27 juni 2014

Dublinoverdracht aan Frankrijk van gehandicapte man mag (uitspraak)

ECLI:NL:RBZWB:2014:4230

Instantie Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak 19-06-2014
Datum publicatie 23-06-2014
Zaaknummer 14-12565
Rechtsgebieden Vreemdelingenrecht
Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie Dublin, 3.118a Vb, Frankrijk
Vindplaatsen Rechtspraak.nl




Tussen partijen is niet in geschil dat in dit geval Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag. Er dient vervolgens te worden beoordeeld of Nederland de verantwoordelijkheid voor de behandeling van de asielaanvraag van eiser op humanitaire gronden, met toepassing van artikel 17 van de Verordening, aan zich had moeten trekken.
11.Uit het arrest van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens van 21 januari 2011, JV 2011, 68 (M.S.S. tegen België en Griekenland) blijkt dat bij de beoordeling of de overdracht van een vreemdeling met toepassing van de Verordening aan een andere lidstaat in strijd is met artikel 3, dan wel 13 van het EVRM, in het bijzonder worden betrokken de detentie- en/of leefomstandigheden waarmee de overgedragen asielzoeker in dat land wordt geconfronteerd en de kwaliteit van de asielprocedure in dat land. Voorts houdt dat arrest in dat ook in een situatie waarin ten aanzien van deze aspecten informatie is overgelegd die niet specifiek op de betrokken vreemdeling ziet, een lidstaat die een asielzoeker wenst over te dragen, zich ervan dient te vergewissen dat de wetgeving van de lidstaat waaraan de vreemdeling wordt overgedragen, op deze punten wordt toegepast op een wijze die in overeenstemming is met het EVRM.
12.
Naar het oordeel van de voorzieningenrechter is eiser, die bijna helemaal doof is en knieklachten en littekens heeft vanwege een ongeluk in het verleden, er niet in geslaagd aannemelijk te maken dat Frankrijk zijn verdragsverplichtingen niet naleeft. Frankrijk heeft de claim van Nederland geaccepteerd dus is verplicht om eiser in de asielprocedure op te nemen. Frankrijk is immers partij bij het EVRM en het Vluchtelingenverdrag. Dit betekent dat op grond van het interstatelijk vertrouwensbeginsel ervan uit mag worden gegaan dat de autoriteiten van Frankrijk zich houden aan deze verdragen. Verweerder heeft in het bestreden besluit en ter zitting afdoende gereageerd op de brief met bijlagen van VluchtelingenWerk betreffende de situatie van asielzoekers in Frankrijk en redelijkerwijs kunnen stellen dat niet is gebleken dat er sprake is van systematische tekortkomingen in de opvang.
In dit geval kan op voorhand niet worden gesteld dat eiser vanwege zijn handicap niet in staat is om zijn recht op opvang in Frankrijk te realiseren. Hierbij neemt de voorzieningenrechter in aanmerking dat eiser al vanaf zijn geboorte slechthorend is en ook in Iran met deze handicap heeft moeten leven. Vervolgens is hij in staat geweest om zijn vertrek naar Europa te regelen door in Teheran een visum aan te vragen en na een kort verblijf in Frankrijk naar Nederland te reizen om vervolgens asiel aan te vragen. Verweerder heeft zich derhalve ter zitting op het standpunt kunnen stellen dat de medische situatie van eiser niet dusdanig is dat schending van artikel 3 van het EVRM dreigt. Daarbij is van belang de verklaring van verweerder ter zitting, dat de medische stukken onderdeel uitmaken van het dossier van eiser, dat bij de feitelijke overdracht wordt meegegeven zodat de Franse autoriteiten op de hoogte zijn van eisers handicap. Desgewenst kan ook nog een Fit-to-fly verklaring worden afgegeven. Verweerder wijst nog op het feit dat asielzoekers met gezondheidsproblemen in Frankrijk volgens de informatie die eiser heeft overgelegd, voorrang krijgen bij de aanwijzing van opvangplekken in centra.
Ten aanzien van de omstandigheid dat eiser zich in Nederland heeft bekeerd tot het christendom en inmiddels banden heeft opgebouwd met geloofsgenoten, heeft verweerder zich op het standpunt kunnen stellen dat dit, ook gelet op het korte duur van het verblijf van eiser in Nederland, niet zodanig bijzonder is dat verweerder toepassing zou moeten geven aan artikel 17 van de Verordening.

Hier staat de hele uitspraak: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBZWB:2014:4230


In verband met geldwolven die denken geld te kunnen claimen op krantenartikelen die op een blog als deze worden geplaatst maar na meestal een dag voor de krantenlezers aan leeswaardigheid hebben ingeboet terwijl wij vreemdelingenrecht specialisten ze soms wel nog jaren gebruiken om er een kopie van te maken voor een zaak ga ik over tot het plaatsen van alleen het eerste stukje. Ja ik weet het: de kans dat u doorklikt is geringer dan wanneer het hele artikel hier staat en een kopie van het orgineel maken handig kan zijn voor uw zaak. Wilt u zelf wat overnemen van dit weblog. Dat mag. Zet er alleen even een link bij naar het desbetreffende artikel zodat mensen niet alleen dat wat u knipt en plakt kunnen lezen maar dat ook kunnen doen in de context.

Geen opmerkingen:

Aanbevolen post

Wytzia Raspe over vluchtelingen, AZC’s, cruiseschepen en mensensmokkelaars

Mr. van de week is Wytzia Raspe. Zij is 25 jaar jurist vreemdelingenrecht in allerlei verschillende rollen. Sinds 2005 schrijft en blogt z...