Datum uitspraak: 24-01-2013
Datum publicatie: 07-02-2013
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Voorlopige voorziening
Inhoudsindicatie: 'Verweerder heeft de asielaanvraag afgewezen, omdat de Hongaarse autoriteiten verantwoordelijk zijn voor de behandeling van de aanvraag. Verzoekster stelt dat overdracht aan Hongarije een schending van artikel 3 EVRM oplevert, omdat uit de door haar overgelegde stukken, te weten een rapport van Pro Asyl van 23 januari 2012, een persbericht van Pro Asyl van 15 maart 2012, een notitie van de UNHCR van oktober 2012 en een brief ECRE van 25 september 2012, blijkt dat Dublin claimanten na hun overdracht in beginsel worden gedetineerd waartegen geen effectief rechtsmiddel kan worden ingesteld. Bovendien kan verzoekster geen adequate medische zorg ontvangen, te weten driemaal per week nierdialyse. Verweerder stelt dat van het interstatelijk vertrouwensbeginsel kan worden uitgegaan en heeft in dit verband verwezen naar een brief van de Hongaarse minister van Binnenlandse Zaken van 11 oktober 2012. De voorzieningenrechter is van oordeel dat verweerder niet zonder nader onderzoek onder verwijzing naar de brief van de Hongaarse minister kon uitgaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, gelet op de door verzoekster overgelegde informatie alsmede gelet op het feit dat zij specifieke medische zorg behoeft.'
Zie rechtspraak.nl
Law blog
Tweet
Geen opmerkingen:
Een reactie posten