Nationaliteit aantonen terwijl er geen paspoort wordt afgegeven (uitspraak rechtbank)
Meneer is ongewenst verklaard en stelt gevaar te lopen bij terugkeer naar Somalië. De IND stelt dat hij niet heeft aangetoond een Somaliër te zijn. Hij zegt geen paspoort te kunnen krijgen maar heeft wel allerlei verklaringen overgelegd. Lees vooral op rechtspraak.nl de hele uitspraak.
LJN: BO3305, Rechtbank 's-Gravenhage , AWB 10/19286 en 09/46962
Datum uitspraak: 20-10-2010
Datum publicatie: 08-11-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: De rechtbank is evenwel van oordeel dat, gelet op de thans gepresenteerde stukken (in aanvulling op hetgeen in de asielprocedures is gesteld en overgelegd) en de situatie in Somalië, waardoor onderdanen van dat land niet meer in het bezit kunnen worden gesteld van een geldig document voor grensoverschrijding, met als gevolg dat zij in een nadeliger bewijspositie terecht komen ter zake het aannemelijk maken van hun nationaliteit, niet zonder meer de conclusie in voornoemde uitspraak van 5 maart 2009, inhoudende dat eiser niet al hetgeen heeft gedaan om zijn nationaliteit aannemelijk te maken, gerechtvaardigd is. Concluderend is de rechtbank van oordeel dat verweerder zich niet zonder nader onderzoek dan wel nadere motivering op het standpunt heeft kunnen stellen dat eiser zijn nationaliteit niet aannemelijk heeft gemaakt. Hieruit volgt dat verweerders standpunt dat niet wordt toegekomen aan de vraag of op grond van artikel 3 EVRM moet worden afgezien van ongewenstverklaring, evenmin in stand kan blijven.
Bron: rechtspraak.nl
LJN: BO3305, Rechtbank 's-Gravenhage , AWB 10/19286 en 09/46962
Datum uitspraak: 20-10-2010
Datum publicatie: 08-11-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: De rechtbank is evenwel van oordeel dat, gelet op de thans gepresenteerde stukken (in aanvulling op hetgeen in de asielprocedures is gesteld en overgelegd) en de situatie in Somalië, waardoor onderdanen van dat land niet meer in het bezit kunnen worden gesteld van een geldig document voor grensoverschrijding, met als gevolg dat zij in een nadeliger bewijspositie terecht komen ter zake het aannemelijk maken van hun nationaliteit, niet zonder meer de conclusie in voornoemde uitspraak van 5 maart 2009, inhoudende dat eiser niet al hetgeen heeft gedaan om zijn nationaliteit aannemelijk te maken, gerechtvaardigd is. Concluderend is de rechtbank van oordeel dat verweerder zich niet zonder nader onderzoek dan wel nadere motivering op het standpunt heeft kunnen stellen dat eiser zijn nationaliteit niet aannemelijk heeft gemaakt. Hieruit volgt dat verweerders standpunt dat niet wordt toegekomen aan de vraag of op grond van artikel 3 EVRM moet worden afgezien van ongewenstverklaring, evenmin in stand kan blijven.
Bron: rechtspraak.nl
Reacties