Uitspraak: identiteit en nationaliteit zijn verschillende elementen, Werkinstructie 2019/4, herhaalde aanvraag
5. Eiser heeft in beroep herhaald dat hij eerder in 2014 door verweerder als Soedanees is beschouwd, zodat er wel degelijk sprake is van een nieuw element. Ter zitting heeft verweerder desgevraagd bevestigd dat eiser op 26 september 2014 bij de Soedanese autoriteiten is gepresenteerd en dat daarbij zijn Soedanese nationaliteit is vastgesteld. Verweerder heeft ter zitting gesteld dit gegeven geen afbreuk doet aan het bestreden besluit, nu eisers nationaliteit en identiteit als één element worden beschouwd. Nu eisers identiteit nog altijd niet aannemelijk is geworden, is er geen sprake van een nieuw element die relevant kan zijn voor de beoordeling van de aanvraag.
6. De rechtbank stelt op grond van het verhandelde ter zitting vast dat het bestreden besluit ondeugdelijk is gemotiveerd. In het bestreden besluit is immers het standpunt ingenomen dat eisers nationaliteit nog altijd niet aannemelijk is geworden, terwijl zijn Soedanese nationaliteit na de vorige asielprocedure alsnog is vastgesteld. De rechtbank volgt ook niet het ter zitting ingenomen standpunt van verweerder dat identiteit en nationaliteit als één element moeten worden beschouwd, zodat in dit geval geen sprake zou zijn van een nieuw element. De identiteit en nationaliteit van een asielzoeker zijn immers verschillende elementen, nu een asielzoeker ook meerdere nationaliteiten kan bezitten. Ook uit verweerders Werkinstructie 2019/4 (herkomstonderzoek in asielzaken) blijkt dat een ongeloofwaardig bevonden identiteit niet per definitie betekent dat er sprake is van een onjuiste herkomst en nationaliteit.
7. Nu eisers Soedanese nationaliteit een nieuw element is die relevant kan zijn voor de beoordeling van eisers opvolgende asielaanvraag, heeft verweerder de aanvraag reeds hierom ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard. Aan de bespreking van de overige beroepsgronden komt de rechtbank niet toe. Het beroep is gegrond en de rechtbank vernietigt het bestreden besluit wegens strijd met artikel 3:46 van de Awb. Verweerder zal een nieuw besluit moeten nemen met inachtneming van deze uitspraak.
- Instantie Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak 05-09-2019
Interessant artikel? Deel het eens met uw netwerk en help mee met het verspreiden van de bekendheid van dit blog. Er staan wellicht nog meer artikelen op dit weblog die u zullen boeien. Kijk gerust eens rond. Zelf graag wat willen plaatsen? Mail dan webmaster@vreemdelingenrecht.com In verband met geldwolven die denken geld te kunnen claimen op krantenartikelen die op een blog als deze worden geplaatst maar na meestal een dag voor de krantenlezers aan leeswaardigheid hebben ingeboet terwijl wij vreemdelingenrecht specialisten ze soms wel nog jaren gebruiken om er een kopie van te maken voor een zaak ga ik over tot het plaatsen van alleen het eerste stukje. Ja ik weet het: de kans dat u doorklikt is geringer dan wanneer het hele artikel hier staat en een kopie van het orgineel maken handig kan zijn voor uw zaak. Wilt u zelf wat overnemen van dit weblog. Dat mag. Zet er alleen even een link bij naar het desbetreffende artikel zodat mensen niet alleen dat wat u knipt en plakt kunnen lezen maar dat ook kunnen doen in de context. Subscribe to Vreemdelingenrecht.com blog by Email
Reacties