Vreemdelingenbesluit: Nota van Toelichting wijziging 1/1/14 (deel 10)

Onderdeel Y (artikel 3.118b)
Bij de toelichting op artikel 3.99a is al aangegeven dat een vervolgaanvraag asiel en een humanitair-reguliere aanvraag worden voorafgegaan door een schriftelijke aanmelding. Voor de vervolgaanvraag asiel is de grondslag voor deze procedure neergelegd in artikel 3.118b, eerste lid. De wijze van de schriftelijke aanmelding wordt door de minister bepaald. Op het aanmeldformulier zal onder andere dienen te worden gemotiveerd op grond van welk novum de aanvraag wordt ingediend. Ook zullen relevante stukken van tevoren dienen te worden aangeleverd. Zo kan de IND het dossier grondig voorbereiden, eventuele onderzoeken opstarten en een conceptvoornemen of -beschikking opstellen. Een schriftelijke aanmelding zal als regel binnen twee weken worden gevolgd door een afspraak voor de vreemdeling om in persoon bij de IND te verschijnen.
Artikel 3.118b geeft een uitwerking aan de zogenaamde eendagstoets bij vervolgaanvragen asiel. Van een vervolgaanvraag asiel is niet alleen sprake als reeds eerder een asielaanvraag is afgewezen (eerste lid), maar ook als reeds eerder verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd is ingetrokken of een aanvraag tot verlenging van een dergelijke vergunning is afgewezen (zevende lid).
Het nader gehoor vindt plaats op de eerste dag (tweede lid, onder a). Op deze dag wordt ook het afschrift van het verslag van dat gehoor ter kennis gebracht en wordt tevens het schriftelijk voornemen toegezonden of uitgereikt (tweede lid, onder b en c). Op de tweede dag kan de vreemdeling zijn zienswijze op dat voornemen naar voren brengen, waarbij hij tevens nadere gegevens kan verstrekken (tweede lid, onder d). De nieuwe procedure betekent ook dat de uiteindelijke beschikking van de minister eerder, namelijk op de derde dag, bekend kan worden gemaakt door uitreiking of toezending (tweede lid, onder e).
Het derde lid heeft betrekking op de mededeling, op de eerste, tweede of derde dag, dat de asielaanvraag wordt behandeld zonder verkorte termijnen voor de voornemenprocedure bij vervolgaanvragen.
Indien er meer onderzoek nodig is en de aanvraag derhalve verder in de algemene procedure wordt behandeld, is in het vierde lid neergelegd dat voor deze procedure, in afwijking van artikel 3.110, nog zes dagen beschikbaar zijn in plaats van acht dagen. Immers, het nader gehoor heeft al plaatsgevonden en de aanvraag stroomt in de algemene procedure in op de dag die normaal gesproken ingevolge artikel 3.113, vierde lid, als dag vier wordt bestempeld. Gelet op het voorgaande kan de termijn voor de algemene procedure ingevolge het vijfde lid verlengd worden tot ten hoogste twaalf dagen in plaats van tot ten hoogste veertien dagen. In het zesde lid zijn de regels neergelegd omtrent het indienen van de zienswijze en het bekendmaken van de beschikking, die gelden indien de termijn wordt verlengd.
Ter verkorting van de asielprocedure kent het Vb2000 overigens al enkele voorzieningen. Zo is de rust- en voorbereidingstermijn van zes dagen niet van toepassing op vervolgaanvragen (artikel 3.109, zesde lid, onder c). Verder bepaalt artikel 3.112, vierde lid, al dat bij vervolgaanvragen het eerste gehoor achterwege kan blijven. Het nader gehoor (artikel 3.113) fungeert dan tevens als eerste gehoor.
Het achtste lid maakt het mogelijk om bij ministeriële regeling te bepalen dat artikel 3.118b buiten toepassing blijft ten aanzien van bij die regeling aangewezen vreemdelingen. Voor zogenaamde grensgeweigerden (artikel 6 Vw2000) of inbewaringgestelden (artikel 59 Vw2000) ligt het niet voor de hand een schriftelijke aanmeldingsprocedure te hanteren. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om uitgeprocedeerde asielzoekers die worden uitgezet en dan op het laatste moment (op de vliegtuigtrap) een nieuwe asielaanvraag indienen. Zo’n herhaald asielverzoek waar al meerdere malen over geoordeeld is zonder dat er nieuwe feiten aan de orde zijn, wordt ter plekke zorgvuldig afgedaan. Het vertrek kan dus niet op de vliegtuigtrap worden gefrustreerd. Hetzelfde geldt voor vreemdelingen wier eerdere asielaanvraag niet inhoudelijk is behandeld maar is afgewezen op grond van artikel 30, eerste lid, Vw2000, zodat inhoudelijke behandeling nu wel aangewezen is. Hierbij kan worden gedacht aan Dublinclaimanten die niet overgedragen zijn en niet meer overgedragen worden op grond van een Dublinclaim. Tot slot kan nog worden gedacht aan de vreemdeling die aannemelijk heeft gemaakt dat hij na afwijzing van de eerdere aanvraag is teruggekeerd naar het land van herkomst.
Met betrekking tot vervolgaanvragen asiel wordt hier ten slotte nog opgemerkt dat uit een aantal principiële uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uit 2011 en 2012, volgt dat op grond van het EU-recht een vervolgaanvraag van een asielzoeker in alle gevallen tot rechtmatig verblijf leidt vanaf het moment waarop de wens een asielverzoek in te willen dienen kenbaar is gemaakt totdat op de aanvraag is beslist.
Onderdeel Z (artikelen 6.1c tot en met 6.1e)
Artikel 6.1c
Een verzoek om toepassing van artikel 64 Vw2000 zal worden voorafgegaan door een schriftelijke aanmeldprocedure. Deze verplichting is neergelegd in artikel 6.1c, eerste lid. Bij de schriftelijke aanmelding zullen alle relevante stukken moeten worden aangeleverd. Dit vereiste kan door de minister verder worden ingevuld. Voor medische gegevens en overige bescheiden geldt overigens op grond van het tweede lid dat de vreemdeling deze zelf dient over te leggen.
Al deze voorbereidingshandelingen leiden ertoe dat de IND het dossier grondig kan voorbereiden, waarna zo mogelijk in één dag wordt beoordeeld of de vreemdeling in aanmerking komt voor toepassing van artikel 64 Vw2000. Aan het eind van de dag krijgt de vreemdeling dan een beschikking (inwilliging of afwijzing) uitgereikt. Dit is geregeld het derde lid. Hierin is tevens bepaald dat, indien er naar het oordeel van de minister meer tijd nodig is om een beschikking te kunnen geven, de beslistermijn kan worden verlengd. De vreemdeling wordt hiervan in kennis gesteld. Indien inzake een verzoek op grond van artikel 64 Vw2000 niet in één dag kan worden beslist, heeft de vreemdeling, indien het een ex-asielzoeker betreft en hij zelf een verzoek daartoe indient, recht op opvang gedurende de behandeling van de aanvraag.
Het vierde lid maakt het mogelijk om bij ministeriële regeling te bepalen dat artikel 6.1c buiten toepassing blijft ten aanzien van bij die regeling aangewezen vreemdelingen.
Artikelen 6.1d en 6.1e
Uitstel van vertrek op grond van artikel 64 Vw2000 is geen verblijfsdoel, maar een maatregel op grond waarvan de vreemdeling tijdelijk niet zal worden uitgezet vanwege zijn medische situatie. Daarom is deze toetsingsgrond niet opgenomen in de artikelen 3.6 en 3.6a, maar in de artikelen 6.1d en 6.1e. Een beroep hierop is kosteloos. Bij toekenning krijgt de vreemdeling rechtmatig verblijf en (in enkele gevallen) recht op opvang, maar geen verblijfsvergunning. Het heeft de voorkeur om bij een beroep op artikel 64 niet door te toetsen aan andere humanitair-reguliere beleidskaders. Het ligt niet voor de hand om in een uitstel-van-vertrekprocedure beleidskaders voor toelating te toetsen. Er ligt bovendien geen aanvraag voor een verblijfsvergunning.

Artikel II

Artikel 3.103 bevat een belangrijke afwijking van het algemene bestuursrecht, waarin het onmiddellijkheidsbeginsel als hoofdregel geldt. Artikel 3.103 bepaalt dat de aanvraag wordt getoetst aan het recht dat gold op het tijdstip waarop de aanvraag is ontvangen, tenzij uit de Vw2000 anders voortvloeit of het recht dat geldt op het tijdstip waarop de beschikking wordt gegeven, voor de vreemdeling gunstiger is. Deze regel van eerbiedigende werking wordt sinds jaar en dag in het reguliere vreemdelingenrecht gehanteerd. Daarmee wordt voorkomen dat belastende wijzigingen ten nadele van de vreemdeling uitwerken. Artikel 3.103 is evenwel niet van toepassing op asielaanvragen, zodat een asielaanvraag volgens de regels van het algemene bestuursrecht moet worden beoordeeld aan de hand van het recht zoals dat geldt ten tijde van het nemen van de beslissing daarop (ABRS 5 december 2012, 200205830/1). Uitsluitend met betrekking tot het onderhavige besluit maakt artikel II, eerste lid, hierop een uitzondering. Dit leidt ertoe dat ook voor asielaanvragen geldt dat de aanvraag wordt getoetst aan het recht dat gold op het tijdstip waarop de aanvraag is ontvangen, tenzij uit de Wet anders voortvloeit of het recht dat geldt op het tijdstip waarop de beschikking wordt gegeven, voor de vreemdeling gunstiger is.
Artikel II, tweede lid, biedt een grondslag om bij ministeriële regeling nadere regels te stellen over de toepassing van het overgangsrecht zoals vastgelegd in artikel 3.103. Deze bepaling is ook van toepassing bij de inwerkingtreding van het onderhavige besluit. Omdat echter het onderhavige besluit deels bestaat uit wijzigingen die gunstiger zijn voor de vreemdeling (zoals het meetoetsen van de tijdelijke humanitaire gronden bij afwijzing van een verblijfsaanvraag) en deels bestaat uit wijzigingen die kunnen beschouwd als een aanvullende eis en daarmee ongunstiger zijn voor de vreemdeling (zoals de verplichting om bepaalde gevallen zelf het medische dossier over te leggen) biedt artikel II een grondslag om in het Voorschrift vreemdelingen 2000 te voorzien in een nadere uitwerking.
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,F. Teeven
Hele document: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2013-580.html#!

import uit marokko





















In verband met geldwolven die denken geld te kunnen claimen op krantenartikelen die op een blog als deze worden geplaatst maar na meestal een dag voor de krantenlezers aan leeswaardigheid hebben ingeboet terwijl wij vreemdelingenrecht specialisten ze soms wel nog jaren gebruiken om er een kopie van te maken voor een zaak ga ik over tot het plaatsen van alleen het eerste stukje. Ja ik weet het: de kans dat u doorklikt is geringer dan wanneer het hele artikel hier staat en een kopie van het orgineel maken handig kan zijn voor uw zaak. Wilt u zelf wat overnemen van dit weblog. Dat mag. Zet er alleen even een link bij naar het desbetreffende artikel zodat mensen niet alleen dat wat u knipt en plakt kunnen lezen maar dat ook kunnen doen in de context.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Stichting LOS schreef boek "Post Deportation Risk" over de mensenrechten situatie na terugkeer

𝗪𝗼𝗲𝗻𝘀𝗱𝗮𝗴 𝟭𝟳 𝗷𝗮𝗻𝘂𝗮𝗿𝗶 𝘂𝗶𝘁𝘀𝗽𝗿𝗮𝗮𝗸 𝗼𝘃𝗲𝗿 𝘁𝗶𝗷𝗱𝗲𝗹𝗶𝗷𝗸𝗲 𝗯𝗲𝘀𝗰𝗵𝗲𝗿𝗺𝗶𝗻𝗴 𝘃𝗮𝗻 ‘𝗱𝗲𝗿𝗱𝗲𝗹𝗮𝗻𝗱𝗲𝗿𝘀’

VACATURE: Programma manager bij Forum voor Programma Immigratie & Burgerschap (Migratierecht)

Immigratiedienst: Minder vaak voordeel van twijfel voor asielzoeker

Interview met Aad van Elswijk, advocaat vreemdelingenrecht te Rotterdam

Wat als je vergeten bent je verblijfsvergunning te verlengen?

Vraag: Kan ik mijn oude moeder naar Nederland halen?

UItspraak: Artikel 8 EVRM bij volwassen gezinsleden (moeder bij dochter)

Interview met Anton Kleijweg, advocaat vreemdelingenrecht te Voorburg (update: tegenwoordig in Den Haag)

VACATURE: Operationeel Manager Juridische Zaken IND Den Haag