Instantie Rechtbank Den Haag
Datum uitspraak 28-10-2013
Datum publicatie 04-11-2013
Zaaknummer AWB 13/26185 en AWB 13/26182
Rechtsgebieden Vreemdelingenrecht
Bijzondere kenmerken Voorlopige voorziening+bodemzaak
Inhoudsindicatie Asielaanvraag. Toepassing artikel 3, tweede lid, van Verordening 343/2003/EG (de Dublinverordening). Polen. Rapporten van de UNHCR van 7 juni 2013 getiteld “Where is my home” en van de Helsinki Foundation for Human Rights van 29 augustus 2013 getiteld “Migration is not a crime”. Beroep ongegrond.
Wetsverwijzingen Vreemdelingenwet 2000, geldigheid: 2013-11-04
Vindplaatsen Rechtspraak.nl
(...)
10.Subsidiair is
verzoekster van mening, zo begrijpt de voorzieningenrechter, dat
Nederland haar asielaanvraag onverplicht aan zich had moeten trekken,
omdat ten aanzien van Polen niet langer kan worden uitgegaan van het
interstatelijk vertrouwensbeginsel. Ter onderbouwing heeft verzoekster
overgelegd bladzijde 19 uit een rapport van de UNHCR van 7 juni 2013,
getiteld “Where is my home”, waaruit volgens verzoekster valt af te
leiden dat er een groot risico voor dakloosheid van asielzoekers in
Polen bestaat. Gelet op dit grote risico op dakloosheid dreigt ook de
daadwerkelijke beschikbaarheid van medische voorzieningen een illusie te
zijn. Voorts heeft verzoekster in dit verband overgelegd pagina’s 1 tot
en met 6 van een rapport van de Helsinki Foundation for Human Rights
(HFHR) van 29 augustus 2013, getiteld “Migration is not a crime”,
waaruit volgens verzoekster is af te leiden dat het asielsysteem in
Polen geen ‘effective remedy’ en een eerlijk proces biedt, nu er na een
negatief besluit op een asielaanvraag aan het aanwenden van een
rechtsmiddel geen schorsende werking wordt verbonden.
11.Met
betrekking tot de stelling van verzoekster dat ten aanzien van Polen
niet langer kan worden uitgegaan van het interstatelijk
vertrouwensbeginsel, overweegt de voorzieningenrechter als volgt.
12.Ingevolge
artikel 3, tweede lid, van Vo 343/2003, voor zover thans van belang,
kan, in afwijking van het eerste lid, verweerder een bij hem ingediend
asielverzoek van een onderdaan van een derde land behandelen, ook al is
hij daartoe op grond van de in deze verordening neergelegde criteria
niet verplicht.
13.Volgens
vaste jurisprudentie wordt er in beginsel op grond van het
interstatelijk vertrouwensbeginsel ervan uitgegaan dat de lidstaten van
de Europese Unie de verplichtingen uit hoofde van het
Vluchtelingenverdrag en artikel 3 van het Europees Verdrag tot
bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden
(EVRM) naleven, tenzij er concrete aanwijzingen zijn dat het land
waaraan de betrokkene wordt overgedragen zijn internationale
verplichtingen niet nakomt. Indien er concrete aanwijzingen bestaan dat
de verantwoordelijke lidstaat zijn internationale verplichtingen niet
nakomt, bestaat de mogelijkheid voor Nederland om het asielverzoek aan
zich te trekken op basis van artikel 3, tweede lid, van Vo 343/2003. Het
ligt op de weg van de asielzoeker om aannemelijk te maken dat zich in
zijn zaak feiten en omstandigheden voordoen op basis waarvan de
presumptie van eerbiediging door verdragspartijen van het
Vluchtelingenverdrag en van artikel 3 van het EVRM wordt weerlegd.
14.
Naar
het oordeel van de voorzieningenrechter heeft verweerder zich op het
standpunt kunnen stellen dan verzoekster hierin niet is geslaagd. Voor
wat betreft de door verzoekster overgelegde pagina’s uit voornoemd
rapport van de HFHR overweegt de voorzieningenrechter dat in de
uitspraak van de voorzieningenrechter van deze rechtbank, zittingsplaats
Zwolle, van 11 september 2013, ECLI:NL:RBDHA:2013:11917, is geoordeeld
dat uit een eerder rapport van de HFHR niet blijkt dat het Poolse
rechtssysteem onvoldoende bescherming biedt tegen refoulement. De
pagina’s uit het rapport van de HFHR waar verzoekster zicht thans op
heeft beroepen hebben, gelezen voormelde uitspraak van 11 september
2013, in wezen dezelfde strekking als de in de uitspraak van
11 september 2013 beoordeelde inhoud van het eerdere rapport van de HFHR. Verweerder heeft daarom in hetgeen verzoekster heeft aangevoerd met betrekking tot de pagina’s van het rapport van de HFHR van 29 augustus 2013 geen aanleiding hoeven zien om aan te nemen dat Polen niet (langer) aan zijn verdragsverplichtingen voldoet.
11 september 2013 beoordeelde inhoud van het eerdere rapport van de HFHR. Verweerder heeft daarom in hetgeen verzoekster heeft aangevoerd met betrekking tot de pagina’s van het rapport van de HFHR van 29 augustus 2013 geen aanleiding hoeven zien om aan te nemen dat Polen niet (langer) aan zijn verdragsverplichtingen voldoet.
15.Met
betrekking tot de overgelegde pagina uit voornoemd rapport van de UNHCR
overweegt de voorzieningenrechter voorts dat daaruit niet valt af te
leiden dat personen overgedragen in het kader van Vo 343/2003 of
asielzoekers in het algemeen in Polen geen onderdak wordt geboden of dat
het risico daarop reëel te noemen is. De voortbouwende stelling van
verzoekster dat gelet op het grote risico op dakloosheid de
daadwerkelijke beschikbaarheid van medische voorzieningen een illusie
dreigt te worden kan daarmee evenzeer niet tot het door verzoekster
beoogde doel leiden. Daarnaast overweegt de voorzieningenrechter dat als
uitgangspunt geldt dat de medische voorzieningen in Polen vergelijkbaar
worden verondersteld met de medische voorzieningen in Nederland.
Verzoekster heeft naar het oordeel van de voorzieningenrechter geen
algemene informatie of informatie over haar persoonlijke situatie of die
van haar kinderen naar voren gebracht die specifiek betrekking heeft op
de medische voorzieningen in Polen. Daarmee heeft verweerder geen
aanleiding hoeven zien om van voormeld uitgangspunt af te wijken en aan
te nemen dat Polen op het punt van medische voorzieningen zijn
verdragsverplichtingen niet zal nakomen.
16.Voor
zover verzoekster voorts heeft willen wijzen op de gebrekkigheid van de
geboden opvang overweegt de voorzieningenrechter dat uit hetgeen door
verzoekster in dit verband naar voren is gebracht niet kan worden
afgeleid dat sprake is van een structureel zodanig gebrekkige opvang dat
op grond daarvan ten aanzien van Polen niet langer zou mogen worden
uitgegaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel.
17.Daarnaast
dient verzoekster over gebreken in de opvang of de medische
voorzieningen te klagen bij de Poolse autoriteiten en daarna eventueel
bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Niet gesteld is dat
het klagen hierover in het algemeen of voor verzoekster in het bijzonder
niet mogelijk is.
18.Met
betrekking tot het betoog van verzoekster dat in het bestreden besluit
verzoekster is aangezegd Nederland onmiddellijk te verlaten en in de
begeleidende brief bij het bestreden besluit is gesteld dat verzoekster
op grond van artikel 64 van de Vw 2000 uitstel van vertrek is verleend,
overweegt de voorzieningenrechter voorts dat, zoals verweerder in het
verweerschrift ook heeft betoogd, de voorzieningenrechter ervan uitgaat
dat de vermelding in de begeleidende brief met de strekking dat uitstel
van vertrek is verleend dient te worden aangemerkt als een kennelijke
verschrijving. Ook los van het bestreden besluit bieden de overige
gedingstukken ook geen aanknopingspunten om aan te nemen dat verweerder
aan verzoekster uitstel van vertrek in de hier bedoelde zin heeft willen
verlenen. De voorzieningenrechter merkt ten overvloede nog op dat bij
verschil tussen de inhoud van een besluit en een dat besluit begeleidend
schrijven in zijn algemeenheid de inhoud van het besluit prevaleert.
Ook hierom zou de gestelde tegenstrijdigheid verzoekster naar alle
waarschijnlijkheid niet hebben kunnen baten.
19.De
voorzieningenrechter is op grond van het vorenstaande van oordeel dat
verweerder zich op het standpunt heeft mogen stellen dat Polen formeel
verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag van
verzoekster en dat geen feiten en omstandigheden aanwezig zijn om de
behandeling van deze aanvraag onverplicht aan zich te trekken. Hele uitspraak hier: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2013:14702
Kunnen jullie je nog die zaak herinneren van dat meisje dat in Nederland niet naar de dokter mocht en bij aankomst in Polen direct in een ziekenhuis werd opgenomen en leukemie bleek te hebben?
In verband met geldwolven die denken geld te kunnen claimen op krantenartikelen die op een blog als deze worden geplaatst maar na meestal een dag voor de krantenlezers aan leeswaardigheid hebben ingeboet terwijl wij vreemdelingenrecht specialisten ze soms wel nog jaren gebruiken om er een kopie van te maken voor een zaak ga ik over tot het plaatsen van alleen het eerste stukje. Ja ik weet het: de kans dat u doorklikt is geringer dan wanneer het hele artikel hier staat en een kopie van het orgineel maken handig kan zijn voor uw zaak. Wilt u zelf wat overnemen van dit weblog. Dat mag. Zet er alleen even een link bij naar het desbetreffende artikel zodat mensen niet alleen dat wat u knipt en plakt kunnen lezen maar dat ook kunnen doen in de context.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten