Irakezen mogen tot 24 november niet worden uitgezet (uitspraak raad van State)
LJN: BO3756, Raad van State , 201007707/3/V2
Datum uitspraak: 02-11-2010
Datum publicatie: 12-11-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Inhoudsindicatie: Ter zitting heeft de minister een brief van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (hierna: het Hof) van 22 oktober 2010 aan de Nederlandse regering overgelegd. In deze brief wordt door het Hof aangekondigd dat het thans aangewezen wordt geacht om ten aanzien van elke Irakese vreemdeling voor wie uitzetting naar Bagdad dreigt, een interim measure te treffen. Volgens de brief is deze beslissing ingegeven door het toenemend aantal verzoeken om het treffen van een interim measure van Irakese vreemdelingen en recente berichtgeving over de algemene veiligheidssituatie in Centraal-Irak van onder meer de United Nations High Commissioner for Refugees. In de brief wordt de Nederlandse regering gevraagd om nadere informatie te verstrekken over de vraag of terugkeer naar Centraal-Irak verantwoord is en wordt aangegeven dat het Hof de kwestie op basis van de verstrekte informatie bij de eerste gelegenheid zal herbeoordelen.
In aanvulling op de brief heeft de minister ter zitting medegedeeld dat de President van het Hof recent ten aanzien van drie Irakese vreemdelingen in Nederlandse zaken bij wijze van interim measure zonder nadere motivering heeft bepaald dat de desbetreffende vreemdelingen tot 24 november 2010 niet mogen worden uitgezet.
Bron: rechtspraak.nl
Datum uitspraak: 02-11-2010
Datum publicatie: 12-11-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Inhoudsindicatie: Ter zitting heeft de minister een brief van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (hierna: het Hof) van 22 oktober 2010 aan de Nederlandse regering overgelegd. In deze brief wordt door het Hof aangekondigd dat het thans aangewezen wordt geacht om ten aanzien van elke Irakese vreemdeling voor wie uitzetting naar Bagdad dreigt, een interim measure te treffen. Volgens de brief is deze beslissing ingegeven door het toenemend aantal verzoeken om het treffen van een interim measure van Irakese vreemdelingen en recente berichtgeving over de algemene veiligheidssituatie in Centraal-Irak van onder meer de United Nations High Commissioner for Refugees. In de brief wordt de Nederlandse regering gevraagd om nadere informatie te verstrekken over de vraag of terugkeer naar Centraal-Irak verantwoord is en wordt aangegeven dat het Hof de kwestie op basis van de verstrekte informatie bij de eerste gelegenheid zal herbeoordelen.
In aanvulling op de brief heeft de minister ter zitting medegedeeld dat de President van het Hof recent ten aanzien van drie Irakese vreemdelingen in Nederlandse zaken bij wijze van interim measure zonder nadere motivering heeft bepaald dat de desbetreffende vreemdelingen tot 24 november 2010 niet mogen worden uitgezet.
Bron: rechtspraak.nl
Reacties