Hoogte leges van verblijfsvergunning voor Zwitsers (uitspraak Raad van State). LET OP welke vergunning je vraagt!!!
LJN: BM9315, Raad van State , 200806637/1/V2
Datum uitspraak: 23-06-2010
Datum publicatie: 25-06-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Hoogte leges / geen strijd met discriminatieverbod artikel 2 Overeenkomst EG/Zwitserland
De vreemdeling heeft zich op het standpunt gesteld dat sprake is van strijd met het discriminatieverbod op grond van nationaliteit, omdat zij voor de afgifte van de aan haar verleende verblijfsvergunning een legesbedrag heeft moeten betalen dat hoger is dan het bedrag dat burgers van de Unie voor de afgifte van een verblijfsvergunning verschuldigd zijn. De vreemdeling verliest daarbij uit het oog dat de aantekening "EG langdurig ingezetene" op grond van de werkingssfeer van de richtlijn slechts kan worden toegekend aan een derdelander, niet aan een burger van de Unie. Op grond van de Overeenkomst moet de vreemdeling worden gelijkgesteld met een burger van de Unie, niet met een derdelander waarvoor de richtlijn geldt. Dit neemt niet weg dat de vreemdeling ook derdelander is en als zodanig zich op de bepalingen van de richtlijn kan beroepen. Indien de vreemdeling verzoekt om de aantekening "EG-langdurig ingezetene" zal zij de daarvoor voor derdelanders vastgestelde leges dienen te betalen. Indien zij een verblijfsvergunning aanvraagt op grond van de Overeenkomst en op grond van het daarin neergelegde discriminatieverbod in aanmerking wil komen voor het voor burgers van de Unie geldende legesbedrag, zal zij niet in het kader van die aanvraag in aanmerking komen voor de status "EG langdurig ingezetene", die aan derdelanders kan worden verleend. Omdat de vreemdeling heeft verzocht om verlening van de status "EG langdurig ingezetene" heeft de staatssecretaris terecht de daarvoor geldende leges geheven. Aangezien bij de implementatie van de richtlijn voor de vreemdeling als onderdaan van Zwitserland de mogelijkheid is blijven bestaan om een verblijfsvergunning te verkrijgen met toepassing van de voor burgers van de Unie geldende leges, kan niet worden gesteld dat hierdoor in strijd met het discriminatieverbod op grond van nationaliteit is gehandeld.
Bron: rechtspraak.nl
Reacties