Ik kwam dit in een uitspraak tegen en begreep niet waarom hier de advocaat de rechtbank nog een uitspraak laat typen? Toch niet hoop ik omdat er dan een toevoeging wordt uitbetaald.
Inleiding
1. In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker waarin verweerder de aanvraag om toepassing van artikel 64 van de Vreemdelingenwet (Vw) buiten behandeling heeft gesteld. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank in een (eventueel) bodemgeding niet.
Omdat het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk is doet de voorzieningenrechter uitspraak zonder zitting. Artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) maakt dat mogelijk. De voorzieningenrechter legt hierna uit waarom het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk is.
Verweerder heeft deze aanvraag met het besluit van 18 maart 2024 buiten behandeling gesteld. Verzoeker heeft hiertegen bezwaar gemaakt.
Verweerder heeft op 10 april 2024 beslist op het bezwaarschrift van verzoeker.
Verzoeker heeft geen beroep ingesteld tegen de beslissing op het bezwaarschrift.
Beoordeling door de voorzieningenrechter
2. Het verzoek om voorlopige voorziening gaat over het primaire besluit en het besluit op het bezwaar tegen dat besluit. Tegen dat laatste besluit loopt geen beroepsprocedure. Alleen als dat wel het geval is, kan iemand een verzoek om voorlopige voorziening doen.
https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2024:11486
---
Geen opmerkingen:
Een reactie posten