Meesterlijk gedrag: leren van compareren
Den Haag, dinsdag 6 oktober 2009 - Communicatievaardigheden. Dat zijn uiterst belangrijke vaardigheden voor de rechter, zo wordt verondersteld. In Rechtreeks nr 3 van dit jaar wordt nader getoetst in hoeverre het gedrag van de rechter daadwerkelijk het verloop en de afloop van een zitting bepaalt.
Communicatievaardigheden, ze horen vandaag de dag bij een rechter als de Gamma bij de doe-het-zelver: ‘je kan niet zonder’; ‘dat zeg ik’. Ze bepalen zowel het verloop als de afloop van een zitting, zo is de achterliggende veronderstelling. Of procespartijen de zaal verlaten met het gevoel dat hen recht gedaan is, omdat ze in elk geval hun verhaal kwijt konden, alle benodigde informatie kregen zodat ze wisten hoe de gang van zaken zou zijn en met respect behandeld waren: dit alles wordt sterk beïnvloed door het communicatiegedrag van de rechter. Of er al dan niet een schikking bereikt wordt zonder dat een van beide partijen het resultaat als een ‘dwangschikking’ ervaart, ook dat zal in belangrijke mate afhangen van de vaardigheid van de rechter. Dat waren de veronderstellingen die opkwamen na lezing van het onderzoek naar de praktijk van comparitie na antwoord-zittingen: Zitten, luisteren en schikken (Van der Linden, 2008).
Werkelijkheidswaarde
Veronderstellingen dienen echter op hun werkelijkheidswaarde getoetst te worden; is het wel zo? Doet het gedrag van de rechter er toe? Die vraag wordt in het derde nummer van Rechtstreeks beantwoord op basis van het materiaal van het hierboven genoemde onderzoek. Dat is gedaan door na te gaan of waargenomen gedrag - het al of niet door de rechter onderbreken van het verhaal van partijen, het al of niet door de rechter samenvatten van standpunten, het al of niet geven van een voorlopig oordeel - samenhangt met het al dan niet bereiken van een schikking ‘zonder dwang’ enerzijds en met de procesbeleving door partijen anderzijds. Natuurlijk is daarbij ook gelet op de betekenis van andere factoren zoals de persoon van de rechter, de zaak waarom het gaat en - voor zover mogelijk - het verschil tussen gerechten.
Het resultaat? De afloop van de procedure, in dit geval het al dan niet bereiken van een ‘echte’ schikking, wordt vooral bepaald door kenmerken van de zaak, minder door het gedrag van de rechter. Voor de beleving van de procedure geldt echter wel dat het meesterlijk gedrag van primaire betekenis is.
bron: rechtspraak.nl
src="http://pagead2.googlesyndication.com/pagead/show_ads.js">
Communicatievaardigheden, ze horen vandaag de dag bij een rechter als de Gamma bij de doe-het-zelver: ‘je kan niet zonder’; ‘dat zeg ik’. Ze bepalen zowel het verloop als de afloop van een zitting, zo is de achterliggende veronderstelling. Of procespartijen de zaal verlaten met het gevoel dat hen recht gedaan is, omdat ze in elk geval hun verhaal kwijt konden, alle benodigde informatie kregen zodat ze wisten hoe de gang van zaken zou zijn en met respect behandeld waren: dit alles wordt sterk beïnvloed door het communicatiegedrag van de rechter. Of er al dan niet een schikking bereikt wordt zonder dat een van beide partijen het resultaat als een ‘dwangschikking’ ervaart, ook dat zal in belangrijke mate afhangen van de vaardigheid van de rechter. Dat waren de veronderstellingen die opkwamen na lezing van het onderzoek naar de praktijk van comparitie na antwoord-zittingen: Zitten, luisteren en schikken (Van der Linden, 2008).
Werkelijkheidswaarde
Veronderstellingen dienen echter op hun werkelijkheidswaarde getoetst te worden; is het wel zo? Doet het gedrag van de rechter er toe? Die vraag wordt in het derde nummer van Rechtstreeks beantwoord op basis van het materiaal van het hierboven genoemde onderzoek. Dat is gedaan door na te gaan of waargenomen gedrag - het al of niet door de rechter onderbreken van het verhaal van partijen, het al of niet door de rechter samenvatten van standpunten, het al of niet geven van een voorlopig oordeel - samenhangt met het al dan niet bereiken van een schikking ‘zonder dwang’ enerzijds en met de procesbeleving door partijen anderzijds. Natuurlijk is daarbij ook gelet op de betekenis van andere factoren zoals de persoon van de rechter, de zaak waarom het gaat en - voor zover mogelijk - het verschil tussen gerechten.
Het resultaat? De afloop van de procedure, in dit geval het al dan niet bereiken van een ‘echte’ schikking, wordt vooral bepaald door kenmerken van de zaak, minder door het gedrag van de rechter. Voor de beleving van de procedure geldt echter wel dat het meesterlijk gedrag van primaire betekenis is.
bron: rechtspraak.nl
src="http://pagead2.googlesyndication.com/pagead/show_ads.js">
Reacties