‘Het gaat beter met de integratie in Nederland’
‘Het gaat beter met de integratie in Nederland’
Uitgerekend de man die ooit de knuppel in het hoenderhok gooide, is nu positief over de integratie. Allochtonen doen het beter op school, op het werk en in het bed. Alleen die criminaliteit en overlast nog...
Wat is de bewering?
‘Het gaat beter met de integratie in Nederland dan twintig jaar geleden.’
Wie zegt dat?
Frits Bolkestein, oud-eurocommissaris en voormalig fractievoorzitter van de VVD.
Waar zegt hij dat?
In de Rode Hoed te Amsterdam, waar hij afgelopen dinsdag de H.J. Schoo-lezing uitsprak.
Hoe zat het ook alweer?
Op 6 september 1991 luidde Bolkestein – destijds fractievoorzitter van de VVD – als eerste politicus de noodklok over de multiculturele samenleving, in een lezing in Luzern. De integratie baarde hem zorgen.
Bolkestein had dat eerder al in een gesprek met zijn collega’s van CDA, PvdA en D66 naar voren gebracht, maar toen die afwijzend reageerden, zocht hij de media. De reacties waren heftig, er volgde zelfs een aanklacht wegens discriminatie.
Twintig jaar later maakt hij de balans op in een lezing. En constateert dat het nu beter gaat. ‘In het onderwijs lopen allochtone kinderen nog steeds achter bij autochtone, maar het verschil wordt kleiner.’
Ook studeren steeds meer (niet-westerse) migranten in het hoger onderwijs, spreken ze meer Nederlands en halen ze minder vaak een huwelijkspartner uit het land van herkomst, aldus Bolkestein. Ook economisch doen ze het beter: ’Steeds meer migranten kunnen tot de middenklasse worden gerekend.’
Nog iets. ‘Sinds een paar jaar is een gemiddeld jong Turks gezin kleiner dan een autochtoon gezin’, citeert hij socioloog Herman Vuijsje. Volgens Bolkestein is dit een ‘uitstekende ontwikkeling’ die het beeld van Wilders, van een tsunami aan islamisering, ‘totaal ontkracht’.
Overigens zei de VVD-prominent ook dat het Westen (‘met zijn ideeën over democratie, individualisme en pluralisme’) meer een gevaar vormt voor de islam dan andersom.
Wat is waar?
Het klopt dat niet-westerse allochtonen (vooral van Turkse, Marokkaanse, Antilliaanse en Surinaamse afkomst) hun achterstand in het onderwijs aan het verkleinen zijn. Het percentage allochtonen dat naar een hogeschool of universiteit gaat, nam tussen 2004 en 2010 toe van 43 tot 55 procent. Onder autochtonen was die stijging kleiner: van 52 naar 58. Allochtone meisjes studeren nu evenveel als hun autochtone seksegenootjes. En zelfs meer dan ‘Hollandse’ jongens.
Dan het geboortecijfer. Volgens het CBS kreeg een autochtone vrouw in 1996 gemiddeld 1,47 kinderen, tegenover een Turkse 2,53 en een Marokkaanse zelfs 3,37.
Maar daarna zien we een spectaculaire ontwikkeling. Terwijl autochtone vrouwen hun geboortecijfer zien stijgen tot 1,81 in 2009, daalt dat van hun Turkse zusters naar 1,89 en van Marokkaanse dames naar 2,88. Onder de tweede generatie Turken is het zelfs 1,69 en dat betekent dat een jong Turks gezin kleiner is dan een autochtoon gezin.
Ook halen allochtonen – mede door strengere regels – minder vaak hun bruid(egom) uit het thuisland. Zo daalde het percentage Turken dat een partner uit Ankara en omstreken haalt tussen 2004 en 2009 van zo’n 43 procent tot 15 procent.
Ook economisch gezien zitten de allochtonen in de lift. In 2006 constateerde het Sociaal en Cultureel Planbureau al dat ze steeds meer deel uitmaken van de middenklasse.
Had in 2000 nog 30 procent een ‘laag inkomen’, in 2008 was dat gedaald tot 23 procent. Dat zijn de cijfers voor de eerste generatie. Bij de tweede generatie klommen nog meer mensen uit hun ‘arme’ positie.
Er is wel een kanttekening te plaatsen bij Bolkesteins verhaal, en dat is de misdaad. Het CBS constateert dat het aandeel allochtonen dat verdacht wordt van een misdrijf tussen 1999 en 2007 juist steeg, en wel van 4,5 naar 6,3 procent. Uitgerekend de tweede generatie. Vooral Marokkaanse jongens komen vaak in aanraking met de politie, een probleem dat nog verre van opgelost lijkt. Mede daardoor zijn de verhoudingen met autochtonen niet overal geweldig.
Maar verder heeft Bolkestein dus groot gelijk met zijn bewering dat de integratie veel beter verloopt dan twee decennia terug.
Zelfs voor zijn minder goed verifieerbare uitspraak, dat het Westen meer een bedreiging is voor de islam, zijn aanwijzingen. Want hoewel een deel van de moslimmigranten na ?11 september 2001 radicaliseerde, vond ook onder hen secularisatie plaats. Zo daalde in Nederland het aantal mensen dat zich moslim noemt tussen 2006 en 2008 van 857.000 tot 825.000. Bovendien ging in 2008 nog maar 35 procent van de gelovigen minstens een keer per maand naar de moskee, tegenover ?47 procent in 1999. Voeg daar aan toe dat taboes als geloofsafval en homoseksualiteit (bijvoorbeeld door Ahmed Marcouch) doorbroken worden, en er lijkt zich voorzichtig een soort ‘Europese’ islam af te tekenen. Maar dat is andere koek.
Eindoordeel
De bewering is waar.
Bron: http://www.depers.nl/binnenland/594513/Het-gaat-beter-met-de-integratie-in-Nederland.html
Bron: http://www.depers.nl/binnenland/594513/Het-gaat-beter-met-de-integratie-in-Nederland.html
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.
Reacties