Commissie daagt België en Ierland voor EU-Hof van Justitie wegens onvolledige omzetting van EU-regels asielprocedure
Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op 24 juni 2010.
De Europese Commissie i heeft besloten een procedure bij het Hof van Justitie i van de EU te beginnen tegen België en Ierland omdat deze twee landen de EU-richtlijn over asielprocedures niet volledig hebben omgezet. De procedurerichtlijn bevat regels voor het vaststellen van minimumnormen die moeten worden nageleefd in de procedures voor het toekennen en intrekken van de vluchtelingenstatus.
"Het feit dat de lidstaten de EU-regels op verschillende manieren toepassen, kan het gehele Europese asielstelsel ondermijnen, omdat het kan leiden tot lagere beschermingsnormen voor degenen die conflicten en vervolging proberen te ontvluchten. Dat is onaanvaardbaar" zei Cecilia Malmström, commissaris voor Binnenlandse Zaken. "Deze normen vertegenwoordigen fundamentele Europese waarden: de rechten van de meest kwetsbaren beschermen. We moeten erop toezien dat deze rechten worden geëerbiedigd. Ik ben bereid België en Ierland te helpen bij hun laatste omzettingswerkzaamheden."
De procedurerichtlijn had uiterlijk 1 december 2007 moeten zijn omgezet. Deze richtlijn verplicht de lidstaten wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen om aan de richtlijn te voldoen en de inhoud van die nationale bepalingen aan de Commissie mee te delen. De afgelopen drie jaar hebben België en Ierland veel bepalingen van de richtlijn omgezet, maar ondanks aandringen van de Commissie is de omzetting in nationaal recht nog steeds niet voltooid en zijn de omzettingsmaatregelen niet aan de Commissie meegedeeld. Daarom heeft de Commissie besloten beide lidstaten voor het Europese Hof van Justitie te dagen.
Om volledig aan de richtlijn te voldoen, moet België onder andere nog minimumnormen voor het persoonlijk onderhoud invoeren, alsmede een aantal specifieke waarborgen voor niet-begeleide minderjarigen en waarborgen die gelden bij het intrekken van de vluchtelingenstatus.
Ierland moet onder andere nog minimumnormen voor het persoonlijk onderhoud invoeren, alsmede een aantal waarborgen voor niet-begeleide minderjarigen, de verplichting om asielzoekers in te lichten over vertragingen in de procedure, en procedures voor de behandeling van volgende verzoeken.
Achtergrond
De procedurerichtlijn moet ervoor zorgen dat asielprocedures in eerste aanleg in de gehele EU aan dezelfde minimumnormen voldoen. Afgezien van enkele uitzonderingsgevallen, biedt de richtlijn asielzoekers de mogelijkheid tot een persoonlijk onderhoud en de garantie dat bij de behandeling van een asielverzoek bepaalde uitgangspunten en waarborgen gelden. Deze waarborgen houden onder andere in dat asielzoekers bij het begin van de procedure uitvoerige informatie moeten krijgen over het verloop van de asielprocedure, dat zij een gemotiveerde beslissing over hun asielverzoek moeten krijgen, dat zij toegang hebben tot rechtsbijstand en gebruik kunnen maken van een tolk, en dat de lidstaten verplicht zijn rekening te houden met de bijzondere behoeften van niet-begeleide minderjarigen.
De richtlijn bepaalt dat alle asielbeslissingen voor de rechter moeten kunnen worden aangevochten. Tevens verplicht zij de asielautoriteiten van de lidstaten zo spoedig mogelijk te beslissen over asielverzoeken van personen die legitiem de vluchtelingenstatus aanvragen in de EU.
De procedurerichtlijn is bindend voor alle EU-lidstaten behalve Denemarken.
Op 21 oktober 2009 heeft de Commissie een wijziging van de richtlijn voorgesteld (zie IP/09/1552 en MEMO/09/472), met de bedoeling: (i) één enkele procedure in te voeren door de asielprocedures te vereenvoudigen en te rationaliseren, waardoor tevens de administratieve belasting voor de lidstaten wordt beperkt; (ii) voor te schrijven dat personen die een verzoek om internationale bescherming willen indienen, in een zeer vroeg stadium van hun verblijf moeten kunnen beschikken over informatie en advies; (iii) de behandeling van een verzoek efficiënter te doen verlopen, door bijvoorbeeld een algemene termijn van zes maanden in te voeren voor de afronding van de procedure in eerste aanleg; (iv) meer procedurele waarborgen te bieden, met name voor kwetsbare groepen zoals slachtoffers van foltering of niet-begeleide kinderen; (v) duidelijk te bepalen dat beslissingen in eerste aanleg door een rechterlijke instantie zowel op feitelijke als op juridische gronden moeten worden getoetst en heldere regels vast te stellen betreffende de opschortende werking van een beroep.
Toekomst
Voor meer informatie over de drie fasen van de inbreukprocedure, zie IP/798.
Voor meer informatie:
Homepage van Cecilia Malmström, Commissaris voor Binnenlandse Zaken:
http://ec.europa.eu/commission_2010-2014/malmstrom/welcome/default_en.htm
Newsroom Justitie en Binnenlandse Zaken:
http://ec.europa.eu/justice_home/news/intro/news_intro_en.htm
Bron: http://www.europa-nu.nl/id/vigbg1d3wxz8/nieuws/commissie_daagt_belgie_en_ierland_voor?ctx=vh1aly4653wh&s0e=vhdubxdwqrzw
De Europese Commissie i heeft besloten een procedure bij het Hof van Justitie i van de EU te beginnen tegen België en Ierland omdat deze twee landen de EU-richtlijn over asielprocedures niet volledig hebben omgezet. De procedurerichtlijn bevat regels voor het vaststellen van minimumnormen die moeten worden nageleefd in de procedures voor het toekennen en intrekken van de vluchtelingenstatus.
"Het feit dat de lidstaten de EU-regels op verschillende manieren toepassen, kan het gehele Europese asielstelsel ondermijnen, omdat het kan leiden tot lagere beschermingsnormen voor degenen die conflicten en vervolging proberen te ontvluchten. Dat is onaanvaardbaar" zei Cecilia Malmström, commissaris voor Binnenlandse Zaken. "Deze normen vertegenwoordigen fundamentele Europese waarden: de rechten van de meest kwetsbaren beschermen. We moeten erop toezien dat deze rechten worden geëerbiedigd. Ik ben bereid België en Ierland te helpen bij hun laatste omzettingswerkzaamheden."
De procedurerichtlijn had uiterlijk 1 december 2007 moeten zijn omgezet. Deze richtlijn verplicht de lidstaten wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen om aan de richtlijn te voldoen en de inhoud van die nationale bepalingen aan de Commissie mee te delen. De afgelopen drie jaar hebben België en Ierland veel bepalingen van de richtlijn omgezet, maar ondanks aandringen van de Commissie is de omzetting in nationaal recht nog steeds niet voltooid en zijn de omzettingsmaatregelen niet aan de Commissie meegedeeld. Daarom heeft de Commissie besloten beide lidstaten voor het Europese Hof van Justitie te dagen.
Om volledig aan de richtlijn te voldoen, moet België onder andere nog minimumnormen voor het persoonlijk onderhoud invoeren, alsmede een aantal specifieke waarborgen voor niet-begeleide minderjarigen en waarborgen die gelden bij het intrekken van de vluchtelingenstatus.
Ierland moet onder andere nog minimumnormen voor het persoonlijk onderhoud invoeren, alsmede een aantal waarborgen voor niet-begeleide minderjarigen, de verplichting om asielzoekers in te lichten over vertragingen in de procedure, en procedures voor de behandeling van volgende verzoeken.
Achtergrond
De procedurerichtlijn moet ervoor zorgen dat asielprocedures in eerste aanleg in de gehele EU aan dezelfde minimumnormen voldoen. Afgezien van enkele uitzonderingsgevallen, biedt de richtlijn asielzoekers de mogelijkheid tot een persoonlijk onderhoud en de garantie dat bij de behandeling van een asielverzoek bepaalde uitgangspunten en waarborgen gelden. Deze waarborgen houden onder andere in dat asielzoekers bij het begin van de procedure uitvoerige informatie moeten krijgen over het verloop van de asielprocedure, dat zij een gemotiveerde beslissing over hun asielverzoek moeten krijgen, dat zij toegang hebben tot rechtsbijstand en gebruik kunnen maken van een tolk, en dat de lidstaten verplicht zijn rekening te houden met de bijzondere behoeften van niet-begeleide minderjarigen.
De richtlijn bepaalt dat alle asielbeslissingen voor de rechter moeten kunnen worden aangevochten. Tevens verplicht zij de asielautoriteiten van de lidstaten zo spoedig mogelijk te beslissen over asielverzoeken van personen die legitiem de vluchtelingenstatus aanvragen in de EU.
De procedurerichtlijn is bindend voor alle EU-lidstaten behalve Denemarken.
Op 21 oktober 2009 heeft de Commissie een wijziging van de richtlijn voorgesteld (zie IP/09/1552 en MEMO/09/472), met de bedoeling: (i) één enkele procedure in te voeren door de asielprocedures te vereenvoudigen en te rationaliseren, waardoor tevens de administratieve belasting voor de lidstaten wordt beperkt; (ii) voor te schrijven dat personen die een verzoek om internationale bescherming willen indienen, in een zeer vroeg stadium van hun verblijf moeten kunnen beschikken over informatie en advies; (iii) de behandeling van een verzoek efficiënter te doen verlopen, door bijvoorbeeld een algemene termijn van zes maanden in te voeren voor de afronding van de procedure in eerste aanleg; (iv) meer procedurele waarborgen te bieden, met name voor kwetsbare groepen zoals slachtoffers van foltering of niet-begeleide kinderen; (v) duidelijk te bepalen dat beslissingen in eerste aanleg door een rechterlijke instantie zowel op feitelijke als op juridische gronden moeten worden getoetst en heldere regels vast te stellen betreffende de opschortende werking van een beroep.
Toekomst
Voor meer informatie over de drie fasen van de inbreukprocedure, zie IP/798.
Voor meer informatie:
Homepage van Cecilia Malmström, Commissaris voor Binnenlandse Zaken:
http://ec.europa.eu/commission_2010-2014/malmstrom/welcome/default_en.htm
Newsroom Justitie en Binnenlandse Zaken:
http://ec.europa.eu/justice_home/news/intro/news_intro_en.htm
Bron: http://www.europa-nu.nl/id/vigbg1d3wxz8/nieuws/commissie_daagt_belgie_en_ierland_voor?ctx=vh1aly4653wh&s0e=vhdubxdwqrzw
Reacties