30 april 2011

HVtJ-EU Arrest El Dridi: regeling gevangenisstraf vreemdeling strijdig met Terugkeerichtlijn



De Terugkeerrichtlijn over illegale immigranten verzet zich tegen een nationale regeling krachtens welke aan een illegaal verblijvende onderdaan van een derde land die geen gevolg geeft aan een bevel om het nationale grondgebied te verlaten, een gevangenisstraf wordt opgelegd. Dit volgt uit het Arrest El Dridi, vandaag gewezen door het Hof van Justitie van de Europese Unie.
Een strafsanctie zoals die waarin de Italiaanse wetgeving voorziet, kan de verwezenlijking van de doelstelling om, met eerbiediging van de grondrechten, een doeltreffend verwijderings- en terugkeerbeleid te ontwikkelen, in gevaar brengen.
Toelichting van het Hof
De heer El Dridi, onderdaan van een derde land, is illegaal Italië binnengekomen. In 2004 werd een uitwijzingsbesluit vastgesteld, op basis waarvan in 2010 jegens hem een bevel werd uitgevaardigd om binnen vijf dagen het nationale grondgebied te verlaten.
Laatstgenoemde maatregel werd gemotiveerd met het feit dat de identiteitsdocumenten ontbraken, er geen tranportmiddel ter beschikking stond en het - wegens plaatsgebrek - onmogelijk was om hem voorlopig onder te brengen in een inrichting voor bewaring. Aangezien hij geen gevolg heeft gegeven aan dat bevel, is El Dridi door het Tribunale di Trento (Italië), veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf.
De Corte d’appello di Trento, waarbij hij hoger beroep heeft ingesteld, wenst van het Hof van Justitie te vernemen of de richtlijn inzake de terugkeer van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen („terugkeerrichtlijn”) [1] zich verzet tegen een nationale regeling die een illegaal verblijvende vreemdeling met gevangenisstraf bestraft op de enkele grond dat deze, in strijd met een bevel om het nationale grondgebied binnen een bepaalde termijn te verlaten, zonder geldige reden zijn verblijf op dat grondgebied voortzet.
Het Hof heeft het verzoek van de verwijzende rechter om de zaak volgens de spoedprocedure te behandelen ingewilligd, aangezien El Dridi zich in bewaring bevindt.
Het Hof merkt om te beginnen op dat de „terugkeerrichtlijn” gemeenschappelijke normen en procedures vaststelt met het oog op de ontwikkeling van een doeltreffend beleid van verwijdering en terugkeer van personen, met eerbiediging van hun grondrechten en waardigheid. De lidstaten mogen niet afwijken van die normen en procedures door strengere normen toe te passen.
Die richtlijn legt nauwkeurig de procedure vast die moet worden toegepast op de terugkeer van illegaal verblijvende vreemdelingen en bepaalt de volgorde van de verschillende stappen van die procedure.
De eerste stap bestaat in de vaststelling van een terugkeerbesluit. In het kader van die stap moet voorrang worden gegeven aan de mogelijkheid van vrijwillig vertrek, waarvoor de betrokkene doorgaans een termijn wordt toegekend van zeven tot dertig dagen.
Indien het vrijwillig vertrek niet binnen die termijn plaatsvindt, verplicht de richtlijn de lidstaten om over te gaan tot gedwongen verwijdering met gebruikmaking van de minst dwingende maatregelen.
Slechts wanneer de verwijdering in gevaar dreigt te komen door het gedrag van de betrokkene, kan de lidstaat hem in bewaring stellen. Volgens de „terugkeerrichtlijn” [2] moet die bewaring zo kort mogelijk zijn en met redelijke tussenpozen worden getoetst. Zij wordt beëindigd indien er geen redelijk vooruitzicht op verwijdering meer is en mag niet langer dan 18 maanden duren. Bovendien moeten de betrokkenen in een gespecialiseerde inrichting worden geplaatst en in elk geval gescheiden worden gehouden van de gewone gevangenen.
Zo voorziet de richtlijn in een trapsgewijze verzwaring van de ter tenuitvoerlegging van het terugkeerbesluit te nemen maatregelen, alsmede in de verplichting om tijdens elke stap van de procedure het evenredigheidsbeginsel te eerbiedigen. Die trapsgewijze verzwaring begint met de maatregel die de meeste vrijheid aan de betrokkene laat, namelijk de toekenning van een termijn voor zijn vrijwillige vertrek, en eindigt met de zwaarste maatregel die de richtlijn in het kader van een procedure van gedwongen verwijdering toestaat, te weten de bewaring in een gespecialiseerd centrum.
De richtlijn beoogt dus de maximale duur van de vrijheidsontneming in het kader van de terugkeerprocedure te beperken en aldus de eerbiediging van de grondrechten van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen te waarborgen. Dienaangaande houdt het Hof met name rekening met de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.
Het Hof merkt vervolgens op dat de „terugkeerrichtlijn” niet is omgezet in de Italiaanse rechtsorde [3] en herinnert eraan dat in een dergelijke situatie particulieren, wanneer de bepalingen van een richtlijn inhoudelijk gezien onvoorwaardelijk en voldoende nauwkeurig zijn, zich op die bepalingen kunnen beroepen tegenover de staat, wanneer deze heeft verzuimd de richtlijn om te zetten. Dit is in casu het geval met de artikelen 15 en 16 van de „terugkeerrichtlijn”. Dienaangaande overweegt het Hof dat de Italiaanse verwijderingsprocedure aanzienlijk verschilt van die welke door die richtlijn is vastgesteld.
Ook herinnert het Hof eraan dat hoewel het strafrecht en het strafprocesrecht in beginsel tot de bevoegdheid van de lidstaten behoren en de „terugkeerrichtlijn” hen de mogelijkheid laat om maatregelen, zelfs van strafrechtelijke aard, te treffen, de lidstaten, in het geval waarin dwangmaatregelen niet hebben geleid tot verwijdering, in elk geval gehouden zijn om hun wetgeving zodanig in te richten dat de eerbiediging van het Unierecht wordt gewaarborgd. Derhalve mogen zij geen regeling toepassen, ook niet op strafrechtelijk gebied, die de verwezenlijking van de door een richtlijn nagestreefde doelstellingen in gevaar kan brengen en deze haar nuttig effect kan ontnemen.
Het Hof is derhalve van oordeel dat de lidstaten, voor het geval dat dwangmaatregelen ter uitvoering van de gedwongen verwijdering geen succes hebben, niet kunnen bepalen dat een vrijheidsstraf wordt opgelegd op de enkele grond dat een onderdaan van een derde land, nadat hem een bevel tot verwijdering van het nationale grondgebied is betekend en de bij dat bevel gestelde termijn is verstreken, zijn illegale aanwezigheid op het grondgebied van een lidstaat voortzet. Die staten moeten hun op de uitvoering van het verwijderingsbesluit, dat zijn effecten blijft sorteren, gerichte inspanningen voortzetten.
Een dergelijke vrijheidsstraf zou immers, met name vanwege de voorwaarden en de wijze van uitvoering ervan, de verwezenlijking van de met deze richtlijn nagestreefde doelstelling, te weten de invoering van een doeltreffend beleid van verwijdering en terugkeer van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen, met eerbiediging van hun grondrechten, in gevaar kunnen brengen.
De verwijzende rechter, die ermee belast is de bepalingen van het Unierecht toe te passen en zorg te dragen voor de volle werking ervan, dient derhalve elke nationale bepaling die strijdig is met het resultaat van de richtlijn (met name een bepaling die voorziet in een gevangenisstraf van een tot vier jaar) buiten toepassing te laten en rekening te houden met het beginsel van de retroactieve toepassing van de lichtere straf, dat deel uitmaakt van de constitutionele tradities die de lidstaten gemeen hebben.
[1] Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven (PB L 348, blz. 98).
[2] Artikelen 15 en 16.
[3] De uiterste datum voor de omzetting van de richtlijn in de nationale rechtsordes was 24 december 2010.

Bron: http://juridischdagblad.nl/content/view/10255/1/


Law Blogs
Law blog

Asiel: Nederland biedt vooral schijnhumaniteit

Overal klinkt sinds kort de roep om een 'humaner' asielbeleid. Nu kun je over de staat veel beweren, maar niet dat hij zich geen moeite getroost om asielzoekers zo humaan mogelijk door de procedure te loodsen

Nederland biedt schijnhumaniteit aan asielzoekersNederland biedt schijnhumaniteit aan asielzoekers
Asielzoekers worden opgevangen, krijgen zoveel tijd als nodig is om zich voor te bereiden op de procedure, worden bijgestaan door het gesubsidieerde VluchtelingenWerk en krijgen een door de staat gefinancierde advocaat met wie ze tussen de verhoren door mogen overleggen. Kinderopvang, computerruimtes, medische hulp: het is allemaal voorhanden.

VervelendToegegeven, het wachten is vervelend. Gemiddeld duurt de asielprocedure 167 dagen. Maar de procedure neemt vooral zo veel tijd in beslag doordatasielzoekers die weten dat ze niet in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning, domweg niet meewerken. Ze liegen over hun identiteit, herkomst, leeftijd en de reden van hun vlucht. De Immigratie- en Naturalisatiedienst moet alles controleren.

Vluchtelingenorganisaties en advocaten maken zich nu druk om gevallen die tien jaar of nog langer strijden om een verblijfsvergunning. Maar ook dit valt de staat niet te verwijten. Hun strijd duurt zo lang doordat de asielzoekers er zelf voor kiezen om na afwijzing keer op keer in beroep te gaan tegen een beslissing. En krijgen ze van de hoogste rechter geen gelijk, dan beginnen ze gewoon een nieuwe procedure en vragen asiel aan op andere, bijvoorbeeld medische, gronden.

In beroepAls de staat al iets valt te verwijten, dan is het dat hij het zo gemakkelijk maakt om in beroep te gaan of een nieuwe procedure te beginnen. De overheid lijkt daardoor misschien humaan, maar zij biedt schijnhumaniteit.

Minister Gerd Leers (CDA, Immigratie) wil gelukkig het stapelen van procedures tegengaan. Terecht. De mogelijkheid om eindeloos te procederen maakt Nederland een veel te aantrekkelijke bestemming voor asielzoekers die geen echte vluchteling zijn.



Law Blogs
Law blog

Woensdag 4 mei uitspraak in kort geding tewerkstellingsvergunningen

Op 4 mei doet de rechter uitspraak in het kort geding dat ZLTO aanspande tegen minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Tot die tijd blijven ondernemers in onzekerheid over de vraag of ze nog tewerkstellingsvergunningen krijgen voor Roemenen en Bulgaren.

Op 28 april diende het kort geding bij de voorzieningenrechter in het Haagse Paleis van Justitie. De advocaat van ZLTO legde er nog eens uit het de plotselinge beleidsomslag van minister Kamp met name boomtelers en aardbeientelers in grote problemen brengt. Hij betoogde dat de bewindsman hiermee een onrechtmatige daad pleegt. Volgens de advocaat is de handelwijze van Kamp in strijd met het beginsel van behoorlijk bestuur. Bovendien worden afspraken met LTO 'met voeten getreden.' In het pleidooi werd verder aangevoerd dat het nieuwe beleid in strijd is met Europese regels. Bij de toetreding van Roemenie en Bulgarije tot de EU is afgesproken dat het geldende beleid voor tewerkstellingsvergunningen niet mag worden aangescherpt.

De advocaat van het kabinet ziet dat anders. Volgens haar is er geen sprake van een aanscherping, maar zijn er nu voldoende arbeidskrachten uit Nederland en andere EU-landen beschikbaar. Dat hebben uitzendbureau's aan de minister gemeld en daarom worden na 1 juli geen vergunningen meer verstrekt. Ze verweet de werkgevers in de agrarische sector een 'afhoudende houding' tegenover het aanbod van uitzendbureau's. "Ze willen helemaal geen uitzendkrachten inzetten en stellen onhaalbaar hoge eisen", aldus de advocaat.

Bron: http://www.agriholland.nl/nieuws/artikel.html?id=126112


Law Blogs
Law blog

Uitstel zaak zussen Karima en Krishma

BORNE - De beslissende rechtszaak over het lot van de Afghaanse meisjes Karima (18) en Krishma (15) Koshidi en hun familie is uitgesteld. Bij de rechtbank in Zutphen zou op 12 mei de zaak dienen over de vraag of de familie, die in Borne woont, naar Afghanistan terug moet.

De Immigratie- en Naturalisatie Dienst (IND) heeft de rechtbank nu gevraagd de zaak aan te houden.

Er is veel commotie over de dreigende uitzetting van Karima en Krishma, die al bijna tien jaar in Nederland wonen. Eerder besloot minister Leers van Immigratie en Asiel de veertienjarige Sahar en haar Afghaanse familie niet uit te zetten, omdat zij is verwesterd. Ze zou in Afghanistan in grote psychosociale problemen komen.

Voor Karima en Krishma, leerlingen van het Bataafs Lyceum in Hengelo, geldt hetzelfde, stelt hun advocaat Cees den Hartogh.

Hij deed dan ook een beroep op de IND de uitzettingsprocedure te stoppen. „De IND neemt nu extra ruimte om uit te zoeken wat het besluit van Leers precies betekent voor deze familie.” Den Hartogh had daar al op gehoopt.

Volgens Leers zijn er ongeveer 100 procedures waarvoor zijn Sahar-maatregel gevolgen kan hebben. Hij wil echter geen generaal pardon uitvaardigen voor deze groep, maar de zaken individueel blijven beoordelen.

Bron: http://www.tctubantia.nl/regio/twente/8611072/Uitstel-zaak-zussen-Karima-en-Krishma.ece


Law Blogs
Law blog

27 april 2011

Ervaringen met juridisch adviseurs die geen advocaat zijn

Graag verneem ik van u uw ervaringen met juridisch adviseurs die geen advocaat zijn. En dan gaat het mij om adviezen op het gebied van het immigratierecht, vreemdelingenrecht dan wel naturalisatie.

Denkt u dat de kwaliteit net zo goed is als bij advocaten of beter of slechter en waarom?

Had u behoefte gehad aan een instantie waar u een klacht kon neerleggen?






Law Blogs
Law blog

Beste meneer Wilders (Bij de tandarts)

Gisteren had ik het genoegen om ruim een uur in een tandartsstoel een wortelkanaalbehandeling te ondergaan. Het viel allemaal erg mee maar je probeert dan toch je gedachten naar iets te laten gaan wat de aandacht afleidt van een boor in je mond.

Nu heb ik een heel aardige en kundige tandarts. En hij is bovendien ik schat 15 jaar jonger dan ik en super knap. En opeens moest ik aan u denken meneer Wilders. Weet u waarom?

Die oh zo aardige tandarts is of was Iraniër. Misschien is hij ook wel moslim. Of ook niet want voor de Pasen had hij zijn hele praktijk opgeleukt met hyacinten en paaseieren. Geen idee. Hij doet gewoon goed zijn werk. Ik vroeg me af of u deze jongen niet ook het liefste zou willen terugsturen.

Of diegene die mij heeft leren autorijden en in Turkije is geboren en zekerweten moslim is? Of mijn Turkse garagehouder waarvan ik geen idee heeft wat hij gelooft maar die voor een prikkie mijn auto goed verzorgt? Mijn Turkse bakker wiens vrouw voor mij tot haar God bidt als ik ziek ben? Mijn Marokkaanse voormalige stagiaire die zelfs een hoofddoek draagt maar de liefheid en tolerantie zelve is? Of mijn oud-collega geboren in Marokko die een vrijgevochten vrouw is zonder hoofddoek maar daarnaast een enorm kreng zonder fatsoensnormen? Of die jonge homo uit het Midden Oosten die verkering heeft met een vriend van mij?

Het beeld dat u oproept dat iedere buitenlander hier in Nederland een profiteur is is onzin. Misschien durven we niet toe te geven dat profiteren aan alle kanten wordt gefasciliteerd maar er desondanks vele hardwerkende immigranten zijn die midden in de samenleving staan terwijl er ook zat "white trash" op de bank zit. Mensen die een bijdrage leveren aan onze maatschappij. Sommige aardig, sommige niet aardig. Sommige open minded, sommige vastgeroest. Gewoon net als alle andere mensen.



Law Blogs
Law blog

Herinneringsoproep Meer dan Handen awards

http://www.i-doe.nl/images/resized/nieuws_178_width_320.jpg
Geplaatst op 26-04-11
Herinneringsoproep Meer dan Handen awards

2011 is een bijzonder jaar. Het is namelijk het Europese Jaar voor het Vrijwilligerswerk (EJV). Om te vieren hoe leuk, bijzonder en nuttig vrijwillige inzet is, worden op 25 juni de voorrondes voor de landelijke Meer dan Handen awards gehouden. Aanmelden kan nog tot 7 mei a.s.!
Dit is een eenmalige, unieke kans om aandacht te krijgen voor uw project, organisatie, vrijwilligers…

De awards & nominaties
De Meer dan Handen awards in Leiden zijn er in drie categorieën: Competentie, Verbinding en Innovatie.
Nominaties voor vrijwilligers, organisaties, bedrijven, initiatieven,  groepen  of projecten die hiervoor in aanmerking komen, kunnen tot 7 mei aangemeld worden  op de website van iDOE: www.i-doe.nl. Een voorwaarde is dat het echt om vrijwillige inzet gaat en dat degene die wordt genomineerd, dit weet en het er mee eens is.

Per categorie worden drie genomineerden geselecteerd die kans maken op de prijs. Deze genomineerden worden voorgesteld in het Leidsch Dagblad. De lezers kunnen dan eind mei een publieksstem uitbrengen via de website van Leidsch Dagblad. De publieksstem telt mee in het eindoordeel als jurystem, de rest van de jury bestaat uit wethouder Roos van Gelderen, het Leidsch Dagblad en de werkgroep EJV. Zij beslissen wie uiteindelijk de awards winnen.

De winnaars krijgen een award, een certificaat en natuurlijk de eer en veel waardering! Ook dingen zij mee naar de landelijke awards op 7 december.





Law Blogs
Law blog

24 april 2011

VACATURE: Gezocht per 1 juni: coördinator VluchtelingenWerk Maastricht

Gezocht per 1 juni: coördinator VluchtelingenWerk Maastricht
16-18 uur per week
geeft leiding aan een team van vrijwilligers
reageren vóór 27 april

Bron: http://www.vluchtelingenwerk.nl/pdf-bibliotheek/Coordinator_VluchtelingenWerk_Maastricht.pdf




Law Blogs
Law blog

VACATURE: Afdeling Asiel van Landelijk Bureau VluchtelingenWerk Nederland zoekt trainer (m/v)

12 uur per week
voor zowel ontwikkelen als uitvoeren cursusmateriaal
reageren vóór 9 mei

Bron: http://www.vluchtelingenwerk.nl/pdf-bibliotheek/Advertentietekst_trainer_asiel_1.pdf

Law Blogs
Law blog

Rondom 10 over vreemdelingenrecht (zaterdag uitgezonden)

Tip van buurvrouw Carla. We vonden het allebei nogal rammelen zo nu en dan.

Man vermoordt vriendin en zonder dat men ook maar wat weet wordt gezegd dat dat komt omdat hij illegaal was om maar een voorbeeld te noemen. Maar wel interessant om te kijken omdat het interdisciplinair wordt besproken.


Rondom 10

za 23 apr 2011, 21:10 Tt888-greenishgrey

Discussieprogramma met actuele debatten, feiten, meningen en emoties over kwesties die Nederland bezighouden.

Get Microsoft Silverlight Bekijk de video in andere formaten.


Law Blogs
Law blog

Aanrader: serie "In Turkije". Deze aflevering gaat over de expansie naar Irak

In Turkije

Weg van Europa Tt888-greenishgrey

  • Uitgezonden

    zo 10 apr 2011, 20:15
  • Omroep

    VPRO
  • Aantal x bekeken

    4.825
  • Genre

    Informatief
Documentaireserie Terwijl in Europa het verzet tegen Turkse toetreding toeneemt, zoeken de Turken naar alternatieven. Bram reist langs en over de grens met de Arabische wereld.

Get Microsoft Silverlight Bekijk de video in andere formaten.



Law Blogs
Law blog

Advocaat Sahar wil opnieuw naar rechter

Advocaat Sahar wil opnieuw naar rechter

BINNENLAND
De advocaat van het Afghaanse meisje Sahar, Paul Stieger, dreigt opnieuw naar de rechter te stappen. Hij wil zo de beloofde, maar vooralsnog uitblijvende verblijfsvergunning voor het meisje afdwingen. Dat schrijfthij vandaag in een opiniestuk voor Rondom 10.
Het televisieprogramma besteedt vanavond aandacht aan het Nederlandse asielbeleid. Minister voor Immigratie en Asiel Gerd Leers (CDA) besloot eerder deze maand toch een verblijfsvergunning te geven aan het Afghaanse meisje Sahar en haar familie. Waarom dan weer dreigen met een rechtzaak? Stieger schrijft:
Inderdaad heeft de Minister, de heer Leers, via een persconferentie vrijdag twee weken geleden, laten weten dat er een verblijfsvergunning zal worden verleend. Sahar en ondergetekende, haar advocaat, moesten dit via de media vernemen. In de week na de toezegging door de minister heb ik getracht de landsadvocaat en de IND te bewegen de verblijfsvergunning zo snel mogelijk te verlenen. Dit is natuurlijk belangrijk voor Sahar en haar gezin: de definitieve bevestiging dat zij mogen blijven en de voorwaarde om in Nederland verder te kunnen, een einde aan een zenuwslopende periode.



Zolang de papieren niet geregeld zijn, is het moeilijk voor Sahar om haar leven hier voort te zetten:
De schriftelijke vergunning is een vereiste voor het zoeken naar huisvesting, werk, scholing etc. Helaas reageerde de landsadvocaat niet (behoudens het bericht dat het hoger beroep was ingetrokken) en gaf de IND – na aandringen van mijn kant – pas afgelopen donderdag aan dat er voorlopig niets op papier komt.
Stieger maakt de gang naar de rechter opnieuw als de zaak nu niet binnen twee weken in orde is. Volgens hem wil de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) eerst het beleid voor verwesterde Afghaanse meisjes als Sahar op papier zetten en aan de Tweede Kamer voorleggen. Pas daarna behandelt de IND de zaak van Sahar en andere vergelijkbare gevallen.

Bron: http://www.nrc.nl/nieuws/2011/04/23/advocaat-sahar-wil-opnieuw-naar-rechter/


Law Blogs
Law blog

GroenLinks: zussen niet uitzetten

Tofik DibiTofik DibiANP
GroenLinks is geschrokken van de dreigende uitzetting van twee Afghaanse zussen uit Hengelo.
Kamerlid Tofik Dibi roept minister Gerd Leers (Immigratie en Asiel) op om hun uitzetting in elk geval op te schorten tot na het Kamerdebat over de asielprocedures.
De zussen Karima (18) en Krishma (15) wonen al negen jaar in Nederland. Tegen hun uitzetting, die mogelijk dinsdag begint, werd gisteren actiegevoerd op hun school in Hengelo.

Voorpagina

Hun zaak lijkt op die van de 14-jarige Sahar, die een verblijfsvergunning kreeg omdat ze verwesterd is. De Tweede Kamer bespreekt woensdag met Leers wat dat betekent voor vergelijkbare gevallen.
Dibi hoopt dan meer duidelijkheid te krijgen over de criteria voor een verblijfsvergunning voor verwesterde meisjes. "Het mag niet zo zijn dat wie op de voorpagina van de krant komt te staan, een andere behandeling krijgt dan al die andere, voor ons onbekende gezichten."

Bron: http://nos.nl/artikel/235101-groenlinks-zussen-niet-uitzetten.html

Law Blogs
Law blog

IND geeft bewust te veel geld uit aan DNA-testen

De Immigratie en Naturalisatiedienst verkwist tonnen aan belastinggeld door DNA-testen niet bij de voordeligste leverancier te bestellen. Terwijl de dienst het geld goed kan gebruiken.

De Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) geeft jaarlijks tonnen te veel uit en gaat daar bewust mee door. Binnenkort sluit het een contract met het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) voor de afname van verwantschapstesten. Die zijn belangrijk ?binnen het Nederlandse vreemdelingenbeleid omdat er via DNA een ?familieband mee kan worden aangetoond – én onderuitgehaald.

De afgelopen twee jaar werden jaarlijks gemiddeld 2.250 van dit soort DNA-onderzoeken uitgevoerd. De IND schakelde daarvoor de bedrijven NFI, Sanquin en het LUMC in. Over de prijs die het betaalde weigert de dienst mededelingen te doen.

Goedkoop zijn de testen niet. De NFI-prijslijst uit 2009 meldt dat een test 1.752 euro kost. Sanquin neemt ze af voor 1.150 euro. Terwijl anderen dezelfde expertise in huis hebben en er fiks minder voor vragen. Bij Verilabs forensisch onderzoek in Leiden was de dienst jaarlijks zo’n 700.000 euro goedkoper uit geweest.

Verontwaardigd
Dat de IND makkelijk verdiend geld laat liggen is opmerkelijk. Over 2008 en 2009 had de dienst jaarlijkse tekorten van meer dan 30 miljoen euro. Bij de presentatie van het jaarverslag gisteren bleek dat de dienst 2010 wel positief wist af te sluiten met een plus van 3 miljoen euro. Toch moet komende jaren flink bezuinigd worden. ‘We hebben nog heel forse taakstellingen voor de boeg’, aldus hoofddirecteur Rob van Lint. Ook de miljoenen die de vertraagde invoering van het IT-systeem INDIGO kost moeten worden opgevangen.

De IND laat weten om ‘bedrijfseconomische redenen’ voor het NFI te hebben gekozen. Merkwaardig, want andere aanbieders is helemaal niet naar een prijsopgave gevraagd. Dan weet je dus ook niet of je de laagste prijs kiest. ‘Ons is niks gevraagd. Jammer, want we hebben jarenlang goede service geleverd’, meldt Sanquin.

Directeur Pim Volkers van Verilabs reageert verontwaardigd op het besluit om het NFI in te schakelen. ‘Niet alleen vanuit bedrijfsmatig oogpunt, ook als belastingbetaler. Ik probeer al tien jaar deze testen aan te bieden en weet dat ik goedkoper ben dan het NFI en andere partijen op de markt.’

Zijn prijs per test van 650 euro exclusief btw zou door volumekorting nog lager uitpakken. Zijn levertijd van tien dagen is korter dan de drie weken van het NFI. Maar de IND is onvermurwbaar. In een brief aan Volkers uit februari staat: ‘De IND heeft besloten om verwantschapsonderzoek binnen de Rijksoverheid te laten uitvoeren.(...) Het zal hierdoor niet aanbesteed worden als overheidsopdracht.’

Het is naar de letter van de wet correct, stelt mededingingsadvocaat Anke Stellingwerff Beintema van Loyens & Loeff. Maar volgens Barbara Baarsma, hoogleraar Marktwerking aan de Universiteit van Amsterdam, handelt de IND niet in de geest van de aanbestedingsregels en trekt het een juridisch rookgordijn op. ‘Praktisch geredeneerd opereert NFI op een markt in de zin dat niet alleen NFI, maar ook Verilabs en andere aanbieders dit soort diensten aanbieden. Zo bekeken zou het wel degelijk kunnen gaan om een overheidsopdracht.’

Het NFI en Sanquin zeggen dat ze niet de standaardprijs berekenen aan de dienst. De IND laat weten een marktconforme prijs te betalen. Geen van allen zijn ze bereid om die uitspraken te laten controleren.

Bron: http://www.depers.nl/binnenland/562927/IND-geeft-bewust-te-veel-geld-uit-aan-DNA-testen.html

Law Blogs
Law blog

Veel illegalen bij homoprostitie


Veel illegalen bij homoprostitie

Gay Escort Amsterdam luidt de noodklok: politie en justitie vergeten  homoprostitutie bij hun acties tegen mensenhandel en prostitutie. Volgens het bureau zijn er in Nederland  huizen waar jongens illegaal aan het werk zijn,  vaak uit Brazilië en Oostbloklanden. De politie lijkt er geen prioriteitaan te geven, al ‘is er bewijs dat er vaak meldingen tegen dit soort huizen binnenkomen’, aldus de Gay Krant.

De politie weet van het bestaan van dergelijke huizen in Amsterdam, Rotterdam, Almelo, Haarlem en Limburg. De jongens werken hier voor minder geld dan normaal is: vaak voor de helft. Ook worden paspoorten afgepakt en is er sprake van dwang. Gay Escort Amsterdam hoopt dat deze illegale bedrijven ook worden aangepakt en dat justitie en politie zich niet alleen richten op heterobureaus.



Bron: http://gay.blog.nl/erotiek-dating/2011/04/24/veel-illegalen-bij-homoprostitie




Law Blogs
Law blog

17 april 2011

Lawyers paid £11 million for immigration cases

Lawyers have received millions of pounds to fight cases for immigrants who were eventually told to leave the country.
By Rebecca Lefort 8:45AM BST 17 Apr 2011

A total of £11 million was spent on failed immigration and asylum cases, new figures show.
Figures from the Legal Services Commission show another £6.3 million was spent on cases where the outcome was never known, and more than 1,000 cases were taken to judicial review, costing around £3 million.
Each year £85 million is spent on legal fees for immigrants and asylum seekers trying to stay in the country.
Many of the areas of taxpayers' money being spent will cause concern over whether it is being correctly spent.
The figures show taxpayers spent £4.9 million on application or appeals to bring family members to the UK and £1.1 million on taking legal cases to allow family members to visit after they had been refused permission for a visitors visa to the UK.
RELATED ARTICLES
Legal aid clampdown will save £300 million 13 Nov 2010
£1.1 million was spent helping foreigners gain British citizenship and £1 million on helping students wanting to study in the UK - one of the areas which the Government has identified as being subject to abuse by foreigners.
Last night Alp Mehmet, the vice-chairman of Migration Watch, said: "This is another example of the tax payer footing the bill in an unreasonable way. It is not too much to expect people who appeal in these circumstances to pay for it themselves."
The disclosure of the true cost of immigration and asylum legal aid cases comes after a senior judge described the immigration appeals system as an expensive "merry go round" last week.
Lord Justice Pitchford was ruling on the decade-long legal battle of a 28-year-old Zimbabwean asylum seeker, a case which has cost the state more than £100,000 in lawyers' fees.
He said he was frustrated that her future was still "up in the air", despite dozens of court appearances, and added: "I shake my head in despair if not in disbelief at this extraordinary process which occupies so much court time."
The Government said it hopes to reduce the cost of funding immigration and asylum cases, and has promised in the future only claims challenging detention and proceedings before the Special Immigration Appeals Commission will be supported.
People applying for leave to remain, entry clearance, and citizenship and travel documentation will no longer be eligible for support. Ministers expect the changes to save £18 million each year, still leaving a bill of £66 million.
The changes have been opposed by some groups, including the Immigration Advisory Service, which gives immigrants and asylum seekers free legal advice.
The not-for-profit organisation, which has an office in Bangladesh, received £14.6 million in fees alone in 2009/10.
Another legal charity, Refugee and Migrant Justice, received £13.7 million in taxpayer funded fees in the same period, but went into administration last year.

Bron: http://www.telegraph.co.uk/news/uknews/immigration/8455704/Lawyers-paid-11-million-for-immigration-cases.html

Om hoeveel geld zou het in Nederland gaan? En waarom is het hier een taboe om over dit soort zaken te spreken? Aangezien iedere zaak toch minstens 1000 euro kost en bijvoorbeeld de helft van de asielverzoeken wordt afgewezen en een ieder bijna doorporcedeerd is dat al makkelijk te berekenen. Maar dan de reguliere immigratie, de vreemdelingenbewaring, de subsidies voor Vluchtelingenwerk, STuv en derdelijke. Ik ben echt benieuwd.

Law Blogs
Law blog

Frankrijk houdt vluchtelingen tegen

Frankrijk heeft een trein uit Italië tegengehouden. Er zouden illegale Tunesische immigranten in zitten. De Italiaanse spoorwegen zeggen dat de trein daarom geen toestemming kreeg om vanuit de Italiaanse grensplaats Ventimiglia Frankrijk binnen te rijden.

Tunesiërs kunnen sinds kort vrij door de Schengenlanden reizen, omdat ze tijdelijke verblijfsvergunningen hebben gekregen van Italië. Daar melden zich sinds de politieke omwenteling in Tunesië veel vluchtelingen.

De groep vluchtelingen die nu is geweigerd, wilde vermoedelijk naar familie in Frankrijk reizen. In dat land wonen veel Tunesiërs.

Geld
Frankrijk zegt dat het de Tunesiërs wel wil verwelkomen, als ze kunnen aantonen dat ze genoeg financiële middelen hebben om in hun eigen levensonderhoud te voorzien.

Ook Tunesiërs die naar België willen, moeten geldige papieren kunnen laten zien en genoeg geld bij zich hebben. De zuiderburen hebben bovendien de grenscontroles verscherpt.

Bron: http://nos.nl/artikel/233789-frankrijk-houdt-vluchtelingen-tegen.html

Law Blogs
Law blog

IND heeft mogen concluderen dat deze Tibetaanse niet uit China komt (uitspraak)

LJN: BQ0748, Raad van State , 201008219/1/V1

Datum uitspraak: 04-04-2011
Datum publicatie: 11-04-2011
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Nu de vreemdeling een documentloze Tibetaan is, die stelt uit China afkomstig te zijn, heeft de rechtbank, in navolging van de minister, terecht het hierboven in 2.1.2. weergegeven beleid van toepassing geacht. Dit beleid is, anders dan de vreemdeling betoogt, niet kennelijk onredelijk. De minister heeft, gelet op de in 2.1.3. weergegeven passages van het ambtsbericht 2008, in redelijkheid als uitgangspunt van zijn beleid kunnen hanteren dat documentloze Tibetanen die niets in het Mandarijn kunnen vertellen in beginsel worden geacht niet uit China afkomstig te zijn. Dat, zoals de vreemdeling betoogt, niet elke uit China afkomstige Tibetaan Mandarijn spreekt, is in het beleid verdisconteerd, nu uit de woorden "in beginsel" in voormelde paragraaf van de Vc 2000 volgt dat de mogelijkheid wordt opengelaten dat een vreemdeling aannemelijk maakt dat hij, ondanks het ontbreken van documenten en het niet beheersen van het Mandarijn, toch uit China afkomstig is.
In dit geval heeft de rechtbank terecht geoordeeld dat de minister zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de door de vreemdeling gestelde herkomst ongeloofwaardig is, zodat haar asielrelaas reeds daarom positieve overtuigingskracht mist. Nog daargelaten dat de rechtbank hiertoe onbestreden heeft overwogen dat de minister zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de vreemdeling onjuiste verklaringen heeft afgelegd over de verplichting om in het bezit te zijn van een identiteitskaart en over haar directe herkomstomgeving, heeft de rechtbank in dit verband terecht overwogen dat de minister, ook gelet op de verklaringen van de vreemdeling tijdens het aanvullend gehoor van 25 november 2008 dat zij geen Chinees spreekt en in het geheel niet kan communiceren met de aanwezige Chinese tolk, de door de vreemdeling gestelde herkomst in redelijkheid ongeloofwaardig heeft kunnen achten.

bron: rechtspraak.nl


Law Blogs
Law blog

Een enkele uitglijer in het asielrelaas kan het ongeloofwaardig maken als iemand ook geen papieren mee heeft (uitspraak raad van State)

LJN: BQ0750, Raad van State , 201009568/1/V3

Datum uitspraak: 04-04-2011
Datum publicatie: 11-04-2011
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Ter zitting bij de rechtbank heeft de minister te kennen gegeven dat hij het niet beheersen van het Mandarijn niet langer aan de vreemdeling tegenwerpt.
Reeds gelet op het voorgaande heeft de minister zich in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat het asielrelaas van de vreemdeling positieve overtuigingskracht mist. In dit verband wordt opgemerkt dat, indien als gevolg van het toerekenbaar ontbreken van documenten van het relaas positieve overtuigingskracht moet uitgaan, reeds een enkele ongerijmde wending of tegenstrijdigheid op het niveau van de relevante bijzonderheden tot de slotsom kan leiden dat daarvan geen sprake is. De rechtbank heeft derhalve ten onrechte grond gevonden voor het oordeel dat het besluit in zoverre ontoereikend is gemotiveerd.

--------------

2.2. In de grieven 1 en 2, in onderlinge samenhang bezien, klaagt de minister dat, samengevat weergegeven, de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat zijn standpunt dat het asielrelaas van de vreemdeling positieve overtuigingskracht mist, berust op een ontoereikende motivering. Daartoe voert hij aan dat de rechtbank er ten onrechte van uit is gegaan dat hij de omstandigheid dat de vreemdeling geen enkele Chinese benaming kent van plaatsen in zijn gestelde herkomstomgeving, maar benamingen hanteert die bekend zijn van oude Amerikaanse stafkaarten, niet bij de beoordeling van de geloofwaardigheid van het asielrelaas heeft betrokken. Voorts voert de minister aan dat de vreemdeling onjuist heeft verklaard over de leeftijd waarop het voor een Chinese burger verplicht is in het bezit te zijn van een identiteitskaart. Daarnaast betoogt de minister dat, anders dan de rechtbank heeft overwogen, in het besluit deugdelijk is gemotiveerd waarom van de vreemdeling mocht worden verwacht dat hij de namen kent van twee bevolkingsgroepen die leven in de door hem gestelde herkomstomgeving. Nu het relaas vaagheden, tegenstrijdigheden en ongerijmde wendingen op het niveau van de relevante bijzonderheden bevat, heeft de rechtbank miskend dat hij voldoende heeft gemotiveerd waarom het relaas positieve overtuigingskracht mist, aldus de minister.

2.2.1. Bij de beoordeling van het asielrelaas door de minister gaat het meestal niet om de vraag of en in hoeverre de verklaringen over de feiten en omstandigheden die een vreemdeling aan zijn aanvraag ten grondslag heeft gelegd als vaststaand moeten worden aangenomen. Een vreemdeling is immers veelal niet in staat en van hem kan veelal ook redelijkerwijs niet worden gevergd zijn asielrelaas met afdoende bewijsmateriaal te staven. Om een vreemdeling, waar dat probleem zich voordoet, tegemoet te komen en toch een adequate beoordeling van de aanvraag in het licht van de toepasselijke wettelijke voorschriften te kunnen verrichten, geldt ingevolge artikel 3.35, derde lid, van het Voorschrift Vreemdelingen 2000 - waarin artikel 31, eerste lid, van de Vreemdelingwet 2000 (hierna: de Vw 2000) nader is uitgewerkt - dat de minister de verklaringen van de vreemdeling en de daarin gestelde feiten en omstandigheden geloofwaardig acht, indien die vreemdeling aan de in eerstgenoemde bepaling vermelde voorwaarden heeft voldaan. Aan die voorwaarden zal in de regel niet worden voldaan, indien zich een omstandigheid als vermeld in artikel 31, tweede lid, onder a tot en met f, van de Vw 2000 voordoet. In dat geval zal volgens paragraaf C14/3.4 van de Vreemdelingencirculaire 2000 van de verklaringen een positieve overtuigingskracht moeten uitgaan om de daarin gestelde feiten en omstandigheden alsnog geloofwaardig te achten.

2.2.2. De rechtbank heeft overwogen dat de minister aan de vreemdeling in redelijkheid het bepaalde in artikel 31, tweede lid, aanhef en onder f, van de Vw 2000 heeft kunnen tegenwerpen. De minister heeft hierbij betrokken dat de vreemdeling toerekenbaar geen reis- of identiteitsdocumenten dan wel documenten ter staving van zijn asielrelaas heeft overgelegd. De vreemdeling is tegen voormeld oordeel van de rechtbank niet in hoger beroep gekomen. Van het relaas dient derhalve positieve overtuigingskracht uit te gaan.

2.2.3. De minister heeft zich in het besluit van 23 september 2009, gelezen in samenhang met het daarin ingelaste voornemen tot het nemen daarvan, (hierna: het besluit) op het standpunt gesteld dat het asielrelaas van de vreemdeling positieve overtuigingskracht mist. De minister heeft aan de vreemdeling in dit verband tegengeworpen zijn verklaring dat hij pas op achttienjarige leeftijd een identiteitskaart heeft aangevraagd, terwijl uit het algemeen ambtsbericht van de minister van Buitenlandse Zaken inzake China van maart 2009 blijkt dat iedere Chinese burger die in China woonachtig is, verplicht is binnen drie maanden na zijn zestiende verjaardag een identiteitskaart aan te vragen. Volgens de minister valt niet in te zien dat de vreemdeling hiervan niet op de hoogte zou zijn. Voorts heeft de minister aan de vreemdeling tegengeworpen dat hij alleen Tibetaans spreekt en in het geheel geen Mandarijn, geen enkele Chinese benaming van plaatsen in de door hem gestelde herkomstomgeving heeft kunnen noemen, heeft verklaard dat het dorp [dorp] en de rivier ongeveer op dezelfde hoogte liggen, terwijl er een hoogteverschil is van meer dan 400 meter en heeft verklaard dat het van [A] naar [B] elf tot twaalf uur lopen is, terwijl de afstand tussen deze plaatsen minder dan tien kilometer bedraagt. Daarnaast acht de minister bevreemdend dat de vreemdeling niet de namen van met name twee bevolkingsgroepen - de Monpa en de Lhoba - heeft kunnen noemen, die volgens openbaar toegankelijke bronnen een van het Tibetaans afwijkend taalgebruik hebben en waartoe 82,6% van de bevolking van het door de vreemdeling gestelde herkomstgebied behoort. Deze bevolkingsgroepen hebben zich gevestigd langs de rivier in [dorp], zijnde tevens de onmiddellijke woonomgeving van de door de vreemdeling gestelde herkomstplaats. Gelet hierop acht de minister niet geloofwaardig dat de vreemdeling ooit in [dorp] in China heeft gewoond of geleefd, zodat geen geloof wordt gehecht aan de door de vreemdeling opgegeven identiteits- en herkomstgegevens. Hierbij heeft de minister voorts betrokken dat de vreemdeling een taal spreekt die ook in een aantal omringende landen van China wordt gesproken. Nu hetgeen de vreemdeling aan zijn asielrelaas ten grondslag heeft gelegd zich heeft afgespeeld in het door hem gestelde herkomstgebied, wordt evenmin geloof gehecht aan de problemen die de vreemdeling daar stelt te hebben ondervonden, aldus de minister.

2.2.4. Ter zitting bij de rechtbank heeft de minister te kennen gegeven dat hij het niet beheersen van het Mandarijn niet langer aan de vreemdeling tegenwerpt.

2.2.5. Blijkens de inhoud van het besluit heeft de minister zijn standpunt dat het asielrelaas van de vreemdeling positieve overtuigingskracht mist mede gebaseerd op de omstandigheid dat de vreemdeling geen enkele Chinese benaming kent van plaatsen in de door hem gestelde herkomstomgeving. Voor de overweging van de rechtbank dat de minister ter zitting heeft verklaard dat deze omstandigheid niet bij de beoordeling van de geloofwaardigheid van het asielrelaas is betrokken, biedt het proces verbaal van die zitting geen enkel aanknopingspunt, zodat het ervoor moet worden gehouden dat de minister in zoverre de motivering van zijn besluit ter zitting heeft gehandhaafd.
Daarnaast betoogt de minister terecht dat hij in het besluit toereikend heeft gemotiveerd waarom hij het gebrek aan kennis over de Monpa en de Lhoba in redelijkheid aan de vreemdeling heeft kunnen tegenwerpen. De enkele stelling van de vreemdeling dat de rivier zeer lang is en dat hij daar verschillende uren lopen vandaan woonde, leidt niet tot een ander oordeel, nu blijkens de door de minister geraadpleegde informatie de overgrote meerderheid van de bevolking van het door de vreemdeling gestelde herkomstgebied tot één van deze bevolkingsgroepen behoort.
Voorts heeft de rechtbank onbestreden overwogen dat de minister aan de vreemdeling in redelijkheid heeft kunnen tegenwerpen dat hij niet op de hoogte was van de verplichting voor Chinese burgers om binnen drie maanden na de zestiende verjaardag een identiteitskaart aan te vragen en dat hij onjuiste verklaringen heeft afgelegd over de ligging van de plaats [dorp] ten opzichte van de rivier.
Reeds gelet op het voorgaande heeft de minister zich in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat het asielrelaas van de vreemdeling positieve overtuigingskracht mist. In dit verband wordt opgemerkt dat, indien als gevolg van het toerekenbaar ontbreken van documenten van het relaas positieve overtuigingskracht moet uitgaan, reeds een enkele ongerijmde wending of tegenstrijdigheid op het niveau van de relevante bijzonderheden tot de slotsom kan leiden dat daarvan geen sprake is. De rechtbank heeft derhalve ten onrechte grond gevonden voor het oordeel dat het besluit in zoverre ontoereikend is gemotiveerd.
De grieven slagen.

2.3. Het hoger beroep is kennelijk gegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden vernietigd. Doende hetgeen de rechtbank zou behoren te doen, zal de Afdeling het besluit toetsen in het licht van de daartegen in eerste aanleg voorgedragen beroepsgronden, voor zover daarop, na hetgeen hiervoor is overwogen, nog moet worden beslist.

2.4. De vreemdeling betoogt dat de minister een taalanalyse had moeten laten verrichten, teneinde zijn herkomst vast te stellen.
Uit vaste jurisprudentie (zie onder meer de uitspraak van de Afdeling van 23 juni 2010 in zaak nr. 200910311/1/V1; www.raadvanstate.nl) vloeit voort dat indien bij de minster twijfel is gerezen over de door een vreemdeling gestelde herkomst en als gevolg daarvan over diens gestelde identiteit en nationaliteit, de minister, door een taalanalyse te laten verrichten, de desbetreffende vreemdeling tegemoet kan komen in de op hem ingevolge artikel 31, eerste lid, van de Vw 2000 rustende last om het door hem gestelde aannemelijk te maken. Aangezien de minister, gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, de verklaringen van de vreemdeling over zijn herkomst in redelijkheid ongeloofwaardig heeft kunnen achten en zijn standpunt hierover afdoende heeft gemotiveerd, bestaat geen grond voor het oordeel dat de minister niet in redelijkheid van het laten verrichten van een taalanalyse heeft kunnen afzien.
Het betoog faalt.

2.5. Het betoog van de vreemdeling dat hij bij terugkeer een reëel risico loopt op een behandeling in strijd met artikel 3 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden dan wel het Verdrag ter voorkoming van foltering en onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing faalt, reeds omdat de problemen die de vreemdeling vreest zijn gerelateerd aan Tibet en de minister zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de herkomst van de vreemdeling uit Tibet ongeloofwaardig is.

2.6. Aan de hiervoor niet besproken bij de rechtbank voorgedragen beroepsgronden komt de Afdeling niet toe. Over die gronden is door de rechtbank uitdrukkelijk en zonder voorbehoud een oordeel gegeven, waartegen in hoger beroep niet is opgekomen. Evenmin is sprake van een nauwe verwevenheid tussen het oordeel over die gronden, dan wel onderdelen van het bij de rechtbank bestreden besluit waarop ze betrekking hebben, en hetgeen in hoger beroep aan de orde is gesteld. Deze beroepsgronden vallen thans dientengevolge buiten het geding.

2.7. Het inleidend beroep is ongegrond.

2.8. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Bron: rechtspraak.nl



Law Blogs
Law blog

Medisch onderzoek bij de asielaanvraag (uitspraak Raad van State)

LJN: BQ0751, Raad van State , 201009274/1/V1

Datum uitspraak: 05-04-2011
Datum publicatie: 11-04-2011
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Volgens het Protocol dienen MediFirst-artsen te beschikken over ervaring met het adviseren over psychiatrische ziektebeelden en behoort tot de functie-eisen van bij MediFirst werkzame verpleegkundigen dat zij ervaring hebben met het omgaan met en herkennen van psychiatrische ziektebeelden. Ter zitting bij de Afdeling heeft de minister bevestigd dat de artsen en verpleegkundigen bij MediFirst aan deze functie-eisen voldoen. Nu in het Protocol voorts is vermeld dat het onderzoek bij MediFirst zich toespitst op de psychiatrie en de somatiek, heeft de voorzieningenrechter, ter beantwoording van de vraag of de minister zich in dit geval ten onrechte op de conclusies van het MediFirst-advies heeft gebaseerd, ten onrechte betekenis toegekend aan de omstandigheid dat de vreemdeling bij MediFirst, anders dan bij het MAPP, niet door een psychiater is onderzocht.
Wat betreft de inhoud van het MediFirst-advies en het MAPP-rapport betoogt de minister terecht dat in beide rapportages wordt onderkend dat zich bij de vreemdeling psychische problematiek voordoet die van invloed is op zijn verklaringen tijdens de gehoren in het kader van zijn asielaanvraag. Voorts wordt de conclusie van MediFirst, dat de vreemdeling met inachtneming van de in het MediFirst-advies omschreven beperkingen kan worden gehoord, door de psychiater van het MAPP niet weersproken. Gelet op het vorenstaande is de voorzieningenrechter ten onrechte tot het oordeel gekomen dat het MAPP-rapport afbreuk doet aan de uitkomst van het MediFirst advies.


Bron: rechtspraak.nl


Law Blogs
Law blog

ECHR issues fact sheets on the case law (jurisprudence). Jurisprudentieoverzichten van het EHRM



The Press Service has compiled Factsheets by theme on the Court’s case-law and pending cases:

Factsheets:

Bron:http://www.echr.coe.int/ECHR/EN/Header/Press/Information+sheets/Factsheets/



See also: http://lexspecialis.wordpress.com/2011/04/13/ecthr-case-law-factsheets-rule-of-law-security-issues/

Law Blogs
Law blog

Aanbevolen post

Wytzia Raspe over vluchtelingen, AZC’s, cruiseschepen en mensensmokkelaars

Mr. van de week is Wytzia Raspe. Zij is 25 jaar jurist vreemdelingenrecht in allerlei verschillende rollen. Sinds 2005 schrijft en blogt z...