Onvoldoende gefrankeerd bezwaarschrift
Het bezwaarschrift is niet voor het einde van de bezwaartermijn door het Uwv ontvangen. Het poststempel op de postzegel op de enveloppe waarin het bezwaarschrift ter post is bezorgd vermeldt als datum 14 april 2009. Volgens vaste rechtspraak van de Raad komt als regel doorslaggevende betekenis toe aan het poststempel ten bewijze van de datum van de terpostbezorging.
De Centrale Raad van Beroep volgt het Uwv niet in zijn standpunt dat in dit geval geen sprake is van tijdige indiening van het bezwaarschrift nu betrokkene het poststuk onvoldoende gefrankeerd ter post heeft bezorgd en het poststuk vervolgens na het einde van de bezwaartermijn door het Uwv is ontvangen. Het ter post bezorgde stuk is, ondanks onvoldoende frankering, door de TNT - postdienst bezorgd en door het Uwv ontvangen zodat sprake is van een afgeronde verzending.
Nu - afgaande op het poststempel - het bezwaarschrift van betrokkene tijdig ter post is bezorgd op 14 april 2009 en vervolgens op 17 april 2009, dus binnen een week na afloop van de bezwaartermijn, is ontvangen door het Uwv, is het bezwaarschrift tijdig ingediend in de zin van artikel 6:9, tweede lid, van de Awb.
Bron: rechtennieuws
-----------------------------
LJN: BO1542, Centrale Raad van Beroep , 09/6438 Wajong
Datum uitspraak: 15-10-2010
Datum publicatie: 25-10-2010
4.1. De Raad overweegt als volgt.
4.2. De Raad stelt allereerst, evenals de rechtbank en onder dezelfde overwegingen, vast dat de laatste dag voor het indienen van het bezwaarschrift dinsdag 14 april 2009 was. Voorts stelt de Raad vast dat het bezwaarschrift op 17 april 2009 door het Uwv is ontvangen en dat het Uwv het poststuk ondanks onvoldoende frankering heeft geaccepteerd. Hiermee staat naar het oordeel van de Raad vast dat het bezwaarschrift niet voor het einde van de bezwaartermijn door het Uwv is ontvangen in de zin van artikel 6:9, eerste lid van de Awb. Vervolgens stelt de Raad - evenals de rechtbank - vast dat het poststempel op de postzegel op de enveloppe waarin het bezwaarschrift ter post is bezorgd als datum 14 april 2009 vermeldt. Volgens vaste rechtspraak van de Raad komt als regel doorslaggevende betekenis toe aan het poststempel ten bewijze van de datum van de terpostbezorging. De Raad volgt het Uwv niet in zijn standpunt dat in dit geval geen sprake is van tijdige indiening van het bezwaarschrift nu betrokkene het poststuk onvoldoende gefrankeerd ter post heeft bezorgd en het poststuk vervolgens na het einde van de bezwaartermijn door het Uwv is ontvangen. De verwijzing naar de bovengenoemde uitspraken van de Hoge Raad der Nederlanden (LJN ZF2464), en de Raad (LJN AF2958) gaat niet op, nu het in beide uitspraken ging om het geval van een tijdig ter post bezorgd, doch onvoldoende gefrankeerd poststuk dat door de geadresseerde niet is geaccepteerd waarbij vervolgens datzelfde, wel voldoende gefrankeerd poststuk met een nieuwe postbestelling na het einde van de termijn is bezorgd. Dat is een situatie die met de thans aanhangige niet op één lijn is te stellen omdat het ter post bezorgde stuk, ondanks onvoldoende frankering, door de TNT - postdienst is bezorgd en door het Uwv is ontvangen zodat sprake is van een afgeronde verzending. Nu - afgaande op het poststempel - het bezwaarschrift van betrokkene tijdig ter post is bezorgd op 14 april 2009 en vervolgens op 17 april 2009, dus binnen een week na afloop van de bezwaartermijn, is ontvangen door het Uwv, is het bezwaarschrift tijdig ingediend in de zin van artikel 6:9, tweede lid, van de Awb.
Bron: rechtspraak.nl
Goed bewaren dus voor het geval het een keer mis gaat.
De Centrale Raad van Beroep volgt het Uwv niet in zijn standpunt dat in dit geval geen sprake is van tijdige indiening van het bezwaarschrift nu betrokkene het poststuk onvoldoende gefrankeerd ter post heeft bezorgd en het poststuk vervolgens na het einde van de bezwaartermijn door het Uwv is ontvangen. Het ter post bezorgde stuk is, ondanks onvoldoende frankering, door de TNT - postdienst bezorgd en door het Uwv ontvangen zodat sprake is van een afgeronde verzending.
Nu - afgaande op het poststempel - het bezwaarschrift van betrokkene tijdig ter post is bezorgd op 14 april 2009 en vervolgens op 17 april 2009, dus binnen een week na afloop van de bezwaartermijn, is ontvangen door het Uwv, is het bezwaarschrift tijdig ingediend in de zin van artikel 6:9, tweede lid, van de Awb.
Bron: rechtennieuws
-----------------------------
LJN: BO1542, Centrale Raad van Beroep , 09/6438 Wajong
Datum uitspraak: 15-10-2010
Datum publicatie: 25-10-2010
4.1. De Raad overweegt als volgt.
4.2. De Raad stelt allereerst, evenals de rechtbank en onder dezelfde overwegingen, vast dat de laatste dag voor het indienen van het bezwaarschrift dinsdag 14 april 2009 was. Voorts stelt de Raad vast dat het bezwaarschrift op 17 april 2009 door het Uwv is ontvangen en dat het Uwv het poststuk ondanks onvoldoende frankering heeft geaccepteerd. Hiermee staat naar het oordeel van de Raad vast dat het bezwaarschrift niet voor het einde van de bezwaartermijn door het Uwv is ontvangen in de zin van artikel 6:9, eerste lid van de Awb. Vervolgens stelt de Raad - evenals de rechtbank - vast dat het poststempel op de postzegel op de enveloppe waarin het bezwaarschrift ter post is bezorgd als datum 14 april 2009 vermeldt. Volgens vaste rechtspraak van de Raad komt als regel doorslaggevende betekenis toe aan het poststempel ten bewijze van de datum van de terpostbezorging. De Raad volgt het Uwv niet in zijn standpunt dat in dit geval geen sprake is van tijdige indiening van het bezwaarschrift nu betrokkene het poststuk onvoldoende gefrankeerd ter post heeft bezorgd en het poststuk vervolgens na het einde van de bezwaartermijn door het Uwv is ontvangen. De verwijzing naar de bovengenoemde uitspraken van de Hoge Raad der Nederlanden (LJN ZF2464), en de Raad (LJN AF2958) gaat niet op, nu het in beide uitspraken ging om het geval van een tijdig ter post bezorgd, doch onvoldoende gefrankeerd poststuk dat door de geadresseerde niet is geaccepteerd waarbij vervolgens datzelfde, wel voldoende gefrankeerd poststuk met een nieuwe postbestelling na het einde van de termijn is bezorgd. Dat is een situatie die met de thans aanhangige niet op één lijn is te stellen omdat het ter post bezorgde stuk, ondanks onvoldoende frankering, door de TNT - postdienst is bezorgd en door het Uwv is ontvangen zodat sprake is van een afgeronde verzending. Nu - afgaande op het poststempel - het bezwaarschrift van betrokkene tijdig ter post is bezorgd op 14 april 2009 en vervolgens op 17 april 2009, dus binnen een week na afloop van de bezwaartermijn, is ontvangen door het Uwv, is het bezwaarschrift tijdig ingediend in de zin van artikel 6:9, tweede lid, van de Awb.
Bron: rechtspraak.nl
Goed bewaren dus voor het geval het een keer mis gaat.
Reacties