Posts tonen met het label kamp. Alle posts tonen
Posts tonen met het label kamp. Alle posts tonen

03 juli 2013

Kamp ziet rol KvK in tegengaan mensenhandel

Gelezen in de Volkskrant. Minister Kamp wil dat medewerkers van de Kamer van Koophandel gaan opletten op signalen dat iemand die zich als zelfstandige komt inschrijven misschien wel een slachtoffer is van mensenhandel. Ik weet niet of ik dat Big Brother of "zorgen voor elkaar" is.

Het artikel staat hier: http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2824/Politiek/article/detail/3469612/2013/07/03/Kamp-ziet-rol-KvK-in-tegengaan-mensenhandel.dhtml



-------------------------- Law Blogs
Law blog
Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.



Bookmark and Share
In verband met geldwolven die denken geld te kunnen claimen op krantenartikelen die op een blog als deze worden geplaatst maar na meestal een dag voor de krantenlezers aan leeswaardigheid hebben ingeboet terwijl wij vreemdelingenrecht specialisten ze soms wel nog jaren gebruiken om er een kopie van te maken voor een zaak ga ik over tot het plaatsen van alleen het eerste stukje. Ja ik weet het: de kans dat u doorklikt is geringer dan wanneer het hele artikel hier staat en een kopie van het orgineel maken handig kan zijn voor uw zaak. Wilt u zelf wat overnemen van dit weblog. Dat mag. Zet er alleen even een link bij naar het desbetreffende artikel zodat mensen niet alleen dat wat u knipt en plakt kunnen lezen maar dat ook kunnen doen in de context.

01 juli 2012

Kabinet in hoger beroep in zaak 21-jarige Surinaamse illegaal

 
 
KelvinHet Nederlandse kabinet gaat in beroep tegen een uitspraak van de rechtbank in Den Haag die in een zaak bepaalde dat de illegale Surinaamse leerling Kelvin recht heeft op een stage.
De 21-jarige Kelvin, begon een rechtszaak omdat hij als illegaal stage wilde lopen. Hij had alle theoretische vakken van zijn mbo-opleiding commercieel medewerker bank & verzekeringswezen gehaald, maar kon die niet afsluiten omdat hij geen stage mocht lopen. Vorige maand deed de rechter een uitspraak in zijn voordeel.
Maar minister Henk Kamp (Sociale Zaken) vindt dat een illegaal die op het mbo zit geen stage mag lopen, omdat dat in zijn ogen arbeid is en geen onderwijs. En illegalen mogen in Nederland niet werken
Bron: http://www.waterkant.net/suriname/2012/06/25/kabinet-in-hoger-beroep-in-zaak-21-jarige-surinaamse-illegaal/#comments

Kabinet in hoger beroep in zaak 21-jarige illegaal

Het kabinet gaat in hoger beroep tegen een uitspraak van de Haagse rechter in een zaak van een 21-jarige MBO-student die illegaal in Nederland verblijft en stage wil lopen. Het kabinet vindt dat de rechter het recht op onderwijs, zoals verwoord in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), te breed uitlegt.
Hoever het recht op onderwijs precies gaat, is niet in dit verdrag vastgelegd. Gedurende het hoger beroep zal niet actief worden gehandhaafd en geen boetes worden opgelegd door de Inspectie SZW.
Dit schrijft minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mede namens minister Van Bijsterveldt van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap vandaag in een brief aan de Tweede Kamer.
Het kabinet wil illegaliteit bestrijden en vindt het onwenselijk als mensen zonder verblijfsvergunning toetreden tot de arbeidsmarkt. Landen mogen volgens het Europese verdrag voorwaarden stellen aan het recht op onderwijs. Het kabinet is van mening dat het tegengaan van illegaal verblijf een beperking van het recht op onderwijs rechtvaardigt. In deze zaak gaat het om een meerderjarige student die al een aantal jaren onderwijs heeft gevolgd.
In een eerder uitspraak op 27 mei 2011 gaf de rechter aan dat het recht op onderwijs door lidstaten beperkt mag worden. De rechter bepaalde destijds dat het recht niet betekent dat een vreemdeling studiefinanciering moet ontvangen.

bron: http://www.rijksoverheid.nl/nieuws/2012/06/25/kabinet-in-hoger-beroep-in-zaak-21-jarige-illegaal.html

Waarom loopt hij de stage als zoveel andere studenten dan niet in Suriname? Oh wacht dan moet hij daar blijven en  weg uit Nederland wil hij natuurlijk nooit.

Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.

16 april 2012

Brief Kamp over stages illegale scholieren

Herziening Wet arbeid vreemdelingen
Nr. 12 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 april 2012

Met deze brief reageer ik op uw verzoek van 5 april jl. om een brief te ontvangen naar aanleiding van de brief die ik op 4 april jl. naar de gemeente Amsterdam heb gestuurd over het volgen van stage door illegale kinderen. Een afschrift van de brief is bijgevoegd als bijlage 1.1

U vraagt mij specifiek om de boetes voor het inzetten van illegale kinderen voor stages op te schorten zolang de zaak nog onder de rechter is. U doelt waarschijnlijk op de civiele zaak die een 20-jarige man uit Suriname bij de rechtbank in Den Haag tegen de Staat heeft aangespannen omdat hij geen stage mag lopen in Nederland.

Ik zie geen enkele aanleiding om geen boetes op te leggen zolang er een rechtszaak loopt. Dit is niet gebruikelijk en bovendien niet wenselijk: het laten verrichten van arbeid zonder tewerkstellingsvergunning is in strijd met de Wet arbeid vreemdelingen en wordt op grond van diezelfde wet beboet. Het aanwenden van rechtsmiddelen tegen bestuurlijke boetes heeft op grond van de Algemene wet bestuursrecht ook geen schorsende werking.

De Inspectie SZW zal de reeds opgemaakte boeterapporten tegen de Gemeente Hollands Kroon en de betreffende onderwijsinstelling dan ook op de normale wijze afhandelen. Ook zal de Inspectie SZW op dit punt streng blijven handhaven.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H. G. J. Kamp

Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32144-12.html




Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.

06 april 2012

Top Grades, and No Papers


The New York State Youth Leadership Council gives undocumented youth a platform to raise their voices and humanize a debate that’s dominated by myths and stereotypes. Here, Berenice tells her story of struggling to excel as a young scholar. Seeking to move onto the next stage of her academic career, she’s realized that her credentials are flawless on paper–except for the papers she lacks.



My name is Berenice and I am an undocumented graduate of Columbia University. I got my bachelor’s degree in May 2010. To be honest up until the end of April I was not looking forward to graduation. Rather than being excited I was afraid. For four years Columbia had provided me with a safe and protective environment. However, after graduation all of that protection would be gone. To make matters even worse, even though I had made it this far I would not be able to accept a lab technician position that had been offered to me by my mentor. This was the perfect job for a recent college graduate. They offered a decent salary, health insurance, research experience, and the opportunity to work alongside world renowned scientists. Although I really wanted to accept that job, my legal status prevented me from doing so.

There were many times when I considered telling my mentor the real reason why I could not accept the offer, but I was afraid that he wouldn’t understand my situation and that he would be upset at me and force me to quit the internship. I ended up lying to him and everybody else at the lab. I had kept the truth about my immigration status a secret for eight years and I was afraid of sharing it with anybody else, including my closest friends. After a while lying becomes a lot easier than telling the truth. I feared that if my friends found out that I was undocumented they might get upset because I lied to them. Moreover, I didn’t want them to judge me or my parents for bringing me to the U.S. There were many times when I simply cried in my room. I had made it so far and yet I saw that my dreams were crumbling before my eyes. I even began to think that my degree was worthless. If I hadn’t found the NYSYLC at the moment when I did, I don’t know how I would’ve been able to make it through.

After meeting such admirable and strong human beings I realized that I too had to become stronger and that I had to face my reality and the truth that had I had chosen to hide for so long. I eventually gathered enough courage and amidst a pool of tears I told my friends about my situation. After listening to my story they simply hugged me and told me that this didn’t change anything. I was still the same person I was before. One of them even said that, if anything, she now saw me as her hero. Telling my friends the truth was one of the best decisions I have ever made as they became a great support system as the weeks went by and graduation got closer. They listened to me, comforted me, and gave me words of encouragement. Thanks to them I was able to enjoy my last days as an undergrad to the fullest. When graduation day arrived I tried to enjoy it as much as possible for them and for my parents, who were happy to see me become the first college graduate in my family.

A few weeks after graduation I decided to tell my mentor the truth. After hearing my story he told me that he had a lot of respect for hard working people like my parents and that I should be proud of them. In addition, he said that he would try to help me out as much as he could. He also confirmed what had been in my mind for the past few months; that in order for me to reach the next level of my professional career I had to consider going to a graduate school outside of the U.S. Obtaining a Master’s or a PhD in the sciences from a U.S. graduate school would be hard because funding for these programs comes from various sources that may or may not be from the government. In addition, for some fellowships students are required to work as teaching assistants, which means that I’d need to have work authorization. Furthermore, I would never be able to do field work research abroad or travel to scientific conferences. Finally, at the end of the day I would be at the same exact place where I am right now: unemployed.

My dream is to become a scientist who can contribute to the creation of successful conservation programs across the world. I want to be the first professional in my family and become a role model for my young cousins who are already looking up to me. I also dream of seeing the world one day. Many months after graduation, I came to the conclusion that my dream was bigger than the U.S. and that I should not let an immigration, political, social or economic system stop me from achieving it. That’s why I decided to apply to three prestigious and highly competitive European master’s programs. In each program only 1% to 3% of international students are accepted with a scholarship. A few days ago I found out that I was accepted to all three programs with a full-tuition scholarship.

My family is ecstatic. When I told my mom the news she started crying and saying how proud she and my dad were. My 10 year-old cousin, who is also undocumented, asked me what he had to do to be smart as me. He made me promise that if I ever go to the England I will visit Abbey Road, which is where his favorite band, the Beatles, recorded their 11th album. My brother told me of all of the soccer matches I’ll be able to see. With tears in his eyes my step-grandfather said to me that the world had now opened up to me. The moment I step out of the U.S. I will have to face a 10-year ban that will prevent me from re-entering the U.S. and from seeing my family. This is a sacrifice that sadly I will have to make in order to pursue my dreams. My family understands this and they know that I can’t let this opportunity go by.

I’ve been able to come this far thanks to the help of a lot of people who have helped me become stronger. Whether it was by offering me a place to stay after graduation so that I could live in NYC and finish my internship, by giving me words of encouragement and professional advice, by helping me edit my applications, or simply by supporting me and believing in me, these individuals have helped me get closer to achieving my dreams. Without them I would have been lost. This experience has made me realize that in spite of all of the hatred, discrimination, and dehumanization that we face there are good people out there who understand us and are willing to help us. We are not alone in our struggle.

Being undocumented has been full of difficulties, challenges, and sadness. However, it has helped me become the person that I am today: someone who will fight against the system that tries to prevent us from fulfilling our dreams. No matter what difficulties I have to face in the future I know I have a great support system backing me up. I will prove to everyone who has ever doubted what undocumented students are capable of achieving how wrong they are.

My name is Berenice and I am undocumented, unafraid, and unapologenic and I will never give up.

Read the original article and check out more stories of undocumented youth on the NYSLC website.

Bron: http://wordstrike.net/top-grades-and-no-papers




Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.

De uitspraak waar Asscher naar verwees bij PenW

Het komt er dus op neer dat er hier geen sprake was van werk omdat de onderneming er niet beter van werd: geen schaalvergroting omdat de stagiair werk uit handen nam en de instelling moest zelfs betaald worden omdat zij er energie in moesten steken. Terwijl er sprake is van werk als de handelingen geschieden in 'opdracht van of ten dienste aan'. Het ging hier om een soorrt snuffelstage en dat is wat anders als bijvoorbeeld een half jaar lang bij een advocatenkantoor stage lopen en daar hetzelfde werk doen als de secretaresse maak ik er uit op.


zaaknummer 201106847/1/V6
datum van uitspraak woensdag 4 april 2012
tegen de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
proceduresoort Hoger beroep
rechtsgebied Vreemdelingenkamer - Wet arbeid vreemdelingen

201106847/1/V6.
Datum uitspraak: 4 april 2012

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

de Stichting Katholieke Universiteit Nijmegen, gevestigd te Nijmegen,
appellante,

tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 12 mei 2011 in zaak nr. 08/5918 in het geding tussen:

de universiteit

en

de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

1. Procesverloop

Bij besluit van 10 april 2008 heeft de minister de universiteit een boete opgelegd van € 9.500 wegens overtreding van artikel 2, eerste lid, en 15, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingen (hierna: de Wav).

Bij besluit van 24 november 2008 heeft de minister het door de universiteit daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Dit besluit is aangehecht.

Bij uitspraak van 12 mei 2011, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank het door de universiteit daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd voor zover het de hoogte van de boete betreft, het besluit van 10 april 2008 herroepen voor zover het de hoogte van de boete betreft, de boete vastgesteld op € 8.075,00 en bepaald dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft de universiteit bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 21 juni 2011, hoger beroep ingesteld. De gronden van het hoger beroep zijn aangevuld bij brief van 19 juli 2011. Deze brieven zijn aangehecht.

De minister heeft een verweerschrift ingediend.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 22 december 2011, waar de universiteit, vertegenwoordigd door mr. D. den Heeten, advocaat te Nijmegen, en mr. L.M. Strijbos, werkzaam bij de universiteit, en de minister, vertegenwoordigd door mr. M. Hokke, werkzaam bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, zijn verschenen.

2. Overwegingen

2.1. Op dit geding is de Wav van toepassing zoals die wet luidde tot de inwerkingtreding van de wet van 25 juni 2009 (Stb. 2009, 265) op 1 juli 2009.

Ingevolge artikel 1, eerste lid, aanhef en onderdeel b, onder 1˚, van de Wav, wordt onder werkgever verstaan degene die in de uitoefening van een ambt, beroep of bedrijf een ander arbeid laat verrichten.

Ingevolge artikel 2, eerste lid, van de Wav is het een werkgever verboden een vreemdeling in Nederland arbeid te laten verrichten zonder tewerkstellingsvergunning.

Ingevolge artikel 15, eerste lid, draagt de werkgever die door een vreemdeling arbeid laat verrichten bij een andere werkgever er bij de aanvang van de arbeid door de vreemdeling onverwijld zorg voor dat de werkgever bij wie de arbeid feitelijk wordt verricht een afschrift van het document, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder 1˚ tot en met 3˚, van de Wet op de identificatieplicht, van de vreemdeling ontvangt.

2.2. Het door een inspecteur van de Arbeidsinspectie op ambtseed opgemaakte boeterapport van 4 september 2007 houdt in dat een vreemdeling van Iraanse nationaliteit, in het kader van de door haar gevolgde opleiding Tandheelkunde aan de universiteit, van 14 augustus 2006 tot 3 september 2006 als co-assistent werkzaam is geweest bij het Amphia Ziekenhuis te Breda (hierna: het ziekenhuis), zonder dat daarvoor een tewerkstellingsvergunning was verleend. Tevens houdt het boeterapport in dat de universiteit het ziekenhuis geen afschrift van het identiteitsdocument van de vreemdeling heeft doen toekomen.

2.3. De universiteit betoogt onder meer dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat de vreemdeling arbeid in de zin van de Wav heeft verricht. Hiertoe voert zij aan dat, samengevat weergegeven, het co-assistentschap deel uitmaakt van het onderwijs van de door de vreemdeling gevolgde opleiding en de daarbinnen verrichte activiteiten niet als productieve arbeid zijn aan te merken. Voorts wijst de universiteit erop dat zij een vergoeding betaalt aan de ziekenhuizen voor de plaatsing van co-assistenten en de co-assistenten zelf geen stagevergoeding ontvangen.

2.3.1. Blijkens de totstandkomingsgeschiedenis van de artikelen 1 en 2 van de Wav (Kamerstukken II 1993/94, 23 574, nr. 3, blz. 13) is diegene die een vreemdeling feitelijk arbeid laat verrichten vergunningplichtig werkgever en is deze werkgever te allen tijde verantwoordelijk voor en aanspreekbaar op het al dan niet aanwezig zijn van de benodigde tewerkstellingsvergunning. Of sprake is van een arbeidsovereenkomst of gezagsverhouding is daarbij niet relevant. Het feit dat in opdracht of ten dienste van een werkgever arbeid wordt verricht is voor het feitelijk werkgeverschap reeds voldoende (Kamerstukken II, 1993/94, 23 574, nr. 5, blz. 2).

2.3.2. Het externe co-assistentschap mond-, kaak- en aangezichtschirurgie in een perifeer ziekenhuis vormt een examenonderdeel van de door de vreemdeling gevolgde masteropleiding Tandheelkunde aan de universiteit. In de door de universiteit overgelegde Handleiding interne en externe stages 2006-2007 is op pagina 32 over dit externe co-assistentschap onder meer vermeld dat gedurende drie weken onderwijs wordt gegeven in de vorm van werkbesprekingen, powerpoint demonstraties en niet-klinische en klinische practica met een totale studiebelasting van 120 uren. In de door de universiteit overgelegde affiliatieovereenkomst tussen het Universitair Medisch Centrum St. radboud te Nijmegen (hierna: het UMC) en het ziekenhuis is in de artikelen 3.1 en 6.1 vermeld dat het ziekenhuis één plaats voor een stage kaakchirurgie ter beschikking stelt en dat het UMC, indien gewenst, een vergoeding ter beschikking stelt aan het ziekenhuis voor de opleiding van de stagiaires op deze plaats.

In een brief van het ziekenhuis van 7 december 2006 is vermeld dat de activiteiten van de vreemdeling binnen het co-assistentschap bestonden uit het kennismaken met de kaakchirurgie in een groot algemeen ziekenhuis, het assisteren bij het uitvoeren van behandelingen, het onder strikte begeleiding van de kaakchirurg verrichten van 'kleine' activiteiten zoals het toedienen van verdovingen en het onder strikte begeleiding van de kaakchirurg informeren van de patiënten over de beoogde behandeling. Ter zitting bij de Afdeling heeft de universiteit toegelicht dat voor zover de co-assistenten daadwerkelijk handelingen verrichten, dit altijd gebeurt onder direct toezicht en verantwoordelijkheid van de behandelend arts, nu de co-assistenten zelf hiertoe niet bevoegd zijn. Dit betreft handelingen die normaal gesproken door de artsen zelf worden gedaan en niet door verpleegkundigen, aldus de universiteit. De minister heeft deze weergave van de feitelijke gang van zaken niet weersproken.

2.3.3. Uit hetgeen hiervoor onder 2.3.2 is vermeld, volgt dat het door de vreemdeling gevolgde co-assistentschap, dat slechts drie weken beslaat en bedoeld is als eerste kennismaking met de werkzaamheden van een kaakchirurg, volledig is gericht op onderwijs binnen de masteropleiding Tandheelkunde. In aanmerking genomen de door de vreemdeling verrichte handelingen, beschreven in voormelde brief van 7 december 2006 en in de toelichting ter zitting van de universiteit, is voorts aannemelijk dat deze handelingen niet strekken ter vervanging van door een arts of verpleegkundige te verrichten werkzaamheden en aldus niet leiden tot een grotere productiecapaciteit van het ziekenhuis. Tevens wordt van belang geacht dat aan de co-assistenten geen stagevergoeding wordt betaald, maar het ziekenhuis een vergoeding ontvangt van het UMC voor de bijdrage aan hun opleiding. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat sprake is van arbeid in de zin van de Wav.

Het betoog slaagt.

2.4. Het hoger beroep is gegrond. Hetgeen overigens is aangevoerd, behoeft geen bespreking. De aangevallen uitspraak dient te worden vernietigd, voor zover de rechtbank heeft nagelaten het besluit van 24 november 2008 in het geheel te vernietigen, het besluit van 10 april 2008 in het geheel te herroepen, alsmede voor zover de rechtbank de boete opnieuw heeft vastgesteld en heeft bepaald dat haar uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit. In het belang van een effectieve rechtsbescherming en uit een oogpunt van finale geschillenbeslechting zal, het vorenoverwogene in aanmerking genomen, met toepassing van artikel 8:72, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht op na te melden wijze in de zaak worden voorzien.

2.5. De minister dient op na te melden wijze tot vergoeding van de proceskosten te worden veroordeeld.

3. Beslissing

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

Recht doende in naam der Koningin:

I. verklaart het hoger beroep gegrond;

II. vernietigt de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 12 mei 2011 in zaak nr. 08/5918, voor zover de rechtbank heeft nagelaten het besluit van 24 november 2008 in het geheel te vernietigen en het besluit van 10 april 2008 in zijn geheel te herroepen, alsmede voor zover de rechtbank de boete opnieuw heeft vastgesteld en heeft bepaald dat haar uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit;

III. vernietigt het besluit van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 24 november 2008, kenmerk AI/JZ/2008/14470/BOB;

IV. herroept het besluit van 10 april 2008, kenmerk 070703488/03;

V. bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde besluit;

VI. veroordeelt de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tot vergoeding van bij de Stichting Katholieke Universiteit Nijmegen in verband met de behandeling van het hoger beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 910,71 (zegge: negenhonderdtien euro en eenenzeventig cent), waarvan € 874,00 is toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;

VII. gelast dat de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Stichting Katholieke Universiteit Nijmegen het door haar betaalde griffierecht ten bedrage van € 454,00 (zegge: vierhonderdvierenvijftig euro) voor de behandeling van het hoger beroep vergoedt.

Aldus vastgesteld door mr. H.G. Lubberdink, voorzitter, en mr. H.G. Sevenster en mr. E. Steendijk, leden, in tegenwoordigheid van mr. A.M. den Dulk, ambtenaar van staat.

w.g. Lubberdink w.g. Den Dulk
voorzitter ambtenaar van staat

Uitgesproken in het openbaar op 4 april 2012

565.

Bron: http://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken_in_uitspraken/zoekresultaat/?zoeken_veld=radboud&verdict_id=o%2Bg%2B6xJKoWY%3D




Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.

08 januari 2012

Uitzettingskosten illegalen op conto werkgevers



Door: Lianne Bouman | redactie HRpraktijk | 05 januari 2012
Uitzettingskosten illegalen op conto werkgevers
Minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heft het vingertje naar werkgevers, die illegale werknemers van buiten de EU in dienst hebben. Hij waarschuwt dat zij er in de toekomst rekening mee moeten houden dat de uitzettingskosten van de illegale werknemer op hun conto kunnen komen en dat ook een forse boete kan worden opgelegd.
Kamp wijst er ook op dat werkgevers voortaan twee dagen van tevoren moeten melden als zij een werknemer van buiten de EU aannemen zonder tewerkstellingsvergunning, die tijdelijk diensten verricht in Nederland (notificatieverplichting). Er geldt voor beide maatregelen wel een uitzondering, namelijk voor werkgevers, die niet kunnen weten dat hun werknemer illegaal in Nederland verblijft.

WAV

De bewindsman moet de Wet arbeid vreemdelingen (WAV) op een aantal punten aanpassen om te kunnen voldoen aan de Europese richtlijn nr. 2009/52/EG, waarin sancties en maatregelen staan voor werkgevers, die niet-EU-onderdanen illegaal voor zich laten werken.

Notificatieverplichting

De notificatieverplichting houdt in dat werkgevers uiterlijk twee dagen van tevoren aan UWV WERKbedrijf moeten melden dat zij een werknemer aannemen die tijdelijk diensten verricht en die niet uit de EU komt. Deze notificatieverplichting geldt niet voor kennismigranten en werknemers voor wie al een tewerkstellingsvergunning is aangevraagd.

Volgens de minister zorgt een en ander niet voor meer administratieve lasten, omdat de extra melding via de bestaande procedures kan verlopen.

Bron: http://www.hrpraktijk.nl/nieuws/nieuws/uitzettingskosten-illegalen-op-conto-werkgevers.743797.lynkx


Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.

16 november 2011

Kamp wil beleid ten aanzien van Bulgaren en Roemenen in 2012 handhaven

Minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil de regels voor Bulgaren en Roemenen die in Nederland willen werken nog niet versoepelen. Het kabinet bespreekt daarover op 18 november een voorstel. Nederland is één van de landen in de Europese Unie die de toegang van Roemenen en Bulgaren nog beperken, door bedrijven die hen in dienst willen nemen te verplichten om een tewerkstellingsvergunning aan te vragen. Zo'n vergunning wordt pas verleend wanneer er geen enkele Nederlander of inwoner uit andere EU-lidstaten beschikbaar is voor het werk. Voor 31 december moet worden besloten of dit beleid nog 1 jaar wordt voortgezet. In 2013 moeten de beperkingen voor Roemenië en Bulgarije, die in 2007 werden toegelaten tot de EU, definitief worden opgeheven.

Kamp respecteert met het voorstel de afspraken die de regeringspartijen VVD en CDA en gedoogpartij PVV vorig jaar maakten over het beleid ten aanzien van Bulgaarse en Roemeens arbeidskrachten. Een rapport van de Europese Commissie waarin positief werd geoordeeld over de bijdrage in allerlei landen van Roemenen en Bulgaren lijkt geen rol te spelen. Volgens de Europese Commissie vullen arbeiders uit Bulgarije en Roemenië veel vacatures op in sectoren waar een tekort aan werknemers bestaat. De komst van de Roemenen en Bulgaren zou ook niet tot meer werkloosheid leiden in de landen waar zij naar toe trekken.


Bron: http://www.agriholland.nl/nieuws/artikel.html?id=132400


Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.



Ik ken iemand die er over denkt om met zijn recruitment bureau hier in Nederland aan de slag te gaan  werknemers die in Engeland wonen. En dat mag zonder werkvergunning. Dus bent u die tuinder of boer die zo dringend op zoek is naar personeel kijkt u eens hier:http://www.doncaster-recruitment.com/ (om naar Engeland te bellen dient u 00 44 voor het nummer te draaien en eerste 0 weg te laten van het nummer. Vraag naar Gary) U moet dan echter wel onderdak kunnen verstrekken of daarbij kunnen helpen want deze mensen kunnen natuurlijk niet iedere dag op en neer met de boot. Trouwens ze leveren daar niet alleen tuinbouwmedewerkers als uitzendkracht maar kunnen ook als headhunter voor technici of ander personeel voor u aan de slag.

15 juli 2011

We hebben baat bij Oost-Europese migranten

Een gastbijdrage van Bram Frouws, senior onderzoeker Integratie & Diversiteit en Werk & Inkomen bij Research voor Beleid. Het stuk is ook te lezen op Sociale Vraagstukken.

Het terugdringen van de arbeidsmigratie uit Oost-Europa is onverstandig. Het gaat voorbij aan de voordelen die we hebben van arbeidsmigranten. De uitzendbranche verwacht deze zomer al personeelstekorten. Wanneer daar niet in voorzien wordt, zullen al snel weer malafide uitzendbureaus opduiken. De Arbeidsinspectie gaat deze zomer controleren of tuinders zonder vergunning Roemenen of Bulgaren in dienst hebben. Ondernemers moeten eerst kijken of er geen werknemers dichter bij huis beschikbaar zijn. Werkgevers die dat niet hebben gedaan riskeren forse boetes. Het is onderdeel van een pakket maatregelen waarmee minister Kamp de immigratie uit Midden- en Oosteuropese landen (MOE-landen) wil indammen.
Migranten vaak slachtoffer malafide praktijken
Arbeidsmigratie betekent problemen, zo is vaak de associatie. En die problemen zijn er ook inderdaad. Denk aan malafide praktijken door uitzendbureaus, zoals onderbetaling, illegale tewerkstelling en,  omdat het uitzendbureau ook vaak de huisvester is, boetes voor ‘misdragingen’ als een rommelige keuken of het raam open laten staan. In 2008 waren in Nederlandnaar schatting 5000 tot 6000 malafide bemiddelaars actief, variërend van grotere uitzendbureaus tot niet meer dan een busje en een 06-nummer.
Het goede nieuws is dat het uitbannen van deze misstanden hoog op de politieke agenda staat. Als onderzoekersconstateerden we eerder tekortkomingen in de aanpak, zoals onduidelijke regelgeving en onvoldoende krachtige handhaving. Minister Kamp reageert daar nu op met maatregelen die ten goede komen aan een effectieve bestrijding van malafide praktijken: gegevensuitwisseling tussen instellingen die de naleving van CAO’s en de regels voor uitzendkrachten moeten controleren; registratie van uitzendondernemingen; het maken van duidelijke afspraken met gemeenten, corporaties en de uitzendsector over kosten en kwaliteit van huisvesting; intensivering van de interventieteams die moeten inspecteren en handhaven; en een grotere aansprakelijkheid voor bedrijven (inleners) die gebruik maken van niet-geregistreerde uitzendondernemingen.
Effect van maatregelen twijfelachtig
Voor een deel van de maatregelen blijft het wel de vraag hoe effectief dit allemaal zal zijn. Immers, werkgevers houden sterke motieven om de mazen van de wet op te zoeken. Naast het evidente financiële motief blijft er nu eenmaal een beperkte beschikbaarheid van arbeidskrachten. Het is dan ook de vraag of het besluit van minister Kamp om werkgevers strenger te controleren op het in dienst hebben van Roemenen of Bulgaren niet averechts uitpakt. Als ondernemers er onvoldoende in slagen om werknemers te vinden voor werk dat tot voor kort werd uitgevoerd door arbeidsmigranten, dan zoekt een deel van hen mogelijk toch zijn toevlucht tot malafide uitzendbureaus. Die kunnen immers wél op korte termijn het gevraagde aantal (buitenlandse) werknemers garanderen. Volgens recent onderzoek van de uitzendkoepel ABU kunnen we deze al zomer een toename verwachten van arbeidsmigranten uit Roemenië en Bulgarije. Dit hangt samen met de openstelling van de Duitse en Oostenrijkse grenzen per 1 mei, waardoor minder Poolse arbeidsmigranten naar Nederland komen.
Ook bij het streven om Oosteuropese migranten te laten terugkeren naar hun eigen land zijn vraagtekens te plaatsen. Bedoeling is dat met dit beleid wordt voorkomen dat werkloze arbeidsmigranten in een bijstandsuitkering terecht komen. De uitvoerbaarheid daarvan is echter twijfelachtig. Veel arbeidsmigranten melden zich namelijk niet bij de IND en gemeente, waardoor toetsing van de verblijfsvoorwaarden niet mogelijk is. Maatregelen om registratie te verbeteren spelen hier weliswaar op in, maar lossen dit probleem voorlopig niet op. Vervolgens is het de vraag of arbeidsmigranten het land daadwerkelijk verlaten, hoe men hier zicht op houdt en of de Dienst Terugkeer & Vertrek daadwerkelijk gedwongen gaat uitzetten. Bovendien, arbeidsmigranten uit EU-lidstaten mogen in tegenstelling tot asielzoekers van buiten Europa, meteen weer terugkomen, waarop opnieuw een periode van drie maanden vrij verblijven en werken ingaat.
Is de focus op terugkeer bovendien wel wenselijk, gezien de negatieve invloed op de reputatie van Nederland als aantrekkelijk vestigingsland? Helemaal wanneer we dit afzetten tegen de omvang van het feitelijke probleem? Laten we niet vergeten dat van de 200.000 in Nederland verblijvende Midden- en Oost-Europeanen er slechts een kleine 700 een uitkering ontvangen. Omgerekend is dat een veel lager percentage dan geldt voor de autochtone bevolking.
Vanaf 2013 tekorten op de arbeidsmarkt
Fundamenteler nog is dat het beleid om de Oosteuropese arbeidsmigratie terug te dringen ten onrechte voorbij gaat aan de ontwikkeling van de arbeidsmarkt op de lange termijn. Er gaan vanaf ongeveer 2013 onmiskenbaar tekorten aan werknemers komen, aan de onderkant van de arbeidsmarkt, in de zorg, de techniek en in perifere regio’s zoals Limburg. De ABU voorziet reeds dit jaar tekorten. Uit onderzoek onder diverse uitzendbureaus blijkt dat 43 procent van de respondenten tekorten verwacht. Met name de tuinbouw, vleesverwerkende industrie, metaalindustrie en transport verwachten een personeelstekort. Een hogere arbeidsparticipatie van bijvoorbeeld vrouwen en ouderen is onvoldoende om dit op te vangen. Arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa kunnen hierin wel voorzien. In delen van Limburg beseft men dit al. Wat zich daar op lokaal niveau manifesteert, is straks de nationale en Europese realiteit.
Nederland speelt helaas nog onvoldoende in op toekomstige concurrentie om schaarse arbeidskrachten. Migratie wordt hier beschouwd als een kostenpost in plaats van als een opbrengst. Dat is onverstandig. We hebben in het verleden veel baat gehad bij arbeidsmigranten; in de toekomst zouden we dat nog meer kunnen hebben. Het is beter het debat over migratie te voeren op economische grondslag en dit los te koppelen van het debat over integratieproblematiek waarin vaak een negatieve toon overheerst.
Investeer daarom in (werkloze) arbeidsmigranten die in Nederland blijven. Door scholing gericht op werkzaamheden in sectoren met toekomstige tekorten, zoals de techniek of de zorg. In Duitsland gebeurt dat. En in Nederland pleit ook de werkgeversorganisatie voor uitzendbureaus voor een beter vestigingsklimaat. Natuurlijk, sectoren moeten dit zelf oppakken, maar de overheid kan dit wel stimuleren en faciliteren. Kiezen voor arbeidsmigratie als deel van de oplossing voor toekomstige arbeidstekorten betekent dat Nederland zich moet profileren als een aantrekkelijk vestigingsland. Met maatregelen die de terugkeer moeten bevorderen geven we het verkeerde signaal af.
Bram Frouws is senior onderzoeker Integratie & Diversiteit en Werk & Inkomen bij Research voor Beleid. Research voor Beleid voerde de afgelopen jaren meerdere onderzoeken uit naar onder andere malafide uitzendbureaus, illegale tewerkstelling en wijken met veel inwoners uit Midden- en Oost-Europa. Dit artikel is geschreven op persoonlijke titel.

Bron: http://sargasso.nl/archief/2011/07/15/we-hebben-baat-bij-oost-europese-migranten/


Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.

13 juli 2011

Brief Kamp over tewerkstellingsvergunningen voor Turken


30 573Migratiebeleid

Nr. 72BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 juni 2011
Bij brief d.d. 29 maart 2011, kenmerk 2011Z05909/2011D16169, gericht aan de Ministers van Immigratie en Asiel en van Buitenlandse Zaken, heeft de Algemene Commissie voor Immigratie en Asiel verzocht te reageren op een brief d.d. 17 maart 2011 van Advocatenkantoor Alaca. Omdat de brief een kwestie betreft op mijn beleidsterrein, hebben voornoemde ministers deze ter beantwoording aan mij overgedragen.
Het Advocatenkantoor Alaca stelt in zijn brief dat de inhoud van de brief d.d. 28 januari 2011 van de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Immigratie en Asiel, die mede namens mijzelf aan uw Kamer is gezonden (Kamerstuk30 573, nr. 63), is achterhaald door de uitspraak van de Raad van State van 2 februari 2011 (zaaknummer 201002877/1/V6)1. Het Advocatenkantoor concludeert uit deze uitspraak dat de in de Wet arbeid vreemdelingen (WAV) neergelegde tewerkstellingsvergunningplicht in strijd is met artikel 41 van het Aanvullend Protocol bij de Associatieovereenkomst EEG/Turkije, en dat de WAV daarom dient te worden gewijzigd.
De uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State betrof de oplegging van een boete aan een in Nederland gevestigde opdrachtgever die een dienst laat verrichten door Turkse werknemers die in dienst zijn van een in Turkije gevestigde onderneming, en voor wie geen tewerkstellingsvergunning is afgegeven. De uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State houdt in dat boeteoplegging in deze specifieke situatie in strijd is met de standstillbepaling van het Aanvullend Protocol, op grond waarvan het desbetreffende boetebesluit werd vernietigd. Aan de uitspraak dient uiteraard gevolg te worden gegeven, hetgeen inhoudt dat aan betrokkenen die in deze zaak in het gelijk zijn gesteld, geen boete zal worden opgelegd. De in de uitspraak voorkomende overwegingen in relatie tot de Associatie-overeenkomst met Turkije deel ik evenwel niet, en de uitspraak geeft mij derhalve geen aanleiding de WAV aan te passen, en evenmin om het standpunt zoals verwoord in de brief d.d. 28 januari 2011 met betrekking tot de WAV in relatie tot de gevolgen van het Soysal-arrest, te herzien. Mijns inziens wijkt de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, door bij de toetsing aan de Associatieregeling het aspect «handhaving» te betrekken, af van de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU, waarbij er bovendien ten onrechte van is uitgegaan dat het toezicht op de wetgeving inzake de tewerkstelling van vreemdelingen voor 1973 niet adequaat is.Uiteindelijk is de vraag, of en in hoeverre de tewerkstellingsvergunningplicht voor Turkse werknemers in voormelde situatie, in overeenstemming is met voornoemde standstillbepaling, een vraag die door het Hof van Justitie van de EU zal moeten worden beantwoord. Mocht zo’n kwestie in de toekomst nog eens bij de Raad van State dan wel een lagere rechter aan de orde komen, dan zal ik bevorderen dat deze door de desbetreffende rechter in de vorm van prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de EU zal worden voorgelegd.
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
H. G. J. Kamp

Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-30573-72.html

Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.

05 juli 2011

Roemenenstop symboolpolitiek


Roemenen hebben zich in de loop der jaren onmisbaar gemaakt bij tuinders in - met name - West-Brabant. Sinds gisteren hebben ze een tewerkstellingsvergunning nodig. En die krijgen ze niet. foto Ron Magielse/het fotoburo
Roemenen hebben zich in de loop der jaren onmisbaar gemaakt bij tuinders in - met name - West-Brabant. Sinds gisteren hebben ze een tewerkstellingsvergunning nodig. En die krijgen ze niet. foto Ron Magielse/het fotoburo
Dat had minister Kamp van Sociale Zaken voor ogen toen hij besloot om de grenzen te sluiten voor arbeidsmigranten uit Roemenië en Bulgarije. Voor mensen uit deze nieuwe EU-landen hebben werkgevers een tewerkstellingsvergunning nodig. En die worden sinds januari maar mondjesmaat - en sinds gisteren helemaal niet meer verstrekt. 

Of daardoor meer werklozen een baan hebben gevonden, heeft de minister nog niet aan kunnen tonen. Het valt ook te betwijfelen. De tuinders in West-Brabant hebben ze in elk geval nog niet gezien.

Zij staan momenteel op hun achterste benen, omdat zij hun vaste personeel kwijtraken.

Aanvankelijk toevallig en daarna via een vriend, neef of dorpsgenoot, zijn bijna alle Roemenen die in Nederland werken (vorig jaar zo'n tweeduizend) bij tuinders in deze regio beland. Daar hebben ze zich onmisbaar gemaakt. Ze werken hard, zijn flexibel en hebben in de loop der jaren veel ervaring en kennis opgedaan van de planten, machines en bedrijven. Niet zelden zijn ze opgeklommen tot het middenkader en sturen ze uitvoerend personeel aan.

De tuinbouw is een van de eerste sectoren waar de krapte op de arbeidsmarkt zich openbaart. In 2020 wordt in Nederland een tekort van 250.000 arbeidskrachten verwacht. Nederlanders die bereid zijn om op akkers en in kassen te werken, zijn amper te vinden. Dat bevestigen de uitzendbureaus, die op verzoek van minister Kamp een serieuze zoektocht hebben ondernomen. Want het werk in de

agrarische sector is niet alleen fysiek zwaar (en je krijgt er vieze handen van), het gaat ook om seizoenswerk. In de piekmaanden hebben tuinders tientallen handjes nodig, in het laagseizoen kunnen ze het vrijwel alleen af. Dat is geen probleem voor Oost-Europeanen die hier een paar maanden geld willen verdienen, maar voor de doorsnee Nederlander is het geen aantrekkelijk perspectief.

Een aardbeienteler die aan de rand van een stad of dorp zit, lukt het meestal nog wel om genoeg scholieren en huisvrouwen te vinden. Maar afgelegen tuinderijen krijgen hun oogst niet meer van het land met enkel Nederlandse handen. De boomkwekerijen rond Zundert hebben nog een ander probleem. Zij kweken zoveel verschillende soorten planten, dat het jaren kost om medewerkers op te leiden tot zelfstandige krachten.

En die tijd hadden zij niet, toen Kamp vorig jaar aankondigde dat het aantal tewerkstellingsvergunningen zou worden afgebouwd. Dat het quotum meteen gehalveerd zou worden, hadden de tuinders bovendien niet voorzien. En welke organisatie, in welke sector dan ook, zou niet in de problemen komen als die plots de helft van zijn personeel moest vervangen?

Dat tuinders het niet zien zitten om hun vaste ploeg Roemenen in te ruilen voor onbekende Poolse of Letse uitzendkrachten, is natuurlijk ook een geldkwestie. Aan uitzendbureaus zijn ze crica 20 procent meer kwijt dan wanneer ze hun personeel zelf regelen. Voor eenderde van de telers, die onder de landbouwregeling vallen, is de BTW op uitzendwerk bovendien niet aftrekbaar. Dat maakt uitzendkrachten nog eens 19 procent duurder; een groot verschil in een sector waar de marges al jaren onder druk staan.

De tuinders wordt regelmatig verweten dat ze alleen maar met Roemenen willen werken omdat die zich nog laten uitbuiten.

Natuurlijk, er zijn ondernemers - evenals uitzendbureaus - die arbeidsmigranten onderbetalen en torenhoge verblijfkosten rekenen. Maar het merendeel van de agrariërs houdt zich gewoon aan de cao en heeft het beste met zijn werknemers voor.

In de jaren dat de Roemenen bij West-Brabantse tuinders over de vloer komen, zijn vaak warme contacten gegroeid. Er zijn genoeg tuinders bij die in Roemenië worden uitgenodigd op bruiloften van hun personeel, of er op vakantie gaan. Uiterlijk in 2014, maar misschien zelfs al volgend jaar, gaan de Nederlandse grenzen voor Roemeense werknemers open. Zolang de minister niet aan kan tonen dat hij met zijn beleid meer Nederlandse werklozen aan het werk helpt, mag hij zich wel eens afvragen wat het verschil is tussen een Let en een Roemeen. Beiden knappen een paar maanden per jaar ons vuile werk op en gebruiken dat geld om thuis een huis te bouwen of hun familie te onderhouden. En ja, misschien blijven de Roemenen wel, maar dat geldt net zo goed voor Polen of Hongaren.

Moeten de tuinders voor die paar jaar tot de grenzen helemaal opengaan, echt hun ervaren, vertrouwde personeel inwisselen voor een Pool die ter plekke wordt ingevlogen of een nieuwe Roemeen die toevallig aanspraak maakt op een Hongaars paspoort?

Het probleem is niet alleen tijdelijk, maar ook beperkt in omvang. Het speelt vooral in West-Brabant. Daar gaat het om tweeduizend van de driehonderdduizend banen. Het percentage Roemenen en Bulgaren op de landelijke beroepsbevolking is haast verwaarloosbaar.

Tenzij blijkt dat hij de kaartenbakken van het UWV echt weet te legen, lijkt het Roemenenverbod vooral symboolpolitiek van Kamp. Bedoeld om de xenofobe gedoogpartner van het kabinet koest te houden.
Annemieke van Dongen

Bron: http://www.bndestem.nl/algemeen/economie/9040678/Roemenenstop-symboolpolitiek.ece


Law Blogs
Law blog

02 mei 2011

ZLTO 'baalt' van uitspraak rechter

De ZLTO is teleurgesteld dat de rechter geen uitspraak heeft gedaan in het kort geding dat de organisatie aanspande tegen de Staat der Nederlanden over de tewerkstellingsvergunningen.

ZLTO 'baalt' van uitspraak rechter

De rechter heeft inhoudelijk niets over de zaak gezegd omdat de ZLTO zelf geen eigen belang bij de zaak heeft. Juridisch wordt dat 'niet ontvankelijk' genoemd.

“We balen van deze uitspraak”, zegt Hans Huijbers voorzitter van ZLTO. “De onzekerheid voor de tuinders duurt nu voort.”

Juridisch ondersteunen
ZLTO gaat nu kwekers die beroep aantekenen tegen een afwijzing van een vergunningaanvraag juridisch ondersteunen. Het gaat dan dus om individuele gevallen.


Eens even op zoek naar de uitspraak want een belangenorganisatie kan toch in het bestuursrecht wel belanghebbende zijn. Vreemd.



Law Blogs
Law blog

30 april 2011

Woensdag 4 mei uitspraak in kort geding tewerkstellingsvergunningen

Op 4 mei doet de rechter uitspraak in het kort geding dat ZLTO aanspande tegen minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Tot die tijd blijven ondernemers in onzekerheid over de vraag of ze nog tewerkstellingsvergunningen krijgen voor Roemenen en Bulgaren.

Op 28 april diende het kort geding bij de voorzieningenrechter in het Haagse Paleis van Justitie. De advocaat van ZLTO legde er nog eens uit het de plotselinge beleidsomslag van minister Kamp met name boomtelers en aardbeientelers in grote problemen brengt. Hij betoogde dat de bewindsman hiermee een onrechtmatige daad pleegt. Volgens de advocaat is de handelwijze van Kamp in strijd met het beginsel van behoorlijk bestuur. Bovendien worden afspraken met LTO 'met voeten getreden.' In het pleidooi werd verder aangevoerd dat het nieuwe beleid in strijd is met Europese regels. Bij de toetreding van Roemenie en Bulgarije tot de EU is afgesproken dat het geldende beleid voor tewerkstellingsvergunningen niet mag worden aangescherpt.

De advocaat van het kabinet ziet dat anders. Volgens haar is er geen sprake van een aanscherping, maar zijn er nu voldoende arbeidskrachten uit Nederland en andere EU-landen beschikbaar. Dat hebben uitzendbureau's aan de minister gemeld en daarom worden na 1 juli geen vergunningen meer verstrekt. Ze verweet de werkgevers in de agrarische sector een 'afhoudende houding' tegenover het aanbod van uitzendbureau's. "Ze willen helemaal geen uitzendkrachten inzetten en stellen onhaalbaar hoge eisen", aldus de advocaat.

Bron: http://www.agriholland.nl/nieuws/artikel.html?id=126112


Law Blogs
Law blog

17 april 2011

Vragen van het lid Spekman (PvdA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over uitzendbureaus die knoeien met buitenlandse arbeidskrachten (ingezonden 22 februari 2011).

Antwoord van minister Kamp (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 30 maart 2011).

Vraag 1

Kent u het bericht «Noodklok illegale arbeid»?
Antwoord 1

Ja.
Vraag 2

Is het u bekend dat de Arbeidsinspectie bij controles zelfs illegale arbeiders aantreft die werken via gecertificeerde arbeidsbureaus? Op welke schaal komt dit voor?
Antwoord 2

Ja. Het is mij bekend dat ook gecertificeerde ondernemingen zich niet altijd aan de regels houden. De Arbeidsinspectie heeft in 2009 in totaal 1535 uitzendbureaus gecontroleerd. Hiervan waren er 687 gecertificeerd. Tegen deze gecontroleerde gecertificeerde uitzendbureaus zijn 49 boeterapporten opgemaakt voor illegale tewerkstelling. In 43 gevallen is een boeterapport opgemaakt tegen een gecertificeerd uitzendbureau voor een andere overtreding, zoals onderbetaling of het niet voldoen aan de administratieve verplichtingen in het kader van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav). Het percentage overtredingen Wav en Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (Wml) bedraagt bij de gecontroleerde gecertificeerde uitzendbureaus 13%. Deze resultaten hebben uitsluitend betrekking op de door de Arbeidsinspectie geïnspecteerde ondernemingen. Zij geven geen representatief beeld van de sector of van de gecertificeerde ondernemingen als geheel.
Vraag 3

Wat gaat u eraan doen zodat het certificaat van uitzendbureaus betrouwbaar is?
Antwoord 3

In een overleg met de Uitzendbranche heb ik mijn zorg hierover uitgesproken en verzocht om concrete maatregelen te nemen. Daarnaast vinden op ambtelijk niveau periodiek gesprekken plaats met de branche over de verbetering van de kwaliteit van het certificaat. De branche heeft aangegeven dat de controlesystematiek zal worden verbeterd. Ik bereid, in samenwerking met mijn collega van Financiën, een wetsvoorstel voor waarin wordt geregeld dat Arbeidsinspectie en Belastingdienst de namen van bedrijven die in overtreding zijn gaan doorgegeven aan de Stichting Normering Arbeid die het register beheert van gecertificeerde bedrijven. Hierdoor kunnen overtredende bedrijven uit het register worden geweerd.
Vraag 4

Is het u bekend dat Bulgaarse zzp’ers werken voor veel te lage tarieven? Zo ja, op welke schaal komt dit voor? Zo ja, hoe vaak wordt informatie opgevraagd in de lidstaat van vestiging? Hoe lang duurt het, voordat deze informatie boven tafel is?
Antwoord 4

Voor zelfstandig werkende ondernemers, en overigens ook voor onderdanen uit de EU-landen, gelden geen minimumtarieven. Het Kabinet is niet voornemens minimumtarieven voor zelfstandigen in te voeren. Kortheidshalve verwijs ik u hiervoor naar de Kabinetsreactie «SER-advies «zzp’ers in beeld» die op 4 maart 2011 aan uw Kamer is verzonden.
Vraag 5

Is het u bekend dat de Wet Arbeidsvoorwaarden bij grensoverschrijdende arbeid (WAGA) niet wordt nageleefd door bedrijven die in Nederland opdrachten aannemen? Zo ja, hoe pakt u deze problematiek aan? Hoe vaak wordt door de Arbeidsinspectie informatie opgevraagd in de lidstaat van vestiging? Hoe lang duurt dit, voordat deze informatie boven tafel is?
Antwoord 5

De tijdelijk in Nederland gedetacheerde werknemers hebben op grond van de Wet arbeidsvoorwaarden grensoverschrijdende arbeid recht op de «harde kern» van arbeidsvoorwaarden, volgens de algemeen verbindend verklaarde cao in de betreffende sector: cao-loon (betaald door de dienstverlener), vakantiedagen, rusttijden, maximale werktijden, regels en voorwaarden voor uitzendwerk, veiligheidsmaatregelen en gelijke behandeling.
De Arbeidsinspectie ziet toe op de naleving van de wettelijke arbeidsvoorwaarden (i.c. wettelijk minimumloon) en voert jaarlijks circa 30 000 inspecties uit. Werkgevers worden gecontroleerd op illegale tewerkstelling, arbeidsomstandigheden, werktijden en onderbetaling.
In de detacheringsrichtlijn (richtlijn 96/71/EG) is geregeld dat de Europese lidstaten een verbindingsbureau oprichten voor samenwerking en informatie-uitwisseling over grensoverschrijdende detachering van werknemers. In Nederland is dit bureau ondergebracht bij de Arbeidsinspectie. Als tijdens inspecties sprake is van grensoverschrijdende arbeid, kan de Arbeidsinspectie via de verbindingsbureaus informatie opvragen over de aangetroffen bedrijven en werknemers. In 2010 heeft de Arbeidsinspectie 55 verzoeken om informatie gedaan bij de verbindingsbureaus in 12 verschillende lidstaten. De gemiddelde behandeltijd van deze vragen bedroeg circa anderhalve maand.
Het is aan cao-partijen om toe te zien op de naleving van arbeidsvoorwaarden zoals vastgelegd in de cao’s. Voor meer informatie over de handhaving van cao’s verwijs ik naar de Kamerbrieven over dit onderwerp (Tweede Kamer, vergaderjaar 2009–2010, 29 544 en 32 123 XV, nr. 219).
Vraag 6

Deelt u de mening dat de informatie uitwisseling tussen de lidstaten de problemen van illegale arbeid onvoldoende is om illegale arbeid te bestrijden? Zo ja, wat voor verdere stappen wilt u nemen?
Antwoord 6

Nee, de ervaring van de Arbeidsinspectie is dat de informatie-uitwisseling met de buitenlandse liaisonbureaus goed verloopt. Dit betreft zowel de kwaliteit als de termijn van beantwoording. Vanuit de Europese Commissie zijn recentelijk voorstellen gedaan voor een elektronisch systeem voor informatie-uitwisseling tussen de lidstaten. Naar verwachting wordt de internationale gegevensuitwisseling tussen verbindingsbureaus hierdoor versneld. Ik zie dan ook geen aanleiding voor verdere stappen op dit punt.
Vraag 7

Deelt u de mening dat er met meer daadkracht tegen illegale arbeid en onderbetaling en uitbuiting moet worden opgetreden? Deelt u tevens de mening dat het eigenlijk te gek voor woorden is dat Nederlandse bedrijven die in Nederland werkzaam zijn zich blijkbaar genoodzaakt voelen een fair trade sticker in het leven te roepen, zoals in de champignonsector gebeurt?
Antwoord 7

Ik deel de mening dat illegale tewerkstelling krachtig bestreden moet worden. Op 10 maart jl. heb ik uw Kamer dan ook geïnformeerd over de voornemens voor een intensivering van de fraudeaanpak. In de uitwerking van deze voorstellen wordt bezien hoe notoire overtreders van wetgeving hard kunnen worden aangepakt, onder meer door verhoging van de boetes (Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, 17 050, nr. 403). Verder staat het ieder bedrijf vrij zich op de markt te onderscheiden, bijvoorbeeld door het voeren van een keurmerk.
Vraag 8

Deelt u de mening dat de omvang van de geconstateerde problemen duidt op een structurele ondercapaciteit bij de Arbeidsinspectie? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wanneer wordt deze capaciteit uitgebreid?
Antwoord 8

Nee, die mening deel ik niet. De meer gerichte inzet van de Arbeidsinspectie heeft juist geleid tot een toename van het aantal geconstateerde overtredingen. In antwoord op de vraag over uitbreiding van de inspectiecapaciteit verwijs ik u kortheidshalve naar mijn brief aan uw Kamer van 22 maart j.l inzake de amendementen Spekman c.s ingediend bij de begroting SZW 2010.

Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-2025.html

Law Blogs
Law blog

Farmers threaten minister with court over Romanian visa stop

Market gardeners in the south of the country say they will take social affairs minister Henk Kamp to court if he does not change his mind over work permits for Romanians by 17.00 hours on Monday, news agency ANP reports.

The growers – largely orchard owners and strawberry farmers – rely on some 2,000 Romanian seasonal workers to bring in the harvest.

Kamp said in March he will not agree to any more permits for people from Romania from July 1. The growers should use local unemployed workers instead, news agency ANP quotes him as saying.

The growers’ organisation ZLTO says the minister is wrong to change policy in the middle of the season and that his action threatens their contracts with the retail sector.

Bron: http://www.dutchnews.nl/news/archives/2011/04/farmers_threaten_minister_with.php


Law Blogs
Law blog

Aanbevolen post

Wytzia Raspe over vluchtelingen, AZC’s, cruiseschepen en mensensmokkelaars

Mr. van de week is Wytzia Raspe. Zij is 25 jaar jurist vreemdelingenrecht in allerlei verschillende rollen. Sinds 2005 schrijft en blogt z...