Gezinsvorming en arbeidsongeschiktheid (uitspraak)
LJN: BK1393, Rechtbank 's-Gravenhage , AWB 08/43363
Datum uitspraak: 08-10-2009
Datum publicatie: 28-10-2009
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Regulier, gezinsvorming, middelenvereiste, gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid en 4:84 Awb.
Inhoudsindicatie: Regulier, gezinsvorming, middelenvereiste, gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid en 4:84 Awb. Samenvatting : Verweerder (de minister van Buitenlandse Zaken) heeft de mvv-aanvraag afgewezen omdat referent niet aan het middelenvereiste voldoet. Voor vrijstelling van het middelenvereiste acht verweerder geen grond aanwezig. Naar het oordeel van de rechtbank is het beleid van verweerder, neergelegd in B2/2.10 van de Vc 2000, waarin rekening wordt gehouden met arbeidsongeschiktheid en het langdurig niet kunnen voldoen aan arbeidsverplichting, niet kennelijk onredelijk en evenmin discriminerend. Omdat de problematiek betreffende werknemers met een WSW-indicatie divers is, zoals door eiseres ook is aangegeven, laten de verschillende situaties waarin WSW-ers verkeren zich moeilijk in beleidsregels vatten, terwijl niet voor alle WSW-ers geldt dat zij nimmer aan het inkomensvereiste zullen kunnen voldoen. In het licht van de beperkingen van referent (zoals deze blijken uit de stukken in het dossier) kan de rechtbank verweerder niet volgen in het standpunt dat niet valt in te zien dat de situatie van referent blijvend is. Gelet op vorenstaande en in aanmerking genomen dat het beleid in hoofdstuk B2/10 Vc, gelet op de toelichting op artikel 3.22 Vb (Staatsblad 2000, 497), er toe strekt om te voorkomen dat door onverkorte toepassing van het middelenvereiste gezinsvorming blijvend onmogelijk zal zijn, heeft verweerder niet deugdelijk gemotiveerd waarom de arbeidshandicap van referent niet dient te worden aangemerkt als een zodanig bijzonder feit en omstandigheid dat het onverkort vasthouden aan de beleidsregels gevolgen heeft die onevenredig zijn in verhouding tot het met de beleidsregels te dienen doel. De rechtbank verklaart reeds hierom het beroep gegrond.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 08-10-2009
Datum publicatie: 28-10-2009
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Regulier, gezinsvorming, middelenvereiste, gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid en 4:84 Awb.
Inhoudsindicatie: Regulier, gezinsvorming, middelenvereiste, gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid en 4:84 Awb. Samenvatting : Verweerder (de minister van Buitenlandse Zaken) heeft de mvv-aanvraag afgewezen omdat referent niet aan het middelenvereiste voldoet. Voor vrijstelling van het middelenvereiste acht verweerder geen grond aanwezig. Naar het oordeel van de rechtbank is het beleid van verweerder, neergelegd in B2/2.10 van de Vc 2000, waarin rekening wordt gehouden met arbeidsongeschiktheid en het langdurig niet kunnen voldoen aan arbeidsverplichting, niet kennelijk onredelijk en evenmin discriminerend. Omdat de problematiek betreffende werknemers met een WSW-indicatie divers is, zoals door eiseres ook is aangegeven, laten de verschillende situaties waarin WSW-ers verkeren zich moeilijk in beleidsregels vatten, terwijl niet voor alle WSW-ers geldt dat zij nimmer aan het inkomensvereiste zullen kunnen voldoen. In het licht van de beperkingen van referent (zoals deze blijken uit de stukken in het dossier) kan de rechtbank verweerder niet volgen in het standpunt dat niet valt in te zien dat de situatie van referent blijvend is. Gelet op vorenstaande en in aanmerking genomen dat het beleid in hoofdstuk B2/10 Vc, gelet op de toelichting op artikel 3.22 Vb (Staatsblad 2000, 497), er toe strekt om te voorkomen dat door onverkorte toepassing van het middelenvereiste gezinsvorming blijvend onmogelijk zal zijn, heeft verweerder niet deugdelijk gemotiveerd waarom de arbeidshandicap van referent niet dient te worden aangemerkt als een zodanig bijzonder feit en omstandigheid dat het onverkort vasthouden aan de beleidsregels gevolgen heeft die onevenredig zijn in verhouding tot het met de beleidsregels te dienen doel. De rechtbank verklaart reeds hierom het beroep gegrond.
Bron: rechtspraak.nl
Reacties