Het criterium "wezenlijk Nederland belang" en de aanvraag voor een verblijfsvergunning als zelfstandige (uitspraak rechtbank)
LJN: BM0995, Rechtbank 's-Gravenhage , zittingsplaats Rotterdam , Reg.nr.: AWB 09/32832 (vovo) en 09/47588 (beroep)
Datum uitspraak: 22-02-2010
Datum publicatie: 14-04-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: In de uitspraak van 9 december 2009 (LJN BK6039) heeft de meervoudige kamer van deze rechtbank, deze nevenzittingsplaats, geoordeeld dat niet is gebleken dat de huidige invulling van het criterium wezenlijk Nederlands belang strijdig is met de standstillbepaling. Verweerder heeft zich, onder verwijzing naar de inhoud van het advies van de Minister van Economische Zaken, op het standpunt kunnen stellen dat met de (beoogde) bedrijfsactiviteiten van verzoeker geen wezenlijk Nederlands belang wordt gediend. De voorzieningenrechter volgt verweerder in zijn in het verweerschrift ingenomen standpunt dat het advies van de Minister van Economische Zaken kan worden aangemerkt als een deskundigenadvies aan verweerder ten behoeve van de uitoefening van diens bevoegdheden. Indien dit op een onpartijdige, objectieve en inzichtelijke wijze te zijn opgesteld, mag verweerder bij de beoordeling van dit advies uitgaan, tenzij er concrete aanknopingspunten zijn voor twijfel aan de juistheid of volledigheid ervan. In hetgeen verzoeker in bezwaar heeft aangevoerd, ziet de voorzieningenrechter geen concrete aanknopingspunten als bedoeld. Daartoe is in de eerste plaats van belang dat een aantal stellingen van verzoeker niet kan worden gevolgd omdat deze in het geheel niet zijn onderbouwd, dan wel niet overeenkomen met hetgeen daarover in het ondernemingsplan staat vermeld. In de tweede plaats is van belang dat verzoeker weliswaar aangeeft hoeveel punten hij op bepaalde onderdelen had moeten scoren, maar in het geheel niet onderbouwt waarom hem juist dat aantal punten toekomt. Verweerder heeft derhalve van het advies mogen uitgaan en dit aan zijn besluitvorming ten grondslag mogen leggen
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 22-02-2010
Datum publicatie: 14-04-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: In de uitspraak van 9 december 2009 (LJN BK6039) heeft de meervoudige kamer van deze rechtbank, deze nevenzittingsplaats, geoordeeld dat niet is gebleken dat de huidige invulling van het criterium wezenlijk Nederlands belang strijdig is met de standstillbepaling. Verweerder heeft zich, onder verwijzing naar de inhoud van het advies van de Minister van Economische Zaken, op het standpunt kunnen stellen dat met de (beoogde) bedrijfsactiviteiten van verzoeker geen wezenlijk Nederlands belang wordt gediend. De voorzieningenrechter volgt verweerder in zijn in het verweerschrift ingenomen standpunt dat het advies van de Minister van Economische Zaken kan worden aangemerkt als een deskundigenadvies aan verweerder ten behoeve van de uitoefening van diens bevoegdheden. Indien dit op een onpartijdige, objectieve en inzichtelijke wijze te zijn opgesteld, mag verweerder bij de beoordeling van dit advies uitgaan, tenzij er concrete aanknopingspunten zijn voor twijfel aan de juistheid of volledigheid ervan. In hetgeen verzoeker in bezwaar heeft aangevoerd, ziet de voorzieningenrechter geen concrete aanknopingspunten als bedoeld. Daartoe is in de eerste plaats van belang dat een aantal stellingen van verzoeker niet kan worden gevolgd omdat deze in het geheel niet zijn onderbouwd, dan wel niet overeenkomen met hetgeen daarover in het ondernemingsplan staat vermeld. In de tweede plaats is van belang dat verzoeker weliswaar aangeeft hoeveel punten hij op bepaalde onderdelen had moeten scoren, maar in het geheel niet onderbouwt waarom hem juist dat aantal punten toekomt. Verweerder heeft derhalve van het advies mogen uitgaan en dit aan zijn besluitvorming ten grondslag mogen leggen
Bron: rechtspraak.nl
Reacties