ECLI:NL:RVS:2013:769
- Instantie Raad van State
- Datum uitspraak 07-08-2013
- Datum publicatie 14-08-2013
- Zaaknummer 201305323/1/V3
- Rechtsgebieden Vreemdelingenrecht
- Bijzondere kenmerken Hoger beroep
- Vindplaatsen Rechtspraak.nl
2. De vreemdeling klaagt in grief 3 dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat er geen grond is om aan te nemen dat het zicht op uitzetting naar Togo is komen te vervallen.
De vreemdeling voert hiertoe aan dat de rechtbank, door aldus te oordelen, heeft miskend dat hij sinds de beëindiging van zijn asielprocedure in 2007 bezig is met het verkrijgen van documenten om uit Nederland te kunnen vertrekken. Hij is daartoe onder meer in 2008 tweemaal gepresenteerd bij de Togolese autoriteiten, maar dit heeft niet geleid tot afgifte van een laissez passer. Hij heeft verder om bemiddeling van de Dienst Terugkeer en Vertrek (hierna: de DT&V) gevraagd en verzocht om een nieuwe presentatie bij de Togolese autoriteiten, op welk verzoek de DT&V niet is ingegaan. Op zijn verzoek om informatie bij brief van 12 maart 2008 heeft de Togolese ambassade hem op 4 april 2008 per brief laten weten dat hij voor het verkrijgen van een laissez passer dient te beschikken over een aantal documenten, waaronder een identiteitsdocument. De Togolese autoriteiten in Lomé hebben aan hem, in antwoord op zijn brief van 30 december 2011, per brief op 13 februari 2012 laten weten dat hij een identiteitsdocument uitsluitend in persoon in Togo kan aanvragen. Hieruit blijkt dat er voor hem geen zicht op uitzetting is, aldus de vreemdeling.
3. De staatssecretaris heeft schriftelijk en ter zitting bij de Afdeling nader toegelicht dat alle door de DT&V ingediende aanvragen om verlening van een laissez passer, nadat de vreemdeling in persoon is gepresenteerd bij de Togolese ambassade, door de ambassade worden doorgezonden aan de autoriteiten in Togo. Eventuele ondersteunende documenten worden daarbij meegezonden. Vervolgens verrichten de autoriteiten onderzoek naar de nationaliteit en identiteit van de vreemdeling. Dit onderzoek is meer gericht op het aanwezig zijn van familie dan op documentatie. Er wordt derhalve geen doorslaggevend belang gehecht aan de aanwezigheid van documenten die de gestelde identiteit ondersteunen. Een onderzoek kan jaren in beslag nemen en in sommige gevallen krijgt de ambassade geen antwoord. De ambassade is afhankelijk van een bericht van de Togolese autoriteiten in Lomé voor de vaststelling van de nationaliteit en identiteit van de vreemdeling en is pas na het vaststellen hiervan bevoegd tot de afgifte van een laissez passer, aldus de staatssecretaris.
De staatssecretaris heeft voorts ter zitting bij de Afdeling nader toegelicht dat in juni 2012 een delegatie van de DT&V een werkbezoek aan Togo heeft gebracht, alwaar met het Togolese Ministerie van Buitenlandse Zaken en het Ministerie van Veiligheid en Openbare Orde is gesproken over het terugkeerproces. De Togolese autoriteiten hebben toen alle medewerking toegezegd aan de uitvoering van het terugkeerproces. Naar aanleiding van dit bezoek is in juli 2012 door de DT&V aan de Togolese autoriteiten een concept Memorandum of Understanding (hierna: MoU) toegezonden. In dit MoU wordt de hierboven weergegeven werkwijze voor verkrijging van een laissez passer bevestigd. De Togolese autoriteiten hebben de ontvangst van het MoU bevestigd, maar nog niet inhoudelijk gereageerd, aldus de staatssecretaris.
De staatssecretaris heeft verder schriftelijk en ter zitting bij de Afdeling nader toegelicht dat er in de jaren 2010, 2011 en 2012 onderscheidenlijk 26, 21 en 16 aanvragen om verlening van een laissez passer bij de Togolese ambassade zijn ingediend. In 2013 zijn er in het eerste half jaar acht aanvragen ingediend. In 2012 is de nationaliteit in één zaak door de Togolese autoriteiten bevestigd en is er in het kader van gedwongen vertrek een laissez passer afgegeven door de ambassade voor een vreemdeling die in het bezit was van een kopie van zijn paspoort. Daarnaast is er in 2011 buiten de DT&V om een laissez passer verstrekt aan een vreemdeling, nadat een verzoek hiertoe in 2010 was geweigerd, aldus de staatssecretaris. De staatssecretaris kon ter zitting niet aangeven op hoeveel van de laissez passer aanvragen een afwijzende reactie van de Togolese autoriteiten is ontvangen en, voor zover deze reacties zijn ontvangen, wat de reden van de afwijzing was.
De staatssecretaris stelt zich op het standpunt dat het zicht op uitzetting voor de vreemdeling niet ontbreekt, nu er in zijn geval voldoende aanknopingspunten bestaan op grond waarvan de nationaliteit en identiteit van de vreemdeling kunnen worden geverifieerd en waarnaar nader onderzoek wordt gedaan. De vreemdeling is immers in samenwerking met de DT&V en de organisatie 'Bridge tot Better' op zoek naar mogelijke contactpersonen in Togo, aldus de staatssecretaris.
4. Niet in geschil is dat de vreemdeling thans niet over documenten beschikt op grond waarvan de Togolese autoriteiten zijn nationaliteit en identiteit kunnen vaststellen, dat hij eerder in 2008 in vreemdelingenbewaring heeft gezeten en twee keer is gepresenteerd bij de Togolese autoriteiten. Voorts is niet in geschil dat de vreemdeling heeft gepoogd bij de Togolese autoriteiten documenten te verkrijgen die zijn nationaliteit en identiteit bevestigen, in welk verband de Togolese autoriteiten in Lomé hem hebben bericht dat hij zodanige documenten uitsluitend kan verkrijgen indien hij deze in persoon in Togo aanvraagt.
Gelet hierop en nu niet is gebleken dat de Togolese autoriteiten van januari 2010 tot heden laissez passer hebben afgegeven voor volledig ongedocumenteerde vreemdelingen, nu onbekend is om welke redenen de in de jaren 2010, 2011, 2012 en 2013 aangevraagde laissez passer niet zijn ingewilligd en voorts op het in juli 2012 aan de Togolese autoriteiten toegezonden concept MoU nog geen reactie is ontvangen en in het MoU bovendien slechts de huidige praktijk met betrekking tot het verstrekken van laissez passer wordt bevestigd, heeft de staatssecretaris onvoldoende gemotiveerd waarom in het geval van de vreemdeling het zicht op uitzetting naar Togo binnen een redelijke termijn niet ontbreekt.
Bron: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RVS:2013:769
In verband met geldwolven die denken geld te kunnen claimen op krantenartikelen die op een blog als deze worden geplaatst maar na meestal een dag voor de krantenlezers aan leeswaardigheid hebben ingeboet terwijl wij vreemdelingenrecht specialisten ze soms wel nog jaren gebruiken om er een kopie van te maken voor een zaak ga ik over tot het plaatsen van alleen het eerste stukje. Ja ik weet het: de kans dat u doorklikt is geringer dan wanneer het hele artikel hier staat en een kopie van het orgineel maken handig kan zijn voor uw zaak. Wilt u zelf wat overnemen van dit weblog. Dat mag. Zet er alleen even een link bij naar het desbetreffende artikel zodat mensen niet alleen dat wat u knipt en plakt kunnen lezen maar dat ook kunnen doen in de context.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten