10 oktober 2011

Uitspraken waarbij "Zambrano" een rol speelt (Uitspraak (MK) rechtbank)

LJN BT2706, Rechtbank 's-Gravenhage, AWB 11/4868 en AWB 11/5390
Datum uitspraak: 02-09-2011
Datum publicatie: 28-09-2011
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Voorlopige voorziening+bodemzaak
Zittingsplaats: Amsterdam
Zaaknummers: AWB 11/4868 en AWB 11/5390
Sector toon: Voorzieningenrechter
Inhoudsindicatie:
Zambrano, alleenstaande moeder.
Eiseres heeft de Ghanese nationaliteit en is daarmee burger van een derde staat. Zij heeft in Nederland twee dochters van jonge leeftijd met de Nederlandse nationaliteit. De twee dochters hebben verschillende vaders.
Verweerder heeft niet betwist dat beide dochters ten laste komen van eiseres. Daargelaten de vraag in hoeverre de vader van de jongste dochter uitoefening geeft aan het gezamenlijk ouderlijk gezag, heeft eiseres onderbouwd gesteld dat zij het ongedeelde ouderlijk gezag heeft over de oudste dochter.
Verweerders stelling ter zitting dat de dochters ten laste kunnen komen van elk hun beider vaders bij een (tijdelijke) terugkeer van eiseres, acht de rechtbank niet toereikend om te kunnen concluderen dat door het gedwongen vertrek van eiseres de oudste dochter niet het effectieve genot van de belangrijkste aan de status van burger van de Unie ontleende rechten wordt ontzegd.
Nu het bestreden besluit dateert van voor het arrest van het HvJ EU van 8 maart 2011 in de zaak Zambrano (LJN: BP9130) en verweerder nadien geen verweerschrift heeft uitgebracht waarin op deze uitspraak wordt ingegaan, is het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd.

Bron: http://jure.nl/bt2706



LJN BT2711, Rechtbank 's-Gravenhage, AWB 11/14125 en AWB 11/14145
Datum uitspraak: 07-09-2011
Datum publicatie: 28-09-2011
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig
Zittingsplaats: Amsterdam
Zaaknummers: AWB 11/14125 en AWB 11/14145
Inhoudsindicatie:
Dat de overwegingen van het Hof in het arrest Zambrano niet van toepassing zouden zijn in zaken waarbij gezinsleden niet op exact dezelfde wijze als de kinderen Zambrano de nationaliteit van een lidstaat hebben verkregen, zoals verweerder in het bestreden besluit betoogt, is op geen enkele manier terug te vinden in het arrest zelf. De rechtbank volgt dit betoog van verweerder dan ook niet.
Verweerder heeft ter zitting gesteld dat eiseres ook geen geslaagd beroep kan doen ophet arrest Zambrano omdat de achterliggende feiten en omstandigheden in deze zaak niet identiek zijn aan die van het arrest Zambrano. De rechtbank volgt dit betoog van verweerder evenmin. Deze interpretatie van verweerder van het arrest Zambrano is niet terug te voeren op de overwegingen van het arrest zelf.
Voor de uitleg van het begrip‘te zijnen laste’ verwijst de rechtbank allereerst naar vaste rechtspraak van het Hof (onder meer het arrest van 18 januari 1984, 327/82, Ekro (punt 11), Jur. 1984, 00107 www.eur-lex.europa.eu) op basis waarvan het, met het oog op de eenvormige toepassing van het gemeenschapsrecht en het beginsel van gelijke behandeling, als algemene regel noodzakelijk is dat de termen van een gemeenschapsrechtelijke bepaling die voor de vaststelling van haar betekenis en draagwijdte niet uitdrukkelijk naar het recht van de lidstaten verwijst, in de gehele Gemeenschap autonoom en op eenvormige wijze worden uitgelegd, waarbij rekening moet worden gehouden met de context van de bepalingen met het doel van de betrokken regeling.
Volgens de rechtspraak van het Hof (zaken 316/85, Lebon (punt 22), en C-1/05, Jia (punten 36-37)) vloeit de hoedanigheid van‘ten laste komend’ familielid voort uit een feitelijke situatie, die wordt gekenmerkt door de omstandigheid dat het familielid materieel wordt gesteund door de EU-onderdaan of door diens echtgenoot/partner. De hoedanigheid van ten laste komend familielid veronderstelt niet een recht op levensonderhoud.
De rechtbank is van oordeel dat uit voornoemde jurisprudentie van het Hof volgt dat de dochter van eiseres ten laste komt van eiseres. De rechtbank concludeert dat aan de dochter van eiseres het effectieve genot zal worden ontzegd van de belangrijkste aan haar status van burger van de Unie ontleende rechten, indien eiseres het recht wordt ontzegd in Nederland te verblijven. In beginsel zou eiseres op grond van artikel 20 van het VWEU rechten kunnen ontlenen aan het feit dat zij moeder is van een burger van de Unie.
Nu eiseres rechtenkan ontlenen aan communautaire bepalingen, dient de vraag in hoeverre deze rechten kunnen worden beperkt eveneens te worden beoordeeld volgens het recht van de EU. Door inzake de beperkingen van het verblijfsrecht van eiseres vanwege de openbare orde enkel uit te gaan van de uitgangspunten in het nationale recht, heeft verweerder blijk gegeven van een onjuist toetsingskader.



Bron: http://jure.nl/bt2711


De IND doet er goed aan om in zaken waar Zambrano-aspecten optreden een aanvullend verweer uit te brengen omdat anders er sprake kan zijn van een motiveringsgebrek. Beide uitspraken bieden kansen voor vreemdelingen die alleenstaande ouders zijn met een Nederlands kind.


Met dank aan Gerard van de Wereld voor het opsturen van de uitspraken.

Law Blogs
Law blog Klik op +1 als u dit een interessant artikel vindt en Google zal het dan beter zichtbaar maken in de zoekresultaten.

1 opmerking:

Beijing2008 zei

Het ligt er net aan op welk moment en waar de uitspraak is gedaan.Zo zijn er uitspraken van begin dit jaar,na het Zambrano -arrest, waar totaal tegengestelde uitspraken zijn gedaan;

Aanbevolen post

Wytzia Raspe over vluchtelingen, AZC’s, cruiseschepen en mensensmokkelaars

Mr. van de week is Wytzia Raspe. Zij is 25 jaar jurist vreemdelingenrecht in allerlei verschillende rollen. Sinds 2005 schrijft en blogt z...