs. 08/24223 en 09/24225 in het geding tussen:
[de vreemdeling]
en
de staatssecretaris van Justitie.
1. Procesverloop
Bij besluit van 3 juli 2009 heeft de staatssecretaris van Justitie (hierna: de staatssecretaris) een aanvraag van [de vreemdeling] (hierna: de vreemdeling) om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Dit besluit is aangehecht.
Bij uitspraak van 21 augustus 2009, verzonden op dezelfde dag, heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats Amsterdam (hierna: de voorzieningenrechter), voor zover thans van belang, het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en bepaald dat de staatssecretaris een nieuw besluit op de aanvraag neemt met inachtneming van hetgeen in de uitspraak is overwogen. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft de staatssecretaris bij brief, bij de Raad van State binnengekomen op 28 augustus 2009, hoger beroep ingesteld. Deze brief is aangehecht.
De vreemdeling heeft een verweerschrift ingediend.
Vervolgens is het onderzoek gesloten.
2. Overwegingen
2.1. In de eerste grief klaagt de staatssecretaris dat, samengevat weergegeven en voor zover thans van belang, de voorzieningenrechter ten onrechte heeft overwogen dat het door de Afdeling bedoelde onderscheid in haar uitspraak van 21 juli 2009 in zaak nr. 200805962/1 (www.raadvanstate.nl) niet alleen relevant is voor de intensiteit van de rechterlijke toetsing, maar ook voor het door de staatssecretaris te hanteren beoordelingskader.
Daartoe betoogt de staatssecretaris dat naast de beoordeling van de geloofwaardigheid van de door een vreemdeling naar voren gebrachte feiten en omstandigheden en de beoordeling van het realiteitsgehalte van de vermoedens van die vreemdeling die deel uitmaken van de gebeurtenissen die volgens zijn asielrelaas hebben plaatsgevonden, ook de beoordeling van het realiteitsgehalte van de door de desbetreffende vreemdeling aan de niet ongeloofwaardig geachte feiten en omstandigheden ontleende vermoedens over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, tot zijn primaire verantwoordelijkheid behoort. Volgens de staatssecretaris vloeit uit de uitspraak van de Afdeling van 21 juli 2009 slechts voort dat zijn standpunt omtrent het realiteitsgehalte van bedoelde vermoedens van die vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, niet terughoudend door de rechter moet worden getoetst. Uit voormelde uitspraak van de Afdeling vloeit volgens de staatssecretaris niet voort dat hij, door de gestelde vermoedens niet geloofwaardig te achten, een onjuist beoordelingskader heeft gehanteerd.
2.1.1. Ingevolge artikel 31, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (hierna: Vw 2000) wordt een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd, als bedoeld in artikel 28 van die wet, afgewezen, indien een vreemdeling niet aannemelijk heeft gemaakt dat zijn aanvraag is gegrond op omstandigheden die, hetzij op zichzelf, hetzij in verband met andere feiten, een rechtsgrond voor verlening vormen. Het is derhalve aan de desbetreffende vreemdeling om de door hem aan zijn aanvraag ten grondslag gelegde feiten en omstandigheden tegenover de staatssecretaris aannemelijk te maken.
2.1.2. Bij de beoordeling door de staatssecretaris van het asielrelaas gaat het meestal niet om de vraag of en in hoeverre de verklaringen over de feiten en omstandigheden die een vreemdeling aan zijn aanvraag ten grondslag heeft gelegd als vaststaand moeten worden aangenomen. Een vreemdeling is immers veelal niet in staat en van hem kan ook redelijkerwijs niet worden gevergd zijn asielrelaas overtuigend met bewijsmateriaal te staven. Om een vreemdeling, waar dat probleem zich voordoet, tegemoet te komen en toch een adequate beoordeling van de aanvraag in het licht van de toepasselijke wettelijke voorschriften te kunnen verrichten, geldt ingevolge artikel 3.35, derde lid, van het Voorschrift Vreemdelingen 2000 - in welke bepaling artikel 31, eerste lid, van de Vw 2000 nader is uitgewerkt - dat de verklaringen van een vreemdeling en de daarin gestelde feiten en omstandigheden geloofwaardig worden geacht, indien die vreemdeling aan de in eerstgenoemde bepaling vermelde voorwaarden heeft voldaan. Aan die voorwaarden zal in de regel niet worden voldaan, indien sprake is van een omstandigheid als vermeld in artikel 31, tweede lid, onder a tot en met f, van de Vw 2000. In dat geval zal volgens paragraaf C14/3.4 van de Vreemdelingencirculaire 2000 (hierna: de Vc 2000) van de verklaringen een positieve overtuigingskracht moeten uitgaan om de daarin gestelde feiten en omstandigheden alsnog geloofwaardig te achten.
2.1.3. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (onder meer in de uitspraak van 27 januari 2003 in zaak nr. 200206297/1, AB 2003, 286), komt de staatssecretaris bij de toepassing van voormeld beleid in een concreet geval beoordelingsruimte toe. De staatssecretaris beoordeelt de geloofwaardigheid van het asielrelaas op basis van uitvoerige gehoren en van vergelijking van het asielrelaas met al datgene, wat hij over de situatie in het land van herkomst weet uit ambtsberichten en andere objectieve bronnen en wat hij eerder heeft onderzocht en overwogen naar aanleiding van de gehoren van andere vreemdelingen in een vergelijkbare situatie. Dit overzicht stelt hem in staat die beoordeling vergelijkenderwijs en aldus geobjectiveerd te verrichten. Het op deze wijze beoordelen van de geloofwaardigheid van het asielrelaas door de staatssecretaris brengt met zich dat de rechter die beoordeling terughoudend dient te toetsen.
2.1.4. De Afdeling heeft evenzeer eerder overwogen (onder meer in de uitspraak van 4 mei 2006 in zaak nr. 200509551/1, JV 2006/246) dat het vorenstaande ook geldt voor de beoordeling door de staatssecretaris van het realiteitsgehalte van de niet gestaafde vermoedens. In voormelde uitspraak van 21 juli 2009 heeft de Afdeling echter overwogen dat in dat opzicht van de vermoedens van een vreemdeling die deel uitmaken van de gebeurtenissen die volgens zijn asielrelaas hebben plaatsgevonden, dienen te worden onderscheiden de door die vreemdeling aan die gebeurtenissen ontleende vermoedens over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat. De rechter dient met de terughoudendheid als hiervoor omschreven te toetsen of de staatssecretaris zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de vermoedens van de desbetreffende vreemdeling die deel uitmaken van de gebeurtenissen die volgens zijn asielrelaas hebben plaatsgevonden, niet plausibel te achten zijn en dientengevolge niet als geloofwaardig kunnen worden aangenomen. Bij de toetsing door de rechter van het standpunt van de staatssecretaris omtrent het realiteitsgehalte van de door die vreemdeling aan de niet ongeloofwaardig geachte feiten en omstandigheden ontleende vermoedens over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, is voor evenbedoelde terughoudendheid evenwel geen plaats. Die vermoedens maken immers deel uit van de door de desbetreffende vreemdeling op die feiten en omstandigheden gebaseerde vrees voor vervolging in de zin van artikel 1(A) van het Verdrag betreffende de status van Vluchtelingen van Genève van 28 juli 1951, zoals gewijzigd bij Protocol van New York van 31 januari 1967, of voor schending jegens hem van artikel 3 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Het standpunt van de staatssecretaris over de gegrondheid van die vrees van de vreemdeling dient naar vaste jurisprudentie van de Afdeling (onder meer uitspraak van 15 november 2002 in zaak nr. 200205536/1, JV 2003/13) door de rechter niet met de hiervoor bedoelde terughoudendheid te worden getoetst.
2.1.5. Indien en voor zover de staatssecretaris zich op het standpunt stelt dat de door een vreemdeling in zijn asielrelaas gestelde feiten en omstandigheden met inbegrip van diens eventuele vermoedens die deel uitmaken van gebeurtenissen die volgens het asielrelaas hebben plaatsgevonden, geloofwaardig worden geacht en in zoverre als vaststaande feiten en omstandigheden moeten worden aangenomen, is het vervolgens aan hem om te beoordelen of deze feiten en omstandigheden kwalificeren als rechtsgrond voor verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, als bedoeld in artikel 31, eerste lid, van de Vw 2000. Hoewel de staatssecretaris terecht betoogt dat van vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, beoordeeld dient te worden of deze reëel en daarmee plausibel te achten zijn, volgt uit voormelde uitspraak van 21 juli 2009 dat die beoordeling niet langer plaatsvindt in het kader van de beoordeling van de geloofwaardigheid van het asielrelaas, maar in het kader van de beoordeling of de als vaststaand aangenomen feiten en omstandigheden kwalificeren als rechtsgrond voor verlening van voormelde verblijfsvergunning. Van die beoordeling maakt voorts deel uit de beantwoording van de vraag of, indien en voor zover de staatssecretaris zich op het standpunt stelt dat de vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat plausibel worden geacht, deze ook voldoende zwaarwegend zijn voor verlening van de gevraagde verblijfsvergunning.
2.1.6. In het in het besluit van 3 juli 2009 ingelaste voornemen heeft de staatssecretaris zich op het standpunt gesteld dat hij geen geloof hecht aan de gestelde vrees voor vervolging, omdat de door de vreemdeling aan de geloofwaardig bevonden feiten en omstandigheden ontleende vermoedens over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, positieve overtuigingskracht missen.
Nu de staatssecretaris dit criterium heeft gehanteerd, moet het er – gelet op de hiervoor onder 2.1.2 vermelde paragraaf C14/3.4 van de Vc 2000 – voor worden gehouden dat hij de plausibiliteit van de vermoedens van de vreemdeling over wat hem bij terugkeer naar het land van herkomst te wachten staat, heeft beoordeeld in het kader van de geloofwaardigheid van het asielrelaas. Aldus heeft hij een onjuist beoordelingskader gehanteerd. De grief faalt derhalve.
2.2. Grief 2 heeft geen zelfstandige betekenis en behoeft geen bespreking.
2.3. Het hoger beroep is kennelijk ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd, zij het met verbetering van de gronden waarop deze rust.
2.4. De staatssecretaris dient op na te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
I. bevestigt de aangevallen uitspraak;
II. veroordeelt de staatssecretaris van Justitie tot vergoeding van bij de vreemdeling in verband met de behandeling van het hoger beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 322,00 (zegge: driehonderdtweeëntwintig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Aldus vastgesteld door mr. H.G. Lubberdink, voorzitter, en mr. M.G.J. Parkins de Vin en mr. C.J. Borman, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Zwemstra, ambtenaar van Staat.
w.g. Lubberdink
voorzitter
w.g. Zwemstra
ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 17 februari 2010
91-594.
Verzonden: 17 februari 2010
Voor eensluidend afschrift,
de secretaris van de Raad van State,
mr. H.H.C. Visser
Bron: www.rechtspraak.nl
Ongewenstverklaring en Beneluxverdrag
LJN: BL4540, Raad van State , 200904699/1/V1
Datum uitspraak: 16-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Ongewenstverklaring / gemeenschapsonderdaan / Belgische nationaliteit / Benelux Verdrag
Hoewel de bewoordingen van artikel 5 van de Overeenkomst en artikel 27 van de Richtlijn, voor zover thans van belang, niet gelijkluidend zijn, bestaat, in aanmerking nemend het bepaalde in artikel 306 van het EG Verdrag, thans, na wijziging, artikel 350 van het VWEU, en gelet op het tijdsverloop sedert de inwerkingtreding van de Overeenkomst en op de jurisprudentie van het Hof van Justitie die in artikel 27 van de Richtlijn is gecodificeerd (zie onder meer het arrest van 29 april 2004, C-482/01 en C 493/01, Orfanopoulos en Oliveri, www.curia.europa.eu), geen grond voor het oordeel dat in dezen naast artikel 27 van de Richtlijn nog zelfstandige betekenis toekomt aan artikel 5 van de Overeenkomst in die zin dat toepassing van ongewenstverklaring op grond van die bepaling in verdergaande mate is beperkt.
Inhoudsindicatie: Ongewenstverklaring / gemeenschapsonderdaan / Belgische nationaliteit / Benelux Verdrag
Hoewel de bewoordingen van artikel 5 van de Overeenkomst en artikel 27 van de Richtlijn, voor zover thans van belang, niet gelijkluidend zijn, bestaat, in aanmerking nemend het bepaalde in artikel 306 van het EG Verdrag, thans, na wijziging, artikel 350 van het VWEU, en gelet op het tijdsverloop sedert de inwerkingtreding van de Overeenkomst en op de jurisprudentie van het Hof van Justitie die in artikel 27 van de Richtlijn is gecodificeerd (zie onder meer het arrest van 29 april 2004, C-482/01 en C 493/01, Orfanopoulos en Oliveri, www.curia.europa.eu), geen grond voor het oordeel dat in dezen naast artikel 27 van de Richtlijn nog zelfstandige betekenis toekomt aan artikel 5 van de Overeenkomst in die zin dat toepassing van ongewenstverklaring op grond van die bepaling in verdergaande mate is beperkt.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 16-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Ongewenstverklaring / gemeenschapsonderdaan / Belgische nationaliteit / Benelux Verdrag
Hoewel de bewoordingen van artikel 5 van de Overeenkomst en artikel 27 van de Richtlijn, voor zover thans van belang, niet gelijkluidend zijn, bestaat, in aanmerking nemend het bepaalde in artikel 306 van het EG Verdrag, thans, na wijziging, artikel 350 van het VWEU, en gelet op het tijdsverloop sedert de inwerkingtreding van de Overeenkomst en op de jurisprudentie van het Hof van Justitie die in artikel 27 van de Richtlijn is gecodificeerd (zie onder meer het arrest van 29 april 2004, C-482/01 en C 493/01, Orfanopoulos en Oliveri, www.curia.europa.eu), geen grond voor het oordeel dat in dezen naast artikel 27 van de Richtlijn nog zelfstandige betekenis toekomt aan artikel 5 van de Overeenkomst in die zin dat toepassing van ongewenstverklaring op grond van die bepaling in verdergaande mate is beperkt.
Inhoudsindicatie: Ongewenstverklaring / gemeenschapsonderdaan / Belgische nationaliteit / Benelux Verdrag
Hoewel de bewoordingen van artikel 5 van de Overeenkomst en artikel 27 van de Richtlijn, voor zover thans van belang, niet gelijkluidend zijn, bestaat, in aanmerking nemend het bepaalde in artikel 306 van het EG Verdrag, thans, na wijziging, artikel 350 van het VWEU, en gelet op het tijdsverloop sedert de inwerkingtreding van de Overeenkomst en op de jurisprudentie van het Hof van Justitie die in artikel 27 van de Richtlijn is gecodificeerd (zie onder meer het arrest van 29 april 2004, C-482/01 en C 493/01, Orfanopoulos en Oliveri, www.curia.europa.eu), geen grond voor het oordeel dat in dezen naast artikel 27 van de Richtlijn nog zelfstandige betekenis toekomt aan artikel 5 van de Overeenkomst in die zin dat toepassing van ongewenstverklaring op grond van die bepaling in verdergaande mate is beperkt.
Bron: rechtspraak.nl
Ex tunc toetsing van artikel 8 EVRM aspecten (uitspraak Raad van State)
LJN: BL4534, Raad van State , 200902148/1/V1
Datum uitspraak: 18-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Intrekking verblijfsvergunning regulier / ongewenstverklaring / 8 EVRM / ex-tunc toetsing
Ingevolge artikel 79, eerste lid, van de Vw 2000 is Afdeling 3 van deze wet - en daarmee artikel 83, op grond waarvan de rechtbank bij de beoordeling van het beroep rekening dient te houden met feiten en omstandigheden die na het nemen van het bestreden besluit zijn opgekomen slechts van toepassing indien beroep wordt ingesteld tegen een besluit omtrent een verblijfsvergunning als bedoeld in de artikelen 28 en 33, of tegen een besluit omtrent tijdelijke bescherming of toepassing van artikel 45, vierde lid, indien de desbetreffende vreemdeling in de gelegenheid is gesteld zijn zienswijze over het voornemen van dat besluit te geven. Nu geen besluit als hiervoor bedoeld voorlag, was artikel 83 van de Vw 2000 in onderhavige procedure niet van toepassing. De onder 2.5.1 weergegeven feiten en omstandigheden kunnen voorts niet worden aangemerkt als een nadere onderbouwing van eerder door de vreemdeling ingenomen stellingen. De voorzieningenrechter diende daarom bij de toetsing of de door de staatssecretaris gemaakte belangenafweging in rechte houdbaar is, uit te gaan van de feiten en omstandigheden zoals die zich voordeden ten tijde van het besluit van 18 augustus 2008. Uit vaste jurisprudentie van het EHRM (onder meer het arrest van 16 september 1996 in de zaak Akdivar en anderen tegen Turkije (nr. 99/1995/605/693; www.echr.coe.int/echr) volgt dat, ook indien wordt gesteld dat sprake is van een mogelijke schending van artikel 8 van het EVRM, moet worden voldaan aan de in het nationale recht neergelegde procedureregels.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 18-02-2010
Datum publicatie: 19-02-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Intrekking verblijfsvergunning regulier / ongewenstverklaring / 8 EVRM / ex-tunc toetsing
Ingevolge artikel 79, eerste lid, van de Vw 2000 is Afdeling 3 van deze wet - en daarmee artikel 83, op grond waarvan de rechtbank bij de beoordeling van het beroep rekening dient te houden met feiten en omstandigheden die na het nemen van het bestreden besluit zijn opgekomen slechts van toepassing indien beroep wordt ingesteld tegen een besluit omtrent een verblijfsvergunning als bedoeld in de artikelen 28 en 33, of tegen een besluit omtrent tijdelijke bescherming of toepassing van artikel 45, vierde lid, indien de desbetreffende vreemdeling in de gelegenheid is gesteld zijn zienswijze over het voornemen van dat besluit te geven. Nu geen besluit als hiervoor bedoeld voorlag, was artikel 83 van de Vw 2000 in onderhavige procedure niet van toepassing. De onder 2.5.1 weergegeven feiten en omstandigheden kunnen voorts niet worden aangemerkt als een nadere onderbouwing van eerder door de vreemdeling ingenomen stellingen. De voorzieningenrechter diende daarom bij de toetsing of de door de staatssecretaris gemaakte belangenafweging in rechte houdbaar is, uit te gaan van de feiten en omstandigheden zoals die zich voordeden ten tijde van het besluit van 18 augustus 2008. Uit vaste jurisprudentie van het EHRM (onder meer het arrest van 16 september 1996 in de zaak Akdivar en anderen tegen Turkije (nr. 99/1995/605/693; www.echr.coe.int/echr) volgt dat, ook indien wordt gesteld dat sprake is van een mogelijke schending van artikel 8 van het EVRM, moet worden voldaan aan de in het nationale recht neergelegde procedureregels.
Bron: rechtspraak.nl
Being illegal is easy in the Netherlands
Illegal aliens like Brazilian Fernando Alves Pimentel earn a fair sum in the Netherlands. Now it is time for him to go home.
By Sander Heijne in Amsterdam
"I have had a good time here. I managed to stay out of police hands. I have worked, made money and had fun. But it's enough. I want to go back home," said Fernando Alves Pimentel one day before leaving the Netherlands. After two-and-a-half years in Amsterdam, Alves reported himself to the International Organization for Migration (IOM). In the Netherlands, this NGO helps illegal aliens return to their home countries by paying for their ticket if they can't afford one.
Alves had stuffed two suitcases until they weighed 23 kilos each. He would bring home about 2,500 euros worth of goods purchased in the Netherlands: a computer, a camcorder, clothes. He barely had any cash on him; all his money had been safely wired to a Brazilian bank account. "What I made here will last about ten years," the 28-year-old said.
Alves' story is just one amongst the tens of thousands of similar ones lived by immigrants living and working in the Netherlands without a permit. Most live here for a couple of years to make money for the families they have left behind or to build a good life in their country of origin. Despite Dutch and European efforts to root out illegal aliens, it is relatively simple to live underground.
Tourist visa
First of all, it is easy for Brazilians to enter the European Union, said Alves. "I flew to Paris on a tourist visa. I had a friend in the Netherlands and she told me it was easy to make money here, so I travelled on to Amsterdam." After reaching the Netherlands he overstayed his visa. He has remained here illegally ever since.
"I did fear being caught and deported in the beginning. I had borrowed money on the black market in Brazil to pay for the ticket. If I had been deported before I had paid off my debt, I would have had a problem. If you can't pay, they will kill you," Alves said.
Once an illegal immigrant is deported from the EU it is hard to get back in, a spokesperson for the Dutch justice ministry explained. A deportee is registered in the Schengen Information System database which can be consulted before issuing a tourist visa. An EU 'return directive' to be implemented in December 2010, will make it easier to deport and ban people from the European Union entirely. Unknown number of illegal aliens
The exact number of illegal aliens living in the Netherlands is unknown. The justice department's research institute WODC last published estimates over 2005-2006. At the time it thought there were between 74,000 and 184,000 illegal aliens in the Netherlands.
Under Dutch law, police officers can ask aliens who they suspect may be here illegally for identification. Alves: "I know that if I am ever stopped for anything, I will be on the next flight to Brazil. That's why I make sure the lights on my bike work and I never run a red light."
Fines for employers
Alves doesn't speak Dutch and his English is very poor, yet he had no trouble finding work in the Netherlands. "The friend who lived here knew another Brazilian girl who was about to return. She had a cleaning job for three hours a week which I could buy from her for 120 euros." And so Alves landed his first, 10 euro per hour, job in Amsterdam.
As he got to know more Brazilians, more jobs came his way. He painted, cleaned, washed dishes in restaurants, did odd jobs at a field hockey club. "There is a whole network of Brazilians in the city who help each other finds jobs," Alves said.
While illegal aliens risk being deported, the employees who hire them are also in violation of the law. Businesses who have illegal employees risk being fined up to 8,000 euros. People who privately hire them as cleaners or painters have to pay 4,000 euros if they are caught.
"The risk of getting caught is slim," explained one Amsterdam restaurant-owner who asked not to be named citing fear of the authorities. "The labour costs are low and illegal aliens work hard." He said he occasionally had illegal aliens working in his kitchen. "Right now, I am looking for a new dishwasher. I will hire anyone who makes a reliable impression and is willing to work hard for little pay. That can be a either a student or an illegal alien."
In his restaurant, the illegal aliens are not treated differently, he said. In fact their net pay is a bit higher than that of legal residents. "Other dishwashers make minimum wage, but because of all the taxes they cost me more," the restaurant owner explained. He is not the only one willing to employ illegal aliens. "Think about all those who have a Ghanaian or Brazilian cleaning lady. They are all here illegaly," he said.
Society within a society
The people who hired him were pretty much the only Dutch people Alves got to know. "I had a Dutch girlfriend for about a year and my landlord is Dutch," Alves said. But he mostly stuck with fellow Brazilians, practically all of whom were here illegally. They have created their own society within society, according to Alves. But despite this isolation, they find their way to useful services. "All Brazilians know they can get home for free through the IOM and everyone I know travels that way," Alves said. Meanwhile the Brazilian consulate in Rotterdam, helps all Brazillian citizens, legal or illegal." IOM
The International Organization for Migration, sponsored by the Dutch justice ministry, paid the return trip for 2,165 aliens in the Netherlands between January 1 and October 31 this year. The largest group returned to Iraq (629) and 263 people travelled to Brazil.
"Legally we can't demand people who turn to us to prove they can't pay for their own ticket. They only way to check this is to ask them, which obviously is not an airtight system," a spokesperson for IOM explained.
By the time this interview is published Alves will have safely returned to Brazil and taken up his job respraying cars. The money he earned in the Netherlands will allow him to refurbish his mother's house and buy his own car.
He cherishes happy memories of the Netherlands, but will not recommend any of his friends to go there. For one, the Brazilian economy is in better shape than it was when he left. The other reason is the insecurity that comes with staying here illegally. "Fortunately I had a good friend in the Netherlands - a fellow illegal Brazilian - who would have called my family if anything were to happen to me. The worst thing that can happen to an illegal alien is to die without your family ever hearing about it," Alves said
Bron: http://www.nrc.nl/international/Features/article2444283.ece/Being_illegal_is_easy_in_the_Netherlands
I would not take the risk to get caught and be put in a Detention Centre!
By Sander Heijne in Amsterdam
"I have had a good time here. I managed to stay out of police hands. I have worked, made money and had fun. But it's enough. I want to go back home," said Fernando Alves Pimentel one day before leaving the Netherlands. After two-and-a-half years in Amsterdam, Alves reported himself to the International Organization for Migration (IOM). In the Netherlands, this NGO helps illegal aliens return to their home countries by paying for their ticket if they can't afford one.
Alves had stuffed two suitcases until they weighed 23 kilos each. He would bring home about 2,500 euros worth of goods purchased in the Netherlands: a computer, a camcorder, clothes. He barely had any cash on him; all his money had been safely wired to a Brazilian bank account. "What I made here will last about ten years," the 28-year-old said.
Alves' story is just one amongst the tens of thousands of similar ones lived by immigrants living and working in the Netherlands without a permit. Most live here for a couple of years to make money for the families they have left behind or to build a good life in their country of origin. Despite Dutch and European efforts to root out illegal aliens, it is relatively simple to live underground.
Tourist visa
First of all, it is easy for Brazilians to enter the European Union, said Alves. "I flew to Paris on a tourist visa. I had a friend in the Netherlands and she told me it was easy to make money here, so I travelled on to Amsterdam." After reaching the Netherlands he overstayed his visa. He has remained here illegally ever since.
"I did fear being caught and deported in the beginning. I had borrowed money on the black market in Brazil to pay for the ticket. If I had been deported before I had paid off my debt, I would have had a problem. If you can't pay, they will kill you," Alves said.
Once an illegal immigrant is deported from the EU it is hard to get back in, a spokesperson for the Dutch justice ministry explained. A deportee is registered in the Schengen Information System database which can be consulted before issuing a tourist visa. An EU 'return directive' to be implemented in December 2010, will make it easier to deport and ban people from the European Union entirely. Unknown number of illegal aliens
The exact number of illegal aliens living in the Netherlands is unknown. The justice department's research institute WODC last published estimates over 2005-2006. At the time it thought there were between 74,000 and 184,000 illegal aliens in the Netherlands.
Under Dutch law, police officers can ask aliens who they suspect may be here illegally for identification. Alves: "I know that if I am ever stopped for anything, I will be on the next flight to Brazil. That's why I make sure the lights on my bike work and I never run a red light."
Fines for employers
Alves doesn't speak Dutch and his English is very poor, yet he had no trouble finding work in the Netherlands. "The friend who lived here knew another Brazilian girl who was about to return. She had a cleaning job for three hours a week which I could buy from her for 120 euros." And so Alves landed his first, 10 euro per hour, job in Amsterdam.
As he got to know more Brazilians, more jobs came his way. He painted, cleaned, washed dishes in restaurants, did odd jobs at a field hockey club. "There is a whole network of Brazilians in the city who help each other finds jobs," Alves said.
While illegal aliens risk being deported, the employees who hire them are also in violation of the law. Businesses who have illegal employees risk being fined up to 8,000 euros. People who privately hire them as cleaners or painters have to pay 4,000 euros if they are caught.
"The risk of getting caught is slim," explained one Amsterdam restaurant-owner who asked not to be named citing fear of the authorities. "The labour costs are low and illegal aliens work hard." He said he occasionally had illegal aliens working in his kitchen. "Right now, I am looking for a new dishwasher. I will hire anyone who makes a reliable impression and is willing to work hard for little pay. That can be a either a student or an illegal alien."
In his restaurant, the illegal aliens are not treated differently, he said. In fact their net pay is a bit higher than that of legal residents. "Other dishwashers make minimum wage, but because of all the taxes they cost me more," the restaurant owner explained. He is not the only one willing to employ illegal aliens. "Think about all those who have a Ghanaian or Brazilian cleaning lady. They are all here illegaly," he said.
Society within a society
The people who hired him were pretty much the only Dutch people Alves got to know. "I had a Dutch girlfriend for about a year and my landlord is Dutch," Alves said. But he mostly stuck with fellow Brazilians, practically all of whom were here illegally. They have created their own society within society, according to Alves. But despite this isolation, they find their way to useful services. "All Brazilians know they can get home for free through the IOM and everyone I know travels that way," Alves said. Meanwhile the Brazilian consulate in Rotterdam, helps all Brazillian citizens, legal or illegal." IOM
The International Organization for Migration, sponsored by the Dutch justice ministry, paid the return trip for 2,165 aliens in the Netherlands between January 1 and October 31 this year. The largest group returned to Iraq (629) and 263 people travelled to Brazil.
"Legally we can't demand people who turn to us to prove they can't pay for their own ticket. They only way to check this is to ask them, which obviously is not an airtight system," a spokesperson for IOM explained.
By the time this interview is published Alves will have safely returned to Brazil and taken up his job respraying cars. The money he earned in the Netherlands will allow him to refurbish his mother's house and buy his own car.
He cherishes happy memories of the Netherlands, but will not recommend any of his friends to go there. For one, the Brazilian economy is in better shape than it was when he left. The other reason is the insecurity that comes with staying here illegally. "Fortunately I had a good friend in the Netherlands - a fellow illegal Brazilian - who would have called my family if anything were to happen to me. The worst thing that can happen to an illegal alien is to die without your family ever hearing about it," Alves said
Bron: http://www.nrc.nl/international/Features/article2444283.ece/Being_illegal_is_easy_in_the_Netherlands
I would not take the risk to get caught and be put in a Detention Centre!
Illegal aliens like Helen can't hack it in the Netherlands
Thousands of illegal aliens lead clandestine lives in the Netherlands. Mayors fear an amendment to immigration law will hit the most vulnerable.
By Sheila Kamerman
Helen is eight months pregnant and lives in an apartment provided to her by the Rotterdam municipality. A great improvement from the street she used to sleep on. Helen (36) left her native Ethiopia more than 20 years ago and came to the Netherlands in 2000. She has been homeless and, more importantly, illegal.
Meet Helen. She is one of the vulnerable illegal aliens, those who live at the bottom of the bottom. Anyone willing to look can see them scrape by on the margins of society in all major cities. Illegals who manage to make a living often seem invisble. Helen isn’t, because she can't.
Next month, the Dutch parliament will vote on an amendment to the aliens act passed in 2000. A crucial element of that amendment is that people who stay in the Netherlands illegally for any length of time jeopardise their right to a residence permit.
The change has not caused commotion amongst the weakest illegals. They are not aware of it. However aid workers, scientists and some politicians are up in arms. They fear that the most fragile amongst the illegal aliens will be affected. These include victims of domestic violence and human trafficking afraid to report crimes committed against them; former asylum seekers who can't return home because their native country won't let them and children without a permit. The problems with illegal aliens are not solved this way, some say. In fact, the contrary will take place: the group of people without any prospects will grow. People like Helen.
Picking up the pieces
Estimates of the number of illegal aliens in the Netherlands range from 45,000 to 120,000. In Rotterdam alone, there are believed to be between 15,000 and 20,000. Accurate data are unavailable. Officially, illegal people don't exist.
National policies are aimed at discouraging illegality, but that is easier said than done. For this reason, the mayors of the four major cities, Amsterdam, Rotterdam, The Hague and Utrecht, have written a pressing letter to justice minister, Ernst Hirsch Ballin, expressing their worries about the proposed amendment last month. They fear they will be the ones picking up the pieces when things take a wrong turn. And they are concerned that the number of illegal people will increase, at least the number of visible ones who can't take care of themselves.
Favor is one of those who would never make it on his own, said Theo Miltenburg, in a recent interview at his centre for undocumented immigrants in Rotterdam. Favor says he was born in Sudan, but immigration services believe he is really from Sierra Leone. They also dispute his mental disorder. He could be faking it in the hope of getting a residence permit.
Favor sat quietly crouched on the couch in Miltenburg's shelter; when spoken to he jumped up startled. Voices in his head were telling him he needed to get out of the centre and go outside to the bridge. Favor didn't know what they wanted him to do there, but he was scared. The voices upset him. Every now and then he got up to scream into the empty space behind the sofa: "Go away, go away!" He later explained, "they are standing there, laughing at me."
Caretaker Miltenburg knows those he tries to help do not always tell him the whole truth. Maybe Favor is really from Sierra Leone. But he doesn't doubt his mental illness. "He would be an absurdly good actor if this was fake," Miltenburg said.
Left by her mother at 15
He also helped Helen when she was out on the street, pregnant and refusing help. She crashed on the floor of a shelter for a while, until Miltenberg alerted the municipality to her case. National policy does not allow local authorities to help illegal aliens, but how could they leave a pregnant woman on the street? She was put up in an vacant apartment.
Helen appeared well-composed as she talked about her life in English. She was 15 when her mother left her in a children's home in Germany. Helen said she doesn't know why. But she remembers her mother never took care of her very long. She was too busy working.
She was illegal in Germany, which she had entered on a tourist visa, but she never got in trouble. The authorities allowed her to stay as long as she kept up the story that she was brought there by a stranger and had no family. She got a visa for a fixed time, she attended school and received welfare after she turned 18. She had a Polish boyfriend.
Things fell apart in the 1990s. Helen said her troubles began after she had a miscarriage. Then it went from bad to worse. She became afraid of the daylight, afraid of other people, afraid of the street. She had to get away from where she was and came to the Netherlands in 2000, on impulse, with one bag of clothes.
Released back onto the streets
Here she moved from city to city, fare-dodging on public transport. She survived on the street. "There are places in each city where you can stay and get food," she explained. She begged for money. "People in Maastricht and Utrecht give very little, those in Rotterdam are more generous, especially around Christmas. Most cities have a system where homeless people can make money collecting rubbish with a pricker, but you need a national insurance number for that. I don't have one."
She avoided shelters until it became unbearably cold on the streets. "There you are on a stretcher, between alcoholics and drug addicts. The smell! The snoring and the yelling. I couldn't deal with that."
She was arrested several times and attempts were made to deport her. "Ethiopia won't give the entry papers. I don't want to go. What would I do there. I haven't heared from my mother in 20 years. I don't know if she ever came looking for me, but I think about her a lot," she said.
After days, sometimes weeks, in prison, Helen was always released back onto the streets, where she conquered some of her own fears. "I was my own shrink. Psychiatrists confront their patients with their fear, I saw this on television. Someone with agoraphobia had to go to a square, holding the therapist's hand. I was afraid of light and the street, but I couldn't avoid those. I had to fight my fears. And one day, I remember, I was in Utrecht, the fear was gone."
Now she is about to become a mother. She didn't find out until she was three months pregnant and says she has no idea who the father is. She has often turned to the Missionaries of Charity in Rotterdam, but this time she didn't dare. "I was afraid they would take my baby away after it was born. I was confused."
Bron: http://www.nrc.nl/international/Features/article2481118.ece/Illegal_aliens_like_Helen_cant_hack_it_in_the_Netherlands
By Sheila Kamerman
Helen is eight months pregnant and lives in an apartment provided to her by the Rotterdam municipality. A great improvement from the street she used to sleep on. Helen (36) left her native Ethiopia more than 20 years ago and came to the Netherlands in 2000. She has been homeless and, more importantly, illegal.
Meet Helen. She is one of the vulnerable illegal aliens, those who live at the bottom of the bottom. Anyone willing to look can see them scrape by on the margins of society in all major cities. Illegals who manage to make a living often seem invisble. Helen isn’t, because she can't.
Next month, the Dutch parliament will vote on an amendment to the aliens act passed in 2000. A crucial element of that amendment is that people who stay in the Netherlands illegally for any length of time jeopardise their right to a residence permit.
The change has not caused commotion amongst the weakest illegals. They are not aware of it. However aid workers, scientists and some politicians are up in arms. They fear that the most fragile amongst the illegal aliens will be affected. These include victims of domestic violence and human trafficking afraid to report crimes committed against them; former asylum seekers who can't return home because their native country won't let them and children without a permit. The problems with illegal aliens are not solved this way, some say. In fact, the contrary will take place: the group of people without any prospects will grow. People like Helen.
Picking up the pieces
Estimates of the number of illegal aliens in the Netherlands range from 45,000 to 120,000. In Rotterdam alone, there are believed to be between 15,000 and 20,000. Accurate data are unavailable. Officially, illegal people don't exist.
National policies are aimed at discouraging illegality, but that is easier said than done. For this reason, the mayors of the four major cities, Amsterdam, Rotterdam, The Hague and Utrecht, have written a pressing letter to justice minister, Ernst Hirsch Ballin, expressing their worries about the proposed amendment last month. They fear they will be the ones picking up the pieces when things take a wrong turn. And they are concerned that the number of illegal people will increase, at least the number of visible ones who can't take care of themselves.
Favor is one of those who would never make it on his own, said Theo Miltenburg, in a recent interview at his centre for undocumented immigrants in Rotterdam. Favor says he was born in Sudan, but immigration services believe he is really from Sierra Leone. They also dispute his mental disorder. He could be faking it in the hope of getting a residence permit.
Favor sat quietly crouched on the couch in Miltenburg's shelter; when spoken to he jumped up startled. Voices in his head were telling him he needed to get out of the centre and go outside to the bridge. Favor didn't know what they wanted him to do there, but he was scared. The voices upset him. Every now and then he got up to scream into the empty space behind the sofa: "Go away, go away!" He later explained, "they are standing there, laughing at me."
Caretaker Miltenburg knows those he tries to help do not always tell him the whole truth. Maybe Favor is really from Sierra Leone. But he doesn't doubt his mental illness. "He would be an absurdly good actor if this was fake," Miltenburg said.
Left by her mother at 15
He also helped Helen when she was out on the street, pregnant and refusing help. She crashed on the floor of a shelter for a while, until Miltenberg alerted the municipality to her case. National policy does not allow local authorities to help illegal aliens, but how could they leave a pregnant woman on the street? She was put up in an vacant apartment.
Helen appeared well-composed as she talked about her life in English. She was 15 when her mother left her in a children's home in Germany. Helen said she doesn't know why. But she remembers her mother never took care of her very long. She was too busy working.
She was illegal in Germany, which she had entered on a tourist visa, but she never got in trouble. The authorities allowed her to stay as long as she kept up the story that she was brought there by a stranger and had no family. She got a visa for a fixed time, she attended school and received welfare after she turned 18. She had a Polish boyfriend.
Things fell apart in the 1990s. Helen said her troubles began after she had a miscarriage. Then it went from bad to worse. She became afraid of the daylight, afraid of other people, afraid of the street. She had to get away from where she was and came to the Netherlands in 2000, on impulse, with one bag of clothes.
Released back onto the streets
Here she moved from city to city, fare-dodging on public transport. She survived on the street. "There are places in each city where you can stay and get food," she explained. She begged for money. "People in Maastricht and Utrecht give very little, those in Rotterdam are more generous, especially around Christmas. Most cities have a system where homeless people can make money collecting rubbish with a pricker, but you need a national insurance number for that. I don't have one."
She avoided shelters until it became unbearably cold on the streets. "There you are on a stretcher, between alcoholics and drug addicts. The smell! The snoring and the yelling. I couldn't deal with that."
She was arrested several times and attempts were made to deport her. "Ethiopia won't give the entry papers. I don't want to go. What would I do there. I haven't heared from my mother in 20 years. I don't know if she ever came looking for me, but I think about her a lot," she said.
After days, sometimes weeks, in prison, Helen was always released back onto the streets, where she conquered some of her own fears. "I was my own shrink. Psychiatrists confront their patients with their fear, I saw this on television. Someone with agoraphobia had to go to a square, holding the therapist's hand. I was afraid of light and the street, but I couldn't avoid those. I had to fight my fears. And one day, I remember, I was in Utrecht, the fear was gone."
Now she is about to become a mother. She didn't find out until she was three months pregnant and says she has no idea who the father is. She has often turned to the Missionaries of Charity in Rotterdam, but this time she didn't dare. "I was afraid they would take my baby away after it was born. I was confused."
Bron: http://www.nrc.nl/international/Features/article2481118.ece/Illegal_aliens_like_Helen_cant_hack_it_in_the_Netherlands
21 februari 2010
Verkiezingsavond bij migrantenvereniging
Waarom zou je als Turk alleen belangstelling hebben voor Turkse kandidaten zoals men elders in Nederland had aangenomen? In Leiden werd er bij de Turkse vereniging gewoon in het Nederlands met kandidaten van verschillende partijen gepraat en er was geen Turkse kandidaat bij. Maar misschien moet HTIB wat dat betreft een compliment krijgen want die organiseerden 10 jaar geleden ook al dit soort avonden (toen was ik er wel zelf en mocht toen iemand niet op een Nederlands woord komen bij het stellen van een vraag dan werd die wel even gesouffleerd). Met toestemming van Josee hier het verslag van het debat van deze week.
Migrantendebat 19 februari 2010
Door Josee Koning
Terwijl in Den Haag de messen werden geslepen, was het bij HTIB-Leiden een gezellige boel. Aan de bar kon je behalve iets te drinken ook een bord met heerlijk eten bestellen. Op de tafels stonden schoteltjes met speculaasbrokken en paaseitjes. HITB, de Vereniging van Arbeiders uit Turkije had haar zaal in de Merenwijk beschikbaar gesteld voor een Politiek Café waar de lijsttrekkers van acht Leidse partijen in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen debatteerden. Aanwezig waren: Gerda van den Berg (PvdA), Jan-Jaap de Haan (CDA), Paul van Meenen (D66), Antoine Teeuwen (SP), Pieter Kos (GroenLinks), Guido Terpstra (Christenunie), Daan Sloos (Leefbaar Leiden) en Anand Jitan en Laetitia Siwpersad (samen voor Partij Sleutelstad).
‘Samenwerken als gelijkwaardige burgers’
Voorafgaand aan het debat schetst HITB-voorzitter Murat Kurt kort de geschiedenis van gastarbeiders in Nederland en legde hij de belangrijkste knelpunten bloot waarmee de migranten van nu worden geconfronteerd. Niet alle Nederlanders willen zien dat migranten steeds beter opgeleid zijn, vertelde hij. ‘Nederland is een multiculturele samenleving. Wij willen samenwerken als gelijkwaardige burgers. Er is al veel bereikt, maar nog niet genoeg. Kijk naar het onderwijs en dan vooral het basisonderwijs. Er worden verschillende projecten gestart die uiteindelijk niet geschikt blijken. Ook vertrekken tal van goed opgeleide jonge allochtonen uit Nederland, doordat ze hier geen stageplaats kunnen vinden. Een ander probleem is de relatief hoge werkloosheid onder allochtonen.’ Ook zijn er volgens Kurt meer op allochtonen toegesneden voorzieningen voor ouderen nodig.
RGL
Janet van Dijk, redacteur van het Leidsch Dagblad, was de discussieleidster van de avond. Dat deed ze op resolute wijze. Ze gaf alle lijsttrekkers eerst een minuut om hun standpunt te verwoorden, onderbroken door vrolijke muziek. Toen kwam de eerste stelling aan bod. Deze luidde: ‘Leiden moet afzien van de RGL, zelfs als dit leidt tot een boete van € 50 miljoen.’ Zeven van de acht standpunten waren tijdens het studentendebat afgelopen dinsdag al duidelijk geworden: PvdA is, net als GroenLinks, vóór en de rest was tegen. Partij Sleutelstad blijkt te zijn opgericht uit frustratie over het feit dat er geen gehoor is gegeven aan de uitslag van het RGL-referendum.
PvdA, GroenLinks, D66 en ChristenUnie werden aan tafel genodigd. Omdat hun standpunten in het verslag van het Studentendebat op deze site al grotendeels zijn verwoord, volgt hier alleen de reactie van Gerda van den Berg. ‘Als regionaal knooppunt heeft Leiden een verantwoordelijkheid ten opzichte van buurgemeenten. Als je tegen de RGL bent, frustreer je hun belangen.’Zij stelde dat het referendum achteraf gezien een vergissing is geweest aangezien de Leidenaar is gevraagd naar zijn mening over iets waar de gemeente geen zeggenschap heeft.
Woningbouw
De tweede stelling luidde: ‘Er worden te veel dure woningen gebouwd in Leiden, denk aan het Groenoordhallen-terrein, terwijl er sprake is van woningnood. Dus weg met de dure woningen, bouw meer goedkope woningen.’ Hiervoor gingen het CDA, Leefbaar Leiden, de SP en Partij Sleutelstad aan tafel.
Jan-Jaap de Haan deed enkele pogingen het principe van doorstroming uit te leggen: ‘Door ruime appartementen te bouwen voor ouderen, trekken zij uit eengezinswoningen. Die komen beschikbaar voor gezinnen die nu op een flatje wonen, en dat flatje wordt een starterswoning. Nu bestaat 50 procent van het woningaanbod in Leiden uit goedkope woningen en daarom heeft de gemeente ervoor gekozen in Groenoord 20 procent sociale woningbouw neer te zetten.’ Antoine Teeuwen wierp tegen dat er voor betaalbare woningen in Leiden een wachtlijst van tien jaar is. ‘Het was beter geweest in Groenoord 50 procent sociale woningbouw neer te zetten,’ vond hij. Ook Daan Sloos stelde vast dat er te weinig woningen waren voor lage inkomens. Laetitia Siwpersad wilde meer goedkope woningen voor studenten en meer betaalbare eengezinswoningen. ‘Hurende doorstromers kunnen niet doorstromen,’ zei ze. ‘Er is domweg niets te vinden in de regio. Je wordt gedwongen tot kopen.’ Teeuwen beaamde dit. ‘En de drempel voor koopwoningen is te hoog. De koophuizen in Groenoord worden niet verkocht. Die huizen zijn niet gebouwd voor Leidenaars. Zo is de hele woningmarkt op slot komen te zitten.’Daan Sloos sloot zich hierbij aan: ‘Er zijn veel Leidenaars die geen huis kunnen kopen. Zij zoeken hun heil in de regio. Zo trek je families uit elkaar.’
Migrantenorganisaties
De derde stelling luidde: ‘Migrantenorganisaties die uit gebouwen van de gemeenten moeten vertrekken en moeten verhuizen naar een duurder pand, moeten hiervoor financiële compensatie krijgen.’
‘Absoluut, vond Laetitia Siwpersad: ‘Als je integratie echt wilt bevorderen, moet je de faciliteiten hiervoor bieden.’ Toch wil niemand migrantenorganisaties met extra geld voortrekken. Gerda van den Berg stelde dat je efficiënter met ruimtes kunt omgaan door sociale organisaties, en dan niet alléén migrantenorganisaties, bij elkaar te zetten. Paul van Meenen stelde dat de gemeente heeft gekort op subsidies voor migrantenorganisaties. Gerda van den Berg bracht hiertegen in dat de gemeenten ervoor heeft gekozen de subsidie voor sociale organisaties afhankelijk te maken van het aantal activiteiten dat ze ontwikkelen, niet alleen voor de huur van een pand.
WMO
Er komt een vraag uit de zaal over de ontwikkelingen in de zorg en het veilingsysteem dat wordt gehanteerd bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO). Als wethouder voor onder meer Welzijn reageert Gerda van den Berg als eerste: ‘We zaten met de situatie dat mensen tot twaalf weken moesten wachten op hulp in de huishouding. Nu kunnen ze binnen vier dagen rekenen op goede hulp van een klassieke thuiszorgorganisatie.’
Paul van Meenen: ‘De gemeente verplicht tot marktwerking. De gemeente heeft een verantwoordelijkheid als het gaat om het beschermen van de zwakkeren in de samenleving. Jan-Jaap de Haan wil graag één wijziging op het bestaande systeem: ‘Chronisch zieken zouden niet elk jaar opnieuw door de administratieve molen moeten,’vindt hij.
Antoine Teeuwen: ‘Sommige gemeenten hebben gekozen voor concurrentie op kwaliteit. In Leiden is gekozen voor concurrentie op prijs. Dat leidt tot schrijnende situatie, waarbij schoonmaakbedrijven thuiszorg leveren onder de prijs.’
Gerda van den Berg stelde echter dat thuiszorgbedrijven tegen een redelijk tarief kwaliteit kunnen blijven leveren.
Bron: http://www.leiden.pvda.nl/nieuws/nieuws_item/t/migrantendebat_19_februari_2010
Migrantendebat 19 februari 2010
Door Josee Koning
Terwijl in Den Haag de messen werden geslepen, was het bij HTIB-Leiden een gezellige boel. Aan de bar kon je behalve iets te drinken ook een bord met heerlijk eten bestellen. Op de tafels stonden schoteltjes met speculaasbrokken en paaseitjes. HITB, de Vereniging van Arbeiders uit Turkije had haar zaal in de Merenwijk beschikbaar gesteld voor een Politiek Café waar de lijsttrekkers van acht Leidse partijen in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen debatteerden. Aanwezig waren: Gerda van den Berg (PvdA), Jan-Jaap de Haan (CDA), Paul van Meenen (D66), Antoine Teeuwen (SP), Pieter Kos (GroenLinks), Guido Terpstra (Christenunie), Daan Sloos (Leefbaar Leiden) en Anand Jitan en Laetitia Siwpersad (samen voor Partij Sleutelstad).
‘Samenwerken als gelijkwaardige burgers’
Voorafgaand aan het debat schetst HITB-voorzitter Murat Kurt kort de geschiedenis van gastarbeiders in Nederland en legde hij de belangrijkste knelpunten bloot waarmee de migranten van nu worden geconfronteerd. Niet alle Nederlanders willen zien dat migranten steeds beter opgeleid zijn, vertelde hij. ‘Nederland is een multiculturele samenleving. Wij willen samenwerken als gelijkwaardige burgers. Er is al veel bereikt, maar nog niet genoeg. Kijk naar het onderwijs en dan vooral het basisonderwijs. Er worden verschillende projecten gestart die uiteindelijk niet geschikt blijken. Ook vertrekken tal van goed opgeleide jonge allochtonen uit Nederland, doordat ze hier geen stageplaats kunnen vinden. Een ander probleem is de relatief hoge werkloosheid onder allochtonen.’ Ook zijn er volgens Kurt meer op allochtonen toegesneden voorzieningen voor ouderen nodig.
RGL
Janet van Dijk, redacteur van het Leidsch Dagblad, was de discussieleidster van de avond. Dat deed ze op resolute wijze. Ze gaf alle lijsttrekkers eerst een minuut om hun standpunt te verwoorden, onderbroken door vrolijke muziek. Toen kwam de eerste stelling aan bod. Deze luidde: ‘Leiden moet afzien van de RGL, zelfs als dit leidt tot een boete van € 50 miljoen.’ Zeven van de acht standpunten waren tijdens het studentendebat afgelopen dinsdag al duidelijk geworden: PvdA is, net als GroenLinks, vóór en de rest was tegen. Partij Sleutelstad blijkt te zijn opgericht uit frustratie over het feit dat er geen gehoor is gegeven aan de uitslag van het RGL-referendum.
PvdA, GroenLinks, D66 en ChristenUnie werden aan tafel genodigd. Omdat hun standpunten in het verslag van het Studentendebat op deze site al grotendeels zijn verwoord, volgt hier alleen de reactie van Gerda van den Berg. ‘Als regionaal knooppunt heeft Leiden een verantwoordelijkheid ten opzichte van buurgemeenten. Als je tegen de RGL bent, frustreer je hun belangen.’Zij stelde dat het referendum achteraf gezien een vergissing is geweest aangezien de Leidenaar is gevraagd naar zijn mening over iets waar de gemeente geen zeggenschap heeft.
Woningbouw
De tweede stelling luidde: ‘Er worden te veel dure woningen gebouwd in Leiden, denk aan het Groenoordhallen-terrein, terwijl er sprake is van woningnood. Dus weg met de dure woningen, bouw meer goedkope woningen.’ Hiervoor gingen het CDA, Leefbaar Leiden, de SP en Partij Sleutelstad aan tafel.
Jan-Jaap de Haan deed enkele pogingen het principe van doorstroming uit te leggen: ‘Door ruime appartementen te bouwen voor ouderen, trekken zij uit eengezinswoningen. Die komen beschikbaar voor gezinnen die nu op een flatje wonen, en dat flatje wordt een starterswoning. Nu bestaat 50 procent van het woningaanbod in Leiden uit goedkope woningen en daarom heeft de gemeente ervoor gekozen in Groenoord 20 procent sociale woningbouw neer te zetten.’ Antoine Teeuwen wierp tegen dat er voor betaalbare woningen in Leiden een wachtlijst van tien jaar is. ‘Het was beter geweest in Groenoord 50 procent sociale woningbouw neer te zetten,’ vond hij. Ook Daan Sloos stelde vast dat er te weinig woningen waren voor lage inkomens. Laetitia Siwpersad wilde meer goedkope woningen voor studenten en meer betaalbare eengezinswoningen. ‘Hurende doorstromers kunnen niet doorstromen,’ zei ze. ‘Er is domweg niets te vinden in de regio. Je wordt gedwongen tot kopen.’ Teeuwen beaamde dit. ‘En de drempel voor koopwoningen is te hoog. De koophuizen in Groenoord worden niet verkocht. Die huizen zijn niet gebouwd voor Leidenaars. Zo is de hele woningmarkt op slot komen te zitten.’Daan Sloos sloot zich hierbij aan: ‘Er zijn veel Leidenaars die geen huis kunnen kopen. Zij zoeken hun heil in de regio. Zo trek je families uit elkaar.’
Migrantenorganisaties
De derde stelling luidde: ‘Migrantenorganisaties die uit gebouwen van de gemeenten moeten vertrekken en moeten verhuizen naar een duurder pand, moeten hiervoor financiële compensatie krijgen.’
‘Absoluut, vond Laetitia Siwpersad: ‘Als je integratie echt wilt bevorderen, moet je de faciliteiten hiervoor bieden.’ Toch wil niemand migrantenorganisaties met extra geld voortrekken. Gerda van den Berg stelde dat je efficiënter met ruimtes kunt omgaan door sociale organisaties, en dan niet alléén migrantenorganisaties, bij elkaar te zetten. Paul van Meenen stelde dat de gemeente heeft gekort op subsidies voor migrantenorganisaties. Gerda van den Berg bracht hiertegen in dat de gemeenten ervoor heeft gekozen de subsidie voor sociale organisaties afhankelijk te maken van het aantal activiteiten dat ze ontwikkelen, niet alleen voor de huur van een pand.
WMO
Er komt een vraag uit de zaal over de ontwikkelingen in de zorg en het veilingsysteem dat wordt gehanteerd bij de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO). Als wethouder voor onder meer Welzijn reageert Gerda van den Berg als eerste: ‘We zaten met de situatie dat mensen tot twaalf weken moesten wachten op hulp in de huishouding. Nu kunnen ze binnen vier dagen rekenen op goede hulp van een klassieke thuiszorgorganisatie.’
Paul van Meenen: ‘De gemeente verplicht tot marktwerking. De gemeente heeft een verantwoordelijkheid als het gaat om het beschermen van de zwakkeren in de samenleving. Jan-Jaap de Haan wil graag één wijziging op het bestaande systeem: ‘Chronisch zieken zouden niet elk jaar opnieuw door de administratieve molen moeten,’vindt hij.
Antoine Teeuwen: ‘Sommige gemeenten hebben gekozen voor concurrentie op kwaliteit. In Leiden is gekozen voor concurrentie op prijs. Dat leidt tot schrijnende situatie, waarbij schoonmaakbedrijven thuiszorg leveren onder de prijs.’
Gerda van den Berg stelde echter dat thuiszorgbedrijven tegen een redelijk tarief kwaliteit kunnen blijven leveren.
Bron: http://www.leiden.pvda.nl/nieuws/nieuws_item/t/migrantendebat_19_februari_2010
19 februari 2010
VACATURE: Vluchtelingenwerk Zuidvleugel zoekt Juridisch Medewerker (vrijwilligerswerk)
VluchtelingenWerk Zuidvleugel (VWZV) komt op voor de belangen van asielzoekers, vluchtelingen en andere migranten in de regio Zuid-Holland Zuid. Dit doen wij met behulp van meer dan 200 vrijwilligers. Voor onze werkzaamheden in 's Gravendeel zijn wij op zoek naar een juridisch medewerker.
Asielzoekerscentrum (AZC) 's Gravendeel:
In asielzoekerscentrum 's Gravendeel worden ongeveer 450 mensen opgevangen. De vrijwilligers van VluchtelingenWerk ondersteunen deze vluchtelingen door het geven van voorlichting over de asielprocedure en maatschappelijke begeleiding van de cliënt.
Taken van de Medewerker AZC zijn:
Het houden van spreekuur;
Volgen procesgang van de juridische procedure;
Uitleggen van juridische stukken aan de cliënt;
Versterken vluchtverhaal, hulp in verzamelen bewijzen en zoeken achtergrondinformatie;
Maatschappelijke begeleiding, psychosociale ondersteuning;
Bijhouden logboeken, dossiers, archivering juridische stukken;
Wij zoeken iemand die:
Affiniteit heeft met asielzoekers, vluchtelingen en migranten;
Minimaal MBO opleiding, zekere werkervaring en levenservaring bezit;
Sterk in zijn/ haar schoenen staat;
Interesse heeft in juridische kwesties, bereid is zich hierin te verdiepen;
Enthousiast, gedreven en geduldig is;
Flexibel en stressbestendig is;
Zelfstandig en in teamverband kan werken;
Minimaal 2 dagdelen per week beschikbaar is.
Wij bieden:
Een interessante werkervaring en verrijking van je CV en leven;
Een inwerkprogramma en een uitgebreid scholingsaanbod;
Professionele begeleiding op de werkvloer;
Een klein, hecht en gemotiveerd team van vrijwilligers;
Gezellige, open werkomgeving met veel ruimte voor eigen inbreng;
U krijgt een vrijwilligerscontract en bent op de werkvloer verzekerd;
Reiskosten of andere onkosten worden vergoed.
Meer informatie en reageren:
Wilt u graag meer informatie over deze vacature of wilt u zich aanmelden als vrijwilliger? Neem dan contact op met VluchtelingenWerk Zuidvleugel, locatie 's Gravendeel; tstuij@vioz.nl of tel. 078-6739641.
Bron: wwww.vluchtelingenwerk.nl
Asielzoekerscentrum (AZC) 's Gravendeel:
In asielzoekerscentrum 's Gravendeel worden ongeveer 450 mensen opgevangen. De vrijwilligers van VluchtelingenWerk ondersteunen deze vluchtelingen door het geven van voorlichting over de asielprocedure en maatschappelijke begeleiding van de cliënt.
Taken van de Medewerker AZC zijn:
Het houden van spreekuur;
Volgen procesgang van de juridische procedure;
Uitleggen van juridische stukken aan de cliënt;
Versterken vluchtverhaal, hulp in verzamelen bewijzen en zoeken achtergrondinformatie;
Maatschappelijke begeleiding, psychosociale ondersteuning;
Bijhouden logboeken, dossiers, archivering juridische stukken;
Wij zoeken iemand die:
Affiniteit heeft met asielzoekers, vluchtelingen en migranten;
Minimaal MBO opleiding, zekere werkervaring en levenservaring bezit;
Sterk in zijn/ haar schoenen staat;
Interesse heeft in juridische kwesties, bereid is zich hierin te verdiepen;
Enthousiast, gedreven en geduldig is;
Flexibel en stressbestendig is;
Zelfstandig en in teamverband kan werken;
Minimaal 2 dagdelen per week beschikbaar is.
Wij bieden:
Een interessante werkervaring en verrijking van je CV en leven;
Een inwerkprogramma en een uitgebreid scholingsaanbod;
Professionele begeleiding op de werkvloer;
Een klein, hecht en gemotiveerd team van vrijwilligers;
Gezellige, open werkomgeving met veel ruimte voor eigen inbreng;
U krijgt een vrijwilligerscontract en bent op de werkvloer verzekerd;
Reiskosten of andere onkosten worden vergoed.
Meer informatie en reageren:
Wilt u graag meer informatie over deze vacature of wilt u zich aanmelden als vrijwilliger? Neem dan contact op met VluchtelingenWerk Zuidvleugel, locatie 's Gravendeel; tstuij@vioz.nl of tel. 078-6739641.
Bron: wwww.vluchtelingenwerk.nl
17 februari 2010
Stelling: het is de morele plicht van een asielzoeker om zodra de verblijfsvergunning binnen is zo snel mogelijk te gaan werken (discussieer mee)
Ik heb ze zoveel gezien in het asielzoekerscentrum, de asielzoekers met diploma's op de universiteit, technische school en dergelijke. Thuis een goede baan gehad of een eigen bedrijf en nu hopend dat zodra de verblijfsvergunning er is weer aan de slag te kunnen.
Maar eerst moet er gewacht op het rechtmatig verblijf en dan moet er ingeburgerd worden.
En dan is die verblijfsvergunning er en staat de Gemeente klaar met een uitkering en allerlei extra aanvullende bijstand, komt er huursubsidie, de Voedselbank, de kerk en dergelijke. Moet er ingeburgerd worden. Taal geleerd. En vervolgens wordt er niet meer gewerkt.
Want ja hier in Nederland moet je vaak weer overnieuw of van onder af beginnen en dan is het salaris net zo hoog als alle uitkeringen en de baan vaak hard werken. Diegene die dat doet wordt met de nek door de landgenoten aangekeken. "Je gaat toch niet in een wasserij werken!" De gelovige moslims vergeten maar even voor het gemak dat bedelen verboden is. Niet wordt beseft dat misschien die eerste baan niet leuk is maar dat het draait om het opbouwen van een Nederlands cv en dat werkgevers je wel een kans willen geven als ze zien dat je je best hebt gedaan. Ook Nederlandse studenten beginnen toch vaak zo met simpele bijbaantjes?
Dus wordt er hele dagen thuis voor de schotel gezeten en blijft het Nederlands krakkemikkig.
De Nederlandse omgeving ergert zich dood en ziet weer "zo'n profiterende buitenlander" waardoor het draagvlak voor vluchtelingen afbrokkelt.
En het kan echt anders.
Neem dan het voorbeeld aan Sandrine uit donker Afrika. Thuis een bedrijf gehad maar geen diploma's. Zodra haar verblijfsvergunning rond was heeft ze inburgeringscursussen gevolgd en is ze kantoren gaan schoonmaken. Vervolgens bij oudjes in de thuiszorg gaan werken en nu heeft ze een vaste baan in de bejaardenzorg en volgt ze een opleiding voor verpleegster. Haar Nederlands is vloeiend want de oudjes vonden het maar wat gezellig om met haar een praatje te maken als ze kwam schoonmaken.
Misschien moet de Sociale Dienst eens strenger worden. Ook als je op inburgeringsles zit kan je best 3 uur in de week aan de slag in de thuiszorg, post rondbrengen op zaterdag of 's avonds kantoren schoonmaken. Hier in Nederland is het gewoon dat moeders ook werken. Doordring mensen al op het asielzoekerscentrum van de eis dat er gewerkt moet worden en dat dit in het begin niet gelijk op managersniveau zal zijn. Maar laat ook zien dat je als vluchteling in de Tweede kamer kan komen, chirurg kan worden etc.
Immers als Nederland je een veilig plekje in de wereld heeft geboden en de Nederlanders voor jouw opvang, onderdak en eten hebben betaald tijdens je procedure dan is het je morele plicht als vluchteling om bij te gaan dragen aan die maatschappij zodra dat mogelijk is.
------------------
Reacties kunnen met het formulier hieronder. Anoniem gaat niet meer omdat er te veel spam kwam.
Ik ben benieuwd. Ik kan me zo voorstellen dat Azat in de pen klimt als ervaringsdeskundige :)
Maar eerst moet er gewacht op het rechtmatig verblijf en dan moet er ingeburgerd worden.
En dan is die verblijfsvergunning er en staat de Gemeente klaar met een uitkering en allerlei extra aanvullende bijstand, komt er huursubsidie, de Voedselbank, de kerk en dergelijke. Moet er ingeburgerd worden. Taal geleerd. En vervolgens wordt er niet meer gewerkt.
Want ja hier in Nederland moet je vaak weer overnieuw of van onder af beginnen en dan is het salaris net zo hoog als alle uitkeringen en de baan vaak hard werken. Diegene die dat doet wordt met de nek door de landgenoten aangekeken. "Je gaat toch niet in een wasserij werken!" De gelovige moslims vergeten maar even voor het gemak dat bedelen verboden is. Niet wordt beseft dat misschien die eerste baan niet leuk is maar dat het draait om het opbouwen van een Nederlands cv en dat werkgevers je wel een kans willen geven als ze zien dat je je best hebt gedaan. Ook Nederlandse studenten beginnen toch vaak zo met simpele bijbaantjes?
Dus wordt er hele dagen thuis voor de schotel gezeten en blijft het Nederlands krakkemikkig.
De Nederlandse omgeving ergert zich dood en ziet weer "zo'n profiterende buitenlander" waardoor het draagvlak voor vluchtelingen afbrokkelt.
En het kan echt anders.
Neem dan het voorbeeld aan Sandrine uit donker Afrika. Thuis een bedrijf gehad maar geen diploma's. Zodra haar verblijfsvergunning rond was heeft ze inburgeringscursussen gevolgd en is ze kantoren gaan schoonmaken. Vervolgens bij oudjes in de thuiszorg gaan werken en nu heeft ze een vaste baan in de bejaardenzorg en volgt ze een opleiding voor verpleegster. Haar Nederlands is vloeiend want de oudjes vonden het maar wat gezellig om met haar een praatje te maken als ze kwam schoonmaken.
Misschien moet de Sociale Dienst eens strenger worden. Ook als je op inburgeringsles zit kan je best 3 uur in de week aan de slag in de thuiszorg, post rondbrengen op zaterdag of 's avonds kantoren schoonmaken. Hier in Nederland is het gewoon dat moeders ook werken. Doordring mensen al op het asielzoekerscentrum van de eis dat er gewerkt moet worden en dat dit in het begin niet gelijk op managersniveau zal zijn. Maar laat ook zien dat je als vluchteling in de Tweede kamer kan komen, chirurg kan worden etc.
Immers als Nederland je een veilig plekje in de wereld heeft geboden en de Nederlanders voor jouw opvang, onderdak en eten hebben betaald tijdens je procedure dan is het je morele plicht als vluchteling om bij te gaan dragen aan die maatschappij zodra dat mogelijk is.
------------------
Reacties kunnen met het formulier hieronder. Anoniem gaat niet meer omdat er te veel spam kwam.
Ik ben benieuwd. Ik kan me zo voorstellen dat Azat in de pen klimt als ervaringsdeskundige :)
'Gieterveen' naar politie om opvang minderjarige asielzoekers
Inwoners van Gieterveen beschuldigen de gemeente Aa en Hunze en Stichting Jade ervan gemaakte afspraken omtrent de komst van alleenstaande minderjarige asielzoekers (ama's) niet na te komen.
Robert Hagenbeek, voorzitter van de buurtvereniging in het dorp, stapte gisteren naar de politie in Gieten om daar melding van te maken.
Een groep dorpsbewoners is faliekant tegen de komst van de ama's in de Broekse Hoeve in het dorpscentrum. Zij vrezen overlast, onveilige situaties en grimmige confrontaties. Hagenbeek zegt dat de gemeente en Jade hadden beloofd dat zodra de asielzoekers zouden arriveren in de groepsaccommodatie, er telefoonnummers van Jade beschikbaar zouden komen in het geval van calamiteiten. "En er zou een platform komen van dorpsbewoners en dorpsbelangen, dat overleg zou hebben met Jade. Er is nog niets gerealiseerd, terwijl de eerste zes vluchtelingen er al zitten. De politie kan niets doen, want er zijn geen strafbare feiten gepleegd. Ons is geadviseerd met de gemeente te praten en, eventueel, naar de ombudsman te stappen."
Enkele tientallen bezwaarmakers staan op 25 februari voor de Raad van State om de opvang tegen te houden. Zij vingen eerder bot bij de rechtbank in Assen en enkele dagen later werden er al asielzoekers gehuisvest. Jan Postema, woordvoerder van de bezwaarmakers: "Dat vinden wij verre van correct. De gemeente en Jade hadden moeten wachten op de uitspraak van de Raad van State."
Eric van Oosterhout, burgemeester van Aa en Hunze, vindt de gang naar de politie overdreven. "De afspraken die zijn gemaakt, komen we ook na. Maar door de gang naar de Raad van State zijn we even wat terughoudend. Er is op 27 februari nog een inloopmiddag in de Broekse Hoeve, maar als men er behoefte aan heeft eerder te praten, is dat altijd mogelijk."
Bron: http://www.dvhn.nl/nieuws/noorden/drenthe/article5814499.ece/'Gieterveen'-naar-politie-om-opvang-van-ama's
Robert Hagenbeek, voorzitter van de buurtvereniging in het dorp, stapte gisteren naar de politie in Gieten om daar melding van te maken.
Een groep dorpsbewoners is faliekant tegen de komst van de ama's in de Broekse Hoeve in het dorpscentrum. Zij vrezen overlast, onveilige situaties en grimmige confrontaties. Hagenbeek zegt dat de gemeente en Jade hadden beloofd dat zodra de asielzoekers zouden arriveren in de groepsaccommodatie, er telefoonnummers van Jade beschikbaar zouden komen in het geval van calamiteiten. "En er zou een platform komen van dorpsbewoners en dorpsbelangen, dat overleg zou hebben met Jade. Er is nog niets gerealiseerd, terwijl de eerste zes vluchtelingen er al zitten. De politie kan niets doen, want er zijn geen strafbare feiten gepleegd. Ons is geadviseerd met de gemeente te praten en, eventueel, naar de ombudsman te stappen."
Enkele tientallen bezwaarmakers staan op 25 februari voor de Raad van State om de opvang tegen te houden. Zij vingen eerder bot bij de rechtbank in Assen en enkele dagen later werden er al asielzoekers gehuisvest. Jan Postema, woordvoerder van de bezwaarmakers: "Dat vinden wij verre van correct. De gemeente en Jade hadden moeten wachten op de uitspraak van de Raad van State."
Eric van Oosterhout, burgemeester van Aa en Hunze, vindt de gang naar de politie overdreven. "De afspraken die zijn gemaakt, komen we ook na. Maar door de gang naar de Raad van State zijn we even wat terughoudend. Er is op 27 februari nog een inloopmiddag in de Broekse Hoeve, maar als men er behoefte aan heeft eerder te praten, is dat altijd mogelijk."
Bron: http://www.dvhn.nl/nieuws/noorden/drenthe/article5814499.ece/'Gieterveen'-naar-politie-om-opvang-van-ama's
Abonneren op:
Posts (Atom)
Aanbevolen post
Wytzia Raspe over vluchtelingen, AZC’s, cruiseschepen en mensensmokkelaars
Mr. van de week is Wytzia Raspe. Zij is 25 jaar jurist vreemdelingenrecht in allerlei verschillende rollen. Sinds 2005 schrijft en blogt z...
-
Amice Advocaten Vacatures Vacatures Amice Advocaten te Utrecht Vacature m/v jurist migratierecht bij Amice Advocaten Utrecht Amice Advocat...
-
RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Amsterdam Bestuursrecht zaaknummer: NL...
-
Op zoek naar interessante jurisprudentie voor op mijn blog moet ik me eerst door lijsten vol uitspraken heen worstelen waar de minister veel...
-
Asiel, Syrië, beleid teruggekeerde Syriërs, onvoldoende blijk van zorgvuldige beoordeling omstandigheden, geslaagd beroep op gelijkheidsbe...
-
Iemand vertelde op de Linkedingroep Vreemdelingenrecht dat hij bij zijn verhuizing naar België daar werd ingeschreven in het Wachtregister. ...
-
Wilt u naturaliseren of een verblijfsvergunning? Dit vraagt u aan bij de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) . Hebt u voor uw aa...
-
Professor Rodrigues heeft me gevraagd de volgende studiemiddag onder uw aandacht te brengen: Datum 14 juni 2017 Tijd 14:00 - 17:00 ...
-
Leraar Saad in het zonnetje gezet door Maassluise wethouders: 'Voorbeeld voor anderen' Saad Alkassoum uit Maassluis is geëerd vanweg...
-
Een van mijn eerste visa clienten werd tot in bezwaar geweigerd want hij zou natuurlijk niet terugkeren naar #Pakistan en omdat hij de mogel...
-
DIT BELEID IS AFGESCHAFT. Tegenwoordig probeer ik het voor klanten op basis van artikel 8 EVRM of op basis van Richtlijn 2004/28 (in de vol...