22 mei 2010

Stop gedwongen terugkeer naar Irak

Amnesty International dringt er bij de Nederlandse regering op aan om onmiddellijk op te houden met het gedwongen terugsturen van afgewezen asielzoekers naar Irak.

De organisatie is bezorgd dat het gedwongen uitzetten door Nederland een precedent schept voor Europese landen. Daarnaast is Amnesty International gealarmeerd door berichten dat de Nederlandse autoriteiten mogelijk buitensporig geweld gebruikt hebben tijdens een uitzetting op 30 maart 2010 en vraagt de Minister van Justitie om hier zo spoedig mogelijk een onafhankelijk onderzoek naar in te stellen. Hierbij werd een groep van 35 Irakezen gedwongen teruggestuurd vanuit Rotterdam naar Bagdad in Irak. Dit bracht de teruggestuurde Irakezen in ernstig gevaar en is in strijd met VN-richtlijnen.

De gedwongen uitzettingen van 30 maart 2010 zijn in strijd met de richtlijnen van de Hoge voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties (UNHCR). In deze richtlijnen identificeert de UNHCR vijf Iraakse provincies, Bagdad, Ninewa (Mosul), Kirkuk, Diyala en Salah al-Din, als in het bijzonder gevaarlijk. De UNHCR adviseert Irakezen niet gedwongen naar deze provincies uit te zetten. De UNHCR adviseert ook om niemand gedwongen uit te zetten naar ander delen van Irak, tenzij een individuele beoordeling aantoont dat het voor de persoon in kwestie veilig is om terug te keren.

Amnesty International heeft de afgelopen tijd een aantal van de 35 Irakezen die op 30 maart door Nederland gedwongen zijn uitgezet, gevolgd. Zoals een 22-jarige man, een Shiitische moslim behorend tot de Turkmeense minderheid, die Amnesty vertelde dat hij bang is om terug te gaan naar Tal Afar, ten noorden van Mosul, een gebied waar honderden burgers de afgelopen jaren zijn omgekomen bij sektarisch en ander politiek gemotiveerd geweld. Nog op 14 mei werden 25 mensen in Tal Afar gedood door een zelfmoordaanslag op een voetbalstadion.

Amnesty International is tegenstander van gedwongen terugkeer naar Irak in de huidige situatie van voortgaande onveiligheid en instabiliteit. De organisatie vindt dat Irakezen uit de vijf provincies die in het bijzonder gevaarlijk zijn een vluchtelingenstatus of andere vorm van bescherming zouden moeten krijgen. Als het gaat om asielzoekers uit andere delen van Irak dan zou er een individuele beoordeling moeten volgen, om te bepalen of zij voor een vluchtelingenstatus of een andere vormen van bescherming in aanmerking moeten komen.

In alle gevallen waar asielzoekers uit Irak niet in aanmerking komen voor een vluchtelingenstatus of andere vormen van bescherming, roep Amnesty International gastlanden op om hen tijdelijke bescherming op humanitaire gronden te bieden totdat de veiligheidssituatie in het land verder verbetert is en het veilig voor hen is om terug te keren.

Amnesty International is ook bezorgd over beweringen dat Nederlandse veiligheidsfunctionarissen op het vliegveld van Rotterdam buitensporig geweld gebruikt hebben bij de gedwongen uitzetting op 30 maart en vraagt de Nederlandse autoriteiten om dit zo snel mogelijk, volledig en onafhankelijk te onderzoeken. Een van de uitgezettene beweerd dat hij tot bloedens toe in zijn gezicht geslagen is door veiligheidspersoneel. Ook zou hij met geweld op de grond gehouden zijn, waarbij er geslagen is in zijn maag en op zijn rug. Twee andere uitgezettenen vertelden Amnesty International dat hoewel zij zelf niet mishandeld zijn, zij gezien hebben hoe anderen uit de groep van 35 geslagen werden door veiligheidspersoneel.

Bron: http://www.amnesty.nl/wereldnieuws_artikel/62289

Geen opmerkingen:

Aanbevolen post

Wytzia Raspe over vluchtelingen, AZC’s, cruiseschepen en mensensmokkelaars

Mr. van de week is Wytzia Raspe. Zij is 25 jaar jurist vreemdelingenrecht in allerlei verschillende rollen. Sinds 2005 schrijft en blogt z...